8.4 C
Amsterdam

PVV-politici blijven bij hun dommigheid

Lody van de Kamp
Lody van de Kamp
Rabbijn en publicist.

Lees meer

Said kijkt mij aan. Ik kijk Said aan. ‘Hier klopt iets niet!’ Samen kijken wij naar de beelden van een paar jochies, veertien, vijftien jaar oud, die de meest racistische woorden uitkramen. ‘Ze moeten allemaal dood. Hitler zal ons dankbaar zijn dat we dit roepen.’

Knullen van die leeftijd die in ons land zomaar voor de camera zulke verachtelijke ideeën uitkramen? Hier klopt iets niets. Als het kerels waren geweest van veertig, vijftig of zestig jaar dan weet je wat voor minderwaardig gedachtengoed er bij hen tussen de oren zit. Maar zulke kinderen? Een dag later zitten we in de auto, op weg naar het politiebureau. Daar zitten ze dan met hun vieren. De processen-verbaal met het verslag wat ze met hun woorden misdaan hebben, liggen voor ons op tafel.

De volgende weken gaan we met de knaapjes op stap. Ze luisteren naar persoonlijke verhalen van hen die discriminatie en uitsluiting werkelijk aan den lijve hebben ondervonden. Het bezoek van de vier samen met ons aan het Achterhuis, de plek waar Anne Frank was ondergedoken, beantwoordt bij hen heel veel vragen. Al met al meer dan genoeg om ook van deze jongelingen weer fatsoenlijke burgers te maken. Na de nodige tranen van spijt.

Leden van de Staten-Generaal. Dit vlees heeft u in de kuip. Zo’n man heeft u, leden van de Tweede Kamer, gekozen tot uw voorzitter. De meest abjecte woorden heeft hij, samen met zijn politieke maten, uitgesproken.

Onze knulletjes namen tenminste de moeite om te luisteren naar de echte verhalen. Zo konden ze horen wat nazi-Duitsland allemaal heeft veroorzaakt. De jongens spanden zich in om te begrijpen waar uitsluiting, racisme en feitelijke haat uiteindelijk toe leiden. De volwassen mannen en vrouwen die nu aan het roer zitten doen geen enkele moeite om tot de waarheid door te dringen.

‘Een zo’n laadlijst is voldoende om te beseffen wat slavernij inhoudt’

Heeft deze democratisch gekozen volksvertegenwoordiger ooit de moeite genomen om een kijkje te nemen in de archieven van het Scheepvaartmuseum, of in de bibliotheek van de Universiteit van Amsterdam? Als hij en zijn kompanen dat nou eens zouden doen, nog vóór ze met de Koning het bordes beklimmen.

Dan komen ze meteen de laadlijsten van de slavenschepen tegen. Daar lezen ze dat de handel aan boord bestond uit zoveel vaten reuzel, zoveel balen textiel, zoveel geweren en buskruit, zoveel gekochte mannen, vrouwen en kinderen. Slaven op het tussendek die tijdens de overtocht over de Atlantische Oceaan naakt zijn vastgeketend, veelal liggend in hun uitwerpselen. Zo is het allemaal beschreven. Eén zo’n laadlijst is voldoende om te beseffen wat slavernij inhoudt. Maar dit beseffen de PVV-politici niet.

Jonge kinderen die nog op school zitten nemen heel bewust, maar ook heel dapper, afstand van wat zij ooit in hun dommigheid en onwetendheid voor de camera hebben geroepen. Zij laten zich op sleeptouw nemen om hun lessen ter harte te nemen. Maar PVV-politici geven geen krimp, doen geen nieuwe kennis op en blijven tot het laatste moment vasthouden aan hun foute gedachtegoed.

De zaak over de kranslegging bij de Slavernijherdenking lijkt te zijn opgelost. De Kamervoorzitter komt niet. Maar de kwestie is nog niet voorbij.

Martin Bosma heeft geen woord teruggenomen van zijn uitspraken over de slavernij. Daarom heeft de organisatie dan maar besloten de uitnodiging in te trekken. Een verstandig besluit, maar wel een afschuwelijke nederlaag voor fatsoenlijk Nederland. Het laat zien hoe diep wij als kiezersvolk zijn gezonken.

Ook deze 4 mei misdroegen enkele jongeren zich, door met kransen te voetballen. Maar zij laten zich, in tegenstelling tot PVV-politici, wel aanspreken op waar ze mee bezig zijn.

Het soort volksvertegenwoordigers waar we het nu mee hebben te doen, laten zich dus niet aanspreken. De ‘omvolking’ van Marjolein Faber heet ineens een ‘zorgelijke demografische ontwikkeling’. Bosma neemt geen afstand van zijn opvattingen over de slavernijherdenking en gniffelt bij de gedachte dat het Nationaal instituut Nederlands slavernijverleden en erfenis (NiNsee) daarom maar de uitnodiging heeft ingetrokken. ‘O Nederland, let op u saeck’, schreef Valerius in 1574. Zijn waarschuwing blijft actueel.

Nu u hier toch bent...

Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.

Vertel mij meer!
- Advertentie -