Voormalig BIJ1-voorzitter Rebekka Timmer, socioloog Merijn Oudenampsen, journalist Remco van Mulligen en publicist Wouter Louwerens bespreken de mogelijkheden en uitdagingen van een partij links van GroenLinks-PvdA. Is Nederland klaar voor een socialistisch alternatief?
In Frankrijk heeft Nouveau Front populaire (Nieuw Volksfront) van de pro-Palestijnse Jean-Luc Mélenchon de parlementsverkiezingen gewonnen en in het Verenigd Koninkrijk zijn vijf onafhankelijke, pro-Palestijnse kandidaten in het Lagerhuis verkozen, waaronder voormalig Labour-leider Jeremy Corbyn. Wat betekent hun succes voor Nederland? Is er behoefte aan een partij links van links, die ondubbelzinnig pro-Palestina is en een geduchte concurrent kan vormen voor GroenLinks-PvdA?
Durven dromen
Rebekka Timmer, oud-voorzitter van BIJ1, wordt enthousiast van de successen van Mélenchon, Corbyn en ook de Belgische PVDA (een radicaal-linkse partij, niet te verwarren met de Nederlandse PvdA). ‘Er is een goede voedingsbodem voor een écht links geluid, geen links dat concessies doet en capituleert voor het kapitalisme’, zegt ze. ‘Bij GroenLinks-PvdA hebben ze geen droom meer. Ze doen niet aan systeemkritiek. Er is geen fundamenteel verschil tussen links en rechts in de Tweede Kamer. Ze zijn allemaal onderdeel van het kapitalistische systeem. Mélenchon, Corbyn en de PVDA durven wel te dromen. Zij weten dat kapitalisme niet werkt, dat het systeem moet veranderen, dat het tijd is voor een socialistisch alternatief. Ik geloof dat er een grote potentie is, ook hier, om het echte linkse gedachtegoed te laten winnen. Het gaat erom een alternatieve wereld te kunnen scheppen. Niet vanuit Den Haag, vanuit de Tweede Kamer, maar vanuit de straat.’
Timmer vindt dat mensen die zich met elkaar verbinden het ware socialisme is. Dat ideaal is vergeten door de focus op de Tweede Kamer. ‘We moeten het parlementarisme loslaten, dat is slechts een middel. De focus moet het socialisme zijn. Mensen moeten inzien dat zij de macht hebben om de wereld te veranderen. Dat doe je niet als je je aanpast aan de liberale status quo.’ De oud-voorzitter van BIJ1 pleit echter niet voor Sovjetraden of iets dergelijks. ‘Karl Marx zei dat socialisme geen blauwdruk is. Het is afhankelijk van tijden en omstandigheden. Deze tijden vragen om een ander model.’ Timmer heeft nog geen concreet model voor ogen, maar denkt in de richting van een commune, maar dan in het groot.
‘De focus moet het socialisme zijn’
BIJ1 is een partij die wel durfde te dromen, maar zit sinds eind vorig jaar niet meer in de Tweede Kamer. ‘Het fundament van BIJ1 was niet heel sterk’, zegt Timmer hierover. ‘Verschillende leden hadden allemaal hun eigen projecties, over wat BIJ1 moest zijn. Hun waarheid was de waarheid van BIJ1, vonden ze. Dat leidde tot allerlei conflicten. Er was te veel onpraktisch idealisme.’ Toch is BIJ1 niet totaal mislukt, vindt Timmer. ‘We hebben uitgeprobeerd wat wel en niet werkte. BIJ1 probeerde een alternatief te vormen. Daaruit hebben we onmisbare lessen geleerd voor de toekomst van écht links. Daarnaast ben ik ontzettend trots op mensen als BIJ1-partijleider Edson Olf en Utrecht BIJ’s politiek leider Stevie Nolten die het nodige werk – ondanks alle tegenvallers – blijven voortzetten. Op zulke kameraden wordt de revolutie gebouwd.’
Charismatische leider
Socioloog en politicoloog Merijn Oudenampsen (Universiteit van Amsterdam) vindt het jammer dat BIJ1 niet meer in de Tweede Kamer zit, zegt hij. ‘BIJ1 had een belangrijke agenderende functie, Sylvana Simons is een belangrijke stem in het debat geweest. Maar helaas had BIJ1 weinig electoraal potentieel. Sowieso is het politieke speelveld voor links klein nu. Je kunt dan niet anders dan oppositievoeren, of in de regering stappen en dan je principes opgeven.’
Is er ruimte voor een nieuwe pro-Palestijnse partij op links die de concurrentie aan kan gaan met GroenLinks-PvdA? Oudenampsen heeft zo zijn twijfels. ‘Het is lastig om nu een nieuwe politieke partij te beginnen. Dat gaat zeker niet lukken zonder een charismatische leider. Als je pro-Palestina bent en hiervan een halszaak maakt, dan kun je nu op Denk of de Partij voor de Dieren stemmen. Maar wil je niet op deze partijen stemmen, dan kun je ook op een pro-Palestijnse kandidaat van GroenLinks of PvdA stemmen. Voor veel linkse kiezers is Palestina geen halszaak, ze vinden andere onderwerpen belangrijker.’ Oudenampsen raadt GroenLinks-PvdA om die reden ook niet aan om zich uitdrukkelijk op dit onderwerp te profileren. ‘Peilingen wijzen uit dat kiezers binnenlandse thema’s het belangrijkst vinden.’
‘Voor veel linkse kiezers is Palestina geen halszaak’
Oudenampsen legt uit dat de buitenlandse voorbeelden zich niet direct laten vertalen naar de Nederlandse context. In het Verenigd Koninkrijk en in Frankrijk heb je een heel ander politiek systeem. In het Verenigd Koninkrijk heb je een districtenstelsel, waardoor het moeilijker is voor kleine partijen om in het Lagerhuis te komen. Daarom is Labour nu ook de grootste. Slechts in enkele districten, vaak met veel moslimkiezers, hebben de onafhankelijke kandidaten geworden. In Frankrijk bestaan de parlementsverkiezingen uit twee rondes. ‘Tijdens de tweede ronde zag je allerlei samenwerkingen ontstaan. Het middenblok steunde in veel kiesdistricten de kandidaat van het linkse blok, vandaar dat niet Rassemblement National maar het Nieuwe Volksfront de verkiezingen won.’ Mélenchons partij La France Insoumise, die samen met andere partijen het linkse blok vormt, is een alliantie tussen hoogopgeleide progressieve mensen in de grote steden en de bewoners van de banlieues, vervolgt Oudenampsen. ‘In Nederland bestaat zo’n alliantie niet, maar dat komt ook omdat het hier dus relatief gemakkelijk is om als kleine partij in de Tweede Kamer te komen.’
Partij voor de dieren
Historicus en journalist Remco van Mulligen is een warm pleitbezorger van de Palestijnse zaak en om die reden kritisch op ‘gematigd’ linkse partijen als Labour en PvdA. Maar hij wil zijn eigen politieke positie niet ‘radicaal’ noemen, zegt hij. ‘Ik vind de term radicaal links te glibberig. Ik spreek liever over progressieve politiek, die een pragmatische tak heeft, GroenLinks-PvdA, en een principiële tak, Partij voor de Dieren en BIJ1. Beide takken bewegen zich binnen de grenzen van de democratische rechtsstaat. Dit maakt ook dat zij anders zijn dan radicaal- en extreemrechtse partijen, zoals de PVV en Forum voor Democratie die deze grenzen juist overschrijden.’
Dat gezegd hebbende ziet Van Mulligen ruimte voor een partij links van GroenLinks-PvdA. ‘Een principieel linkse partij kan ook kans van slagen hebben. Dat zagen we ook bij BIJ1. Die partij had een zetel en zou die nog steeds hebben als Sylvana Simons was doorgegaan.’ Volgens Van Mulligen is de Partij voor de Dieren nu in dit gat gesprongen onder Esther Ouwehand, die zich meer naar links is gaan bewegen: pro-Palestina en pro-lhbtqia+.
‘We hebben zo’n principieel linkse partij al’
De belangrijkste standpunten van een principiële partij links van GroenLinks-PvdA moeten de standpunten van PvdD zijn, aldus Van Mulligen. ‘Want nogmaals, we hebben zo’n principieel linkse partij dus al. Opkomen voor alles wat kwetsbaar is, zowel mens als natuur, staat bovenaan. Dat betekent een radicaal klimaatbeleid, goede opvang van migranten, open grenzen en strijden tegen alle vormen van discriminatie, waarbij de Nationaal Coördinator Antisemitisme Bestrijding (NCAB) opgaat in de Nationaal Coördinator tegen Discriminatie en Racisme (NCDR).’ Daarnaast moet deze linkse partij strijden voor internationale rechtvaardigheid, voor Palestina en in Oekraïne, maar ook voor andere gebieden die nu vaak niet het nieuws halen.
Wel realiseert Van Mulligen zich dat links, laat staan wat hij principieel links noemt, geen meerderheid heeft. ‘De meerderheid overtuig je niet. In Nederland is, net als in de ons omringende landen, links altijd een minderheid. Ongeveer 30-35 procent van het electoraat. De rest is centrumrechts of rechts. Dat is altijd zo geweest. Je ziet al decennia dat binnen die drie blokken vooral interne verschuivingen optreden. Van VVD naar PVV, van GroenLinks naar PvdA of naar PvdD, van D66 naar CDA of Volt. Mensen bewegen zelden van het ene naar het andere blok. Dus nee, overtuigen doe je niet. Maar een bundeling van GroenLinks en PvdA kan wel helpen om weer een progressieve machtsfactor te hebben, een partij die zelfs de premier kan leveren.’
Contact met de kiezer
De progressieve opiniemaker Wouter Louwerens (Duimspijker, Joop, Reporters Online) vindt dat Van Mulligen een punt heeft. ‘Nederland is in meerderheid een rechts land, dat maakt de marge voor linkse politiek beperkt, maar aan de andere kant zijn links en rechts hier ook geen absolute categorieën. Eigenlijk zou er een linkse Baudet moeten opstaan. Ik bedoel natuurlijk niet de extremistische wappie van nu, maar de Thierry Baudet die de Statenverkiezingen van 2019 won. Iemand met charisma, die kan het best ver schoppen. Een Barack Obama bedoel ik.’
Nederlandse kiezers zijn op drift, zegt Louwerens. ‘Dat zie je op rechts het duidelijkst. Eerst was het Thierry Baudet, toen Caroline van der Plas, toen Pieter Omtzigt en nu is het Geert Wilders. Op links is er ook verdeeldheid. En ze hebben geen charismatische leider. Sylvana Simons was het, maar BIJ1 was als partij te verdeeld. Frans Timmermans is het in ieder geval niet. Misschien moet je denken aan politici als Lutz Jacobi, een PvdA-politica die dichtbij de kiezers staat. Je moet contact hebben de kiezers niet alleen in campagnetijd, maar ook daarbuiten. Als je mensen echt het gevoel geeft dat je je voor hen inzet, dan creëer je daarmee vertrouwen.’
Nu u hier toch bent...
Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.
Vertel mij meer!