Na tien jaar stopt Cees van der Laan als hoofdredacteur bij Trouw. Hoe kijkt hij naar diversiteit in de media en de polarisatie over de Gaza-oorlog? En zijn moslims een lezersgroep van de krant? Een gesprek over journalistiek in een snel veranderende samenleving.
‘Het was een geweldige tijd. Ik heb zeer genoten. Het is eervol om leiding te mogen geven aan zo’n mooie krant’, vertelt scheidend hoofdredacteur Cees van der Laan. De journalist stond tien jaar lang aan het roer van Trouw, een landelijke kwaliteitskrant met 110.000 abonnees. Bij hoogtepunten denkt hij vooral aan de onderzoeksjournalistiek: de toeslagenaffaire, gevolgd door Jan Kleinnijenhuis samen met Pieter Klein van RTL, die hier in 2020 de Tegel voor kregen, een grote journalistieke prijs. Een ander hoogtepunt is de jaarlijkse Anton de Kom-lezing, die de krant samen met het Verzetsmuseum organiseert. In 2021 hield de Surinaamse president Chan Santokhi de lezing. ‘In die zin hebben we de kwaliteit van Trouw enorm kunnen borgen en uitbouwen. Dus daar ben ik heel trots op’, zegt Van der Laan.
Een ander succes is de digitale transitie die de krant doormaakte. ‘Dat was een pittig proces. Je wil de hele redactie daarin meekrijgen en je moet weerstand overwinnen. Collega’s moeten anders gaan denken, vanuit het verhaal in plaats van vanuit de krant.’
Zijn er ook punten waarvan u denkt, dat had beter gekund?
‘De eerste acht jaren van mijn hoofdredacteurschap steeg de oplage, de laatste twee jaar kwam er een daling. Dat kwam door een andere manier van marketing, maar gelukkig zijn we hiervan teruggekomen. Verder kampten we met distributieproblemen, omdat er te weinig krantenbezorgers waren. In sommige wijken werd wekenlang niet bezorgd. Dat heeft ons echt wel pijn gedaan.’
Begin deze eeuw had Trouw een zichtbare rechtse lijn. Is de krant onder uw leiding een meer progressieve, inclusieve koers gaan varen?
‘Ik denk niet dat Trouw een rechtse lijn had. Wat u noemt had te maken met een tegenstelling in de krant. De redactie van de de bijlage Letter & Geest bekeerde zich tot een soort conservatieve agenda. Terwijl de rest van de redactie progressief was. Tien jaar terug hadden wij al een redactie Groen.
‘Conservatieve en rechtse media zeggen dat wij een linkse krant zijn. Maar dat geloof ik niet. Op medisch-ethisch terrein en op sommige andere terreinen zijn wij bijvoorbeeld redelijk behoudend. Maar op het terrein van duurzaamheid kun je zeggen dat we progressief zijn.’
‘Je wil die diversiteit ook laten doorklinken in de krant’
De laatste jaren heeft de krant onder uw leiding duidelijke inclusieve keuzes gemaakt. Abdelkader Benali en Emine Ugur zijn aangesteld als columnist en jullie schrijven over multiculturele thema’s. Dat heeft een reden, neem ik aan?
‘Jazeker, Nederland is veel diverser geworden. En je wilt die diversiteit ook laten doorklinken in de krant. Tegelijkertijd hebben we ook columnist Sylvain Ephimenco, die het cultureel-conservatieve geluid laat horen.
‘We bieden Benali en Ugur een podium omdat we een rol willen spelen in de emancipatie en om onze lezers te laten kennismaken met andere opvattingen die leven in de samenleving. Meningen waar ze niet zo makkelijk toegang toe hebben. We maken die opvattingen onderdeel van de krant. Dat merk je ook. Lezers waarderen hun columns zeer.
‘We vinden het als redactie bijzonder interessant dat Emine Ugur vanuit haar expertise, opvattingen en geloof haar licht laat schijnen over de samenleving. Dat doet ze op een hele ingetogen en inclusieve manier. Wat betreft Benali, hij heeft een Marokkaanse achtergrond maar is eigenlijk gewoon een Nederlandse schrijver.’
Was er weerstand bij de redactie en lezers?
‘Nee. We hebben daarvoor ook andere columnisten gehad. Kijk, het gaat er niet alleen om dat je mensen hebt die over veelkleurigheid schrijven. Het er ook om dat je ongeacht afkomst kunt schrijven over je expertise. Dat doet bijvoorbeeld Ilyaz Nasrullah. We hebben hem niet aangenomen vanwege zijn kleur, maar omdat hij een expert op het gebied van digitalisering is.
‘En we hebben natuurlijk Baba Tarawally. Bij Baba ligt het wel anders. Hij is meer omstreden. Zijn meningen liggen soms gevoelig, dat maakt het ingewikkeld voor lezers. En dat snap ik ook wel. Soms worden harde dingen gezegd en dat doet pijn. Een deel van onze lezers is behoudend, maar dat geldt ook voor de lezers van NRC. Als krant heb je een rol in de emancipatie, dat je iets voor je lezers uitloopt en die mensen erbij betrekt.’
Nederland telt ruim een miljoen moslims. Is de moslimgemeenschap een doelgroep van Trouw? Hoeveel moslims lezen Trouw?
‘We hebben daar geen zicht op. Maar we hebben wel lezers met een islamitische achtergrond. Ik denk echter niet dat het er veel zijn. Dat heeft met verschillende redenen te maken. Ik denk dat lezers met een Marokkaanse of Turkse achtergrond, maar ook zwarte lezers, een zeker wantrouwen hebben richting de media, ook richting Trouw.’
‘Soms worden harde dingen gezegd en dat doet pijn’
Waar komt dat wantrouwen vandaan?
‘Dat komt ook door de politiek. De opkomst van Pim Fortuyn, en daarna van Geert Wilders. Als je jarenlang alleen maar hoort dat moslims niet deugen, dat Marokkanen niet deugen, dan denken mensen: oké, dan willen we ook niks meer met jou te maken hebben.
‘De kloof in Nederland is vergroot, niet versmald. We moeten met elkaar gaan praten. Er wordt gediscussieerd en geschreeuwd, maar we luisteren te weinig naar elkaar. Zeker Wilders luistert niet.’
Hebben de media en Trouw te weinig oog gehad voor ‘normale’ moslims?
‘Als Trouw proberen we altijd om normale mensen aan het woord te laten. Maar we benoemen ook de extremen. Dat doen we ook bij rechts. Neem de verkiezingsuitslag van 22 november. Die is een culturele stem en ook een stem tegen migratie, islam en duurzaamheid. Maar het is vooral een stem tegen. Je kunt ook zeggen: links heeft het hier laten liggen door te weinig comfort te bieden aan de autochtone bevolking. Aan de mensen die onzeker over deze zaken zijn. Daar ligt ook een verantwoordelijkheid van links.’
Is Trouw onder uw leiding te ‘woke’ geworden?
‘We hebben er intern veel discussies over gevoerd de afgelopen twee jaar. Ik denk dat een deel van de lezers denkt dat we zijn doorgeschoten. Soms vind ik dat ook wel. Maar er komt nu een nieuwe generatie bij de krant, die anders over de samenleving denkt dan oudere generaties. Opvattingen veranderen. Dat is soms ingewikkeld. Je moet ook mensen die moeite hebben met die veranderende opvattingen aan het woord laten en verwoorden dat het lastig is. Niet alleen maar een soort activisme prediken.’
Waarin onderscheidt Trouw zich van andere kwaliteitskranten?
‘Toen ik in 2014 begon waren we een goede maar saaie krant. Goed in religie en duurzaamheid. Dat zijn we nog steeds. Maar we hebben ons de afgelopen tien jaar ontwikkeld tot een goede kwaliteitskrant, die ook de concurrentie aan kan met de andere kwaliteitskranten. En daar ben ik trots op.
‘Waar zijn we onderscheidend in? Wij zijn vanuit onze religieus-filosofische wortels natuurlijk veel meer bezig met de samenleving. Samenleven doe je met elkaar. Vanuit solidariteit en vanuit een soort besef van gerechtigheid voor de mensheid. Dat zijn oorspronkelijk christelijke waarden. Die onderscheiden ons van die andere kranten.’
Is Trouw nog steeds een christelijke krant?
‘Nee, Trouw is geen christelijke krant, want dat betekent dat je een missie hebt. Wij ontlenen onze inspiratie aan christelijke waarden, die je wat mij betreft ook humanistisch kan invullen. En waarom zeg ik dat? Wij willen openstaan voor niet-christelijke mensen, bijvoorbeeld moslims. Door die waarden niet als enkel christelijk te beschouwen, kun je ze ook delen.’
‘Jongeren zijn zich bewuster van onrecht dan ouderen’
Hoe staat u tegenover diversiteit in de media? En is Trouw diverser geworden toen u hoofdredacteur werd?
‘De diversiteit is zeker toegenomen, maar ik vind dat diversiteit soms te eng wordt opgevat. Dat heb ik vaak tegen collega’s gezegd. Als het gaat om diversiteit in de journalistiek zie ik heel veel veranderingen op het ogenblik. Media breed werken er overal mensen met een migratieachtergrond, talentvolle mensen op allerlei plekken, bij de televisie, radio en kranten. Daaraan is hard gewerkt door hoofdredacties. Alleen, diversiteit is meer dan de poppetjes. Het betekent ook dat je netwerken divers zijn. Dus dat je niet alleen netwerken raadpleegt van mensen die je kent.
‘Mensen willen op hun kwaliteit worden aangenomen, niet vanwege hun migratieachtergrond. Hier zit altijd een spanning tussen.’
Journalist Seada Nourhussen vertrok in 2018 bij Trouw. Ze benadrukte een gebrek aan bewustzijn bij de redactie voor haar positie als zwarte vrouw. Wat heeft u hiervan geleerd als hoofdredacteur en organisatie?
‘Zij was eerst redacteur op de redactie buitenland en is later hoofdredacteur geworden van One World. Op ons verzoek is ze columnist gebleven. Na twee jaar is ze daarmee gestopt omdat ze te weinig steun ervoer van de redactie. Dat is haar werkelijkheid, die kan ik niet bestrijden. Ik vind het wel jammer. Ze had wat ons betreft mogen blijven. Het was ook wel een schok voor de redactie.’
Trouw heeft ook Ephimenco als columnist. Hoort hij bij het inclusieve Trouw thuis?
‘Sylvain Ephimenco is ook iemand met een migratieachtergrond. Hij is kritisch over onderwerpen die gaan over migratie en verwoordt wat rechtsere mensen denken. Ik vind juist dat dat geluid ook hoort in Trouw. Zo kunnen onze lezers hun mening vormen en aanscherpen. Ze kunnen zich er ook aan ergeren.
‘Hij schrijft prachtige scherpe columns. Hij irriteert en behaagt. In die zin steun ik Sylvain.’
Hebben de media de PVV groot gemaakt? Heeft uw krant ook daaraan bijgedragen?
‘Over de vraag of je nou wel of geen aandacht aan de PVV of aan andere partijen moet besteden hebben wij ook gediscussieerd. Het is een beetje een kip-ei-verhaal. Groeit de PVV omdat wij erover schrijven? Of schrijven wij over de PVV omdat de partij groeit? Kijk, we zijn als krant een venster. We moeten berichten over wat in de maatschappij en politiek gebeurt. De PVV is de uitdrukking van een ongerustheid in de samenleving. Wel hebben we relatief veel geschreven over zijn denkbeelden en verkiezingsprogramma. Die wilden we aan onze lezers duidelijk maken.’
Heeft Trouw onder uw leiding meegedaan aan zijn ‘cowboyverhalen’?
‘De haattaal van Wilders hebben we nooit gebezigd. Helaas hebben we wel meegepraat in het narratief. Kijk naar de aanslagen van 2001. Sindsdien is alles anders geworden. Er zijn natuurlijk mensen die uit naam van de islam aanslagen plegen, waar moslims hier ook het slachtoffer van zijn. Tegelijkertijd pakt Nederland islamitische mensen op vanwege terrorisme, en zijn er mensen naar Syrië afgereisd. Dus ja, het is een nogal complex verhaal.’
Iets anders: de oorlog in Gaza. Is dit een testcase voor het Westen en westerse media?
‘Ik denk dat de media, inclusief Trouw, vrij kritisch berichten over wat Israël doet in Gaza. Maar ik zeg er meteen bij: het Israëlische volk is een diep getraumatiseerd volk. De Palestijnen trouwens ook. Dat maakt het allemaal erg moeilijk. Ze wonen dicht bij elkaar en treden keihard op naar elkaar.
‘Daarnaast: Israël is de uitdrukking van een Europees probleem. De Israëliërs zijn op de vlucht geslagen voor pogroms en vervolgingen in Europa. Ze hebben zich vervolgens genesteld in Palestijnse gebieden, toen het nog Palestina heette. Dat zijn de feiten.
‘De aanval van 7 oktober was gruwelijk. Sinds de stichting van de staat Israël in 1948 was er niet eerder zo’n grote aanslag. Het is te vergelijken met 9/11. De reactie van de Amerikanen op 9/11 was extreem. Denk aan de invasies in Afghanistan en Irak. Het hele Midden-Oosten ontplofte. De Israëlische reactie na 10/7 lijkt hierop, hoewel op kleinere schaal. Het is afschuwelijk.
‘Israël is de uitdrukking van een Europees probleem’
‘Een dag na de aanslagen van 7 oktober schreef ik zelf het hoofdredactioneel commentaar. Israël zal honderdvoudig terugslaan, schreef ik. En dat wist Hamas ook. Wat Israël nu doet is ondoordacht. Ze hebben geen strategie. Een half jaar later zijn 33.000 Palestijnen omgekomen. Israëls strategische doelen zijn niet behaald. Hamas is niet vernietigd. De gijzelaars zijn niet vrij.’
Hoe gaan we in Nederland om met deze discussie, vindt u?
‘Ongelooflijk gepolariseerd. Zonder elkaar te willen horen. Ik moet zeggen dat ik die steun aan de Palestijnse zaak ook wel vind neigen naar antisemitisme. Het gaat iets te makkelijk. From the River to the Sea. Of zeggen: het is een genocide. Het komt net iets te makkelijk uit de mond, dus ik neem daar afstand van. Probeer gewoon te zien wat daar gebeurt. Het zijn twee diep getraumatiseerde volken die op een afschuwelijke manier met elkaar in conflict zijn geraakt.’
Veel biculturele jongeren geloven niet meer in het Westen, vanwege de dubbele maat. In Duitsland is er veel censuur, als het om Israël gaat. Zo voert het Duitse mediaconcern Axel Springer een uitgesproken pro-Israëlisch beleid. Journalisten die zich daar niet aan houden wordt de deur gewezen. Bent u niet bang voor censuur? Stel dat Springer Trouw opkoopt…
‘Axel Springer is niet de media. Maar haar beleid, dat is nou eenmaal de vrijheid die mediabedrijven hebben. Ben ik het daarmee eens? Totaal niet. Ik vind het ongeloofwaardig en onacceptabel wat daar gebeurt. Bij Axel Springer zitten heel veel titels. Ik kan me ook niet voorstellen dat zulke censuur zomaar geaccepteerd wordt als dit concern opeens Trouw overneemt. Wij hebben als redactie autonomie, die zelfs bij wet is vastgelegd. Wij voeren ons eigen beleid. Als onze eigenaars zeggen dat we alleen nog maar positief mogen schrijven over Israël, dan hebben we een probleem met elkaar. Aan zo’n eis zullen we als krant ook niet voldoen. Je moet vanuit je eigen waarden journalistiek bedrijven. Overigens snap ik wel waarom het in Duitsland zo is. Zij hebben daar een andere verleden met Joden dan wij hier.
‘Als Trouw schrijven we al tien jaar kritisch over het handelen van Israël in de bezette gebieden. We hebben voortdurend geschreven dat wat daar gebeurt illegaal is en niet mag volgens internationale verdragen. Daar zijn we altijd kritisch op geweest. We hebben ook geschreven dat die aanslag van Hamas een achtergrond heeft, die natuurlijk ook zit in de onoplosbaarheid van het conflict. Dat neemt niet weg dat ik vind dat heel veel mensen die zich inzetten voor de Palestijnen te weinig zien wat voor organisatie Hamas is. Het is gewoon een keiharde terroristische organisatie, die sinds ze aan de macht zijn geen verkiezingen houden.’
Vinden lezers Trouw te pro-Palestijns?
‘Van lezers krijgen we veel brieven binnen. We zijn of te pro-Palestijns of te pro-Israël. Maar dat zit toch echt anders. Het nieuws focust zich op de strijd in Gaza, daarom schrijven we over wat daar gebeurt.
‘Natuurlijk schrijven we ook over de ontwikkelingen in Israël zelf. In een liberale stad als Tel Aviv zijn jongeren net zo hard tegen Hamas als ouderen. Er zijn veel trauma’s. Daar moet je begrip voor hebben. Dat betekent niet dat je wat Israël nu aan het doen is in Gaza aan het goedpraten bent.’
‘Toen ik achttien was, zat ik in een kibboets’
Wat doet de oorlog in Gaza met u en de redactie?
‘Jonge journalisten staan daar anders in staan dan oudere. Die discussie moet je wel met elkaar aangaan, en je moet ook naar elkaar luisteren. Ik ben echt opgegroeid met Israël. Toen ik achttien was zat ik in een kibboets. Jongeren van nu hebben een hele andere betrokkenheid bij Israël. Zij zijn zich bewuster van onrecht dan ouderen. Er is nu meer aandacht voor de Nakba, de verdrijving van de Palestijnen uit hun dorpen en huizen in 1948. Tegelijkertijd zie je dat in Israël de politiek de laatste dertig, veertig jaar is verhard. Dat heeft ook te maken met de komst van ongeveer een miljoen Joden uit de voormalige Sovjet-Unie. Zij hebben een heel andere achtergrond dan de Joden die in 1948 de staat Israël stichtten en vormgaven. Hun opvattingen en de daaruit voortvloeiende radicalisering hebben er ook voor gezorgd dat Israël nu zo geïsoleerd is komen te staan.
‘Israël werkte de laatste jaren aan betere betrekkingen en diplomatieke relaties met de buurlanden. In die zin is de aanslag van Hamas wel strategisch en succesvol, want die heeft de normalisering van de betrekkingen met islamitische landen ernstig bemoeilijkt.’
Moeten wij ons ook zorgen gaan maken over de persvrijheid in ons eigen land?
‘Volgens de PVV is de NPO links, net als de rechterlijke macht, de ambtenaren en alle media behalve de Telegraaf en AD. Die opstelling van de PVV is zorgelijk. Daar zit een soort Hongaars model achter, dat de vrijheid van meningsuiting, in het bijzonder de persvrijheid, onder druk zet. Achter die bezuinigingsplannen, ook vanuit de VVD, NSC en BBB, gaat natuurlijk ook boosheid over die zogenaamd linkse NPO schuil. Maar als je kijkt naar de NPO, zitten daar Ongehoord Nederland, AVROTROS, WNL, PowNed, de EO en Max. Dat zijn toch geen linkse omroepen? Het frame van een linkse NPO klopt niet.’
Stel je voor, PVV en rechts willen à la Trump alles veranderen. Zijn onze instituties dan sterk genoeg om weerstand te bieden?
‘Dat is nog maar de vraag. Kijk naar wat er in Hongarije, Polen en Slowakije gebeurt en we zagen het ook in Turkije, dat zijn langzame sloopprocessen, waarbij mensen geduld hebben. De democratische rechtsstaat wordt niet in een of twee jaar om zeep geholpen. Dat neemt vele jaren in beslag. In Polen heeft PiS nu niet meer de macht, maar het kost de democratische krachten veel moeite om de liberale democratie te herstellen. Kortom, het is ongelooflijk ingewikkeld. In die zin ben ik bezorgd. Het zorgwekkende is ook dat misschien wel heel veel mensen van die democratische instituties af willen of zich niet realiseren wat er op het spel staat.’
Onze columnist, rabbijn Lody van de Kamp, scheef dat 1933 niet opeens plaatsvond maar dat er een heel traject aan voorafging. Veel moslims maken zich zorgen over Wilders. Niet dat we toen met nu gelijk moeten stellen, maar snapt u die bezorgdheid? Wat zou u tegen islamitische jongeren willen zeggen, die hier geboren en getogen zijn en bang zijn voor de toekomst?
‘Dat zij zich zorgen maken, dat snap ik heel goed. Maar ik weet niet een, twee, drie wat nu de oplossing is. Een van de manieren om tot elkaar te komen is echt in gesprek gaan. Er wordt wel tegen elkaar gesproken, maar niet met elkaar. En daar zit wel mijn bezorgdheid.
‘De verkiezingsuitslag van 22 november is ook een reactie op de multiculturele samenleving. Dat is zonneklaar. Maar dat komt ook omdat er mensen zijn die de onderlinge verschillen benoemen en niet de overeenkomsten. We kunnen met elkaar ook een hele rijke samenleving vormen. Er zit veel kennis en expertise in multiculturaliteit. We hebben de nieuwe mensen ook nodig. We kunnen niet meer zonder migratie. De wereld verandert, Nederland verandert en wordt veelkleuriger. Daar heb je mee te dealen. En dat betekent niet dat ik woke ben. Nee, dat is gewoon nuchterheid.’
Nu u hier toch bent...
Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.
Vertel mij meer!