‘De media? Zij zijn zo pro-Israël als wat! Alles wat de Joden doen en wat Israël doet, is zielig. Zij hebben altijd gelijk. Dat is het enige wat we in de media te lezen krijgen.’
Ik kijk niet zonder verbazing de kring rond. Aan het begin van de middag stelden we ons elkaar voor. Ons diverse gezelschap bestond uit moslims en Joden, Palestijnen, Israëliërs en Nederlanders met een Turkse en Marokkaanse achtergrond. Nadat we ons aan elkaar hadden voorgesteld, hoorden we van de ander een tegenovergestelde mening. ‘De media? De hele berichtgeving is anti-Israël, anti-Joods. Ja, vaak echt antisemitisch!’
Mijn verbazing hierover wordt door een enkeling gedeeld. Zijn die media nu voor of tegen Israël? Zijn ze pro- of anti-Palestijns? We halen onze schouders op. Dit zal wel te maken hebben met de eigen perceptie van de lezer. De een ziet het zus, de ander zo. Het is niet alleen een kwestie van berichten, maar ook van interpreteren.
Wel wil ik hier even iets kwijt over dat ene lidwoord: ‘de’. Dit is een uitspraak van mij, die ik niet zo lang geleden bij een interview heb geplaatst. En waarvan ik blij ben dat deze mij nu al meerdere keren werd nagedragen.
In ons gesprek moeten we af van dat generaliserende woordje ‘de’. Wij moeten het niet hebben over de Joden, de Russen, de vrouwen of de Turken. Generaliseren is het eerste ingrediënt van polarisatie, het tegenover elkaar plaatsen van mensen, om ten slotte die ander buiten te sluiten.
En dat betreft zeker ook ‘de’ media. Zoiets bestaat niet. Er bestaan media. Maar dan zonder lidwoord. Het ene medium doet zijn werk zorgvuldig, een ander medium kiest ervoor om ver van de neutraliteit te blijven. En de ene journalist ziet er nauwlettend op toe om, wanneer het over conflicten gaat, alle partijen aan het woord te laten. Andere journalisten maken op voorhand keuzes, wie wel en wie niet een podium krijgt.
‘Ik vraag toch ook niet aan de Evangelische Omroep hoe katholieken zich voelen?’
Maar toch kun je ook terechte kritiek hebben op sommige media. Op de NOS bijvoorbeeld. Die maakte op 31 oktober een flinke uitglijder. De Israëlische ambassadeur bij de Verenigde Naties had ervoor gekozen om tijdens het debat over de verschrikkingen in Israël van 7 oktober en de strijd die daarop in Gaza volgde zichzelf en zijn medewerkers een gele Jodenster op te prikken. Eenzelfde ster die de Joden op last van Nazi-Duitsland op hun kleding moesten dragen. Eenzelfde ster die radicale antivaxxers zich hadden opgespeld tijdens de coronacrisis, wat velen – ook binnen de Joodse gemeenschap – ongepast vonden. Maar nu mocht het opeens wel, vond de ambassadeur. Omdat die ster ‘een herinnering is dat wij hebben gezworen om terug te vechten en ons te verdedigen’.
De NOS maakt een rondje door Joods Nederland. Wat vinden wij, als Joden, hiervan? De NOS voerde hiervoor drie mensen op. De eerste was Naomi Mestrum, directeur van het CIDI. Zij is echter geen Jodin, maar van christelijke huize. Dat waren Emile Schrijver, directeur van het Joods Cultureel Kwartier (JCK) en Bart Wallet, hoogleraar Joodse studies aan de Universiteit van Amsterdam (UvA), ook. Geen kwaad woord over deze mensen. Maar de NOS was toch bezig met een rondje Joods-Nederland? Ik vraag toch ook niet aan de Evangelische Omroep hoe katholieken zich voelen?
En daarnaast was er nog iets in de berichtgeving van onze NOS. Vanwege de oorlog in Gaza hebben ongeveer 2000 streng-orthodoxe Joden zich aangemeld als vrijwilliger voor het Israëlische leger. Dat is bijzonder, omdat zij zijn vrijgesteld voor militaire dienst. Het toont iets van de dreigende situatie in Israël. Maar dan komt de NOS even aan het woord. Wie zijn deze mensen? ‘Het is een in zichzelf gekeerde groep die volledig buiten de rest van de Israëlische samenleving staat. Ze hebben geen televisie of internet. Vrouwen dragen lange rokken en een hoofddoek of pruik. Ze hebben een ondergeschikte rol in het gezin, met vaak veel kinderen. Jonge mannen moeten al hun tijd aan het geloof besteden en het bestuderen van de Thora.’
Daar gaan we weer, NOS. ‘Zij staan buiten de samenleving.’ Geldt dat dan ook voor delen van de Joodse gemeenschap in Nederland? En voor strenge protestants-christelijke gemeenschappen, zoals de bevindelijk-gereformeerden, en streng-orthodoxe moslims? Ook deze groepen worden door de NOS buiten onze samenleving geplaatst met deze retoriek.
Nee, ik vind niet dat je generaliserend over ‘de’ media moet spreken. Maar helaas worden er door media soms hele domme berichten de ether ingeslingerd. Dit mag niet te vaak gebeuren.
Nu u hier toch bent...
Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.
Vertel mij meer!