Is de Tweede Kamer een Huis van Bewaring, al is het maar in overdrachtelijke zin? Je zou het soms denken, gezien het sinds de eeuwwisseling toenemend aantal gestichtsrijpe figuren of seksuele delinquenten van het slag Dion Graus dat er rondloopt. Of preludeert FvD-Eerste Kamerlid Theo Hiddema op een eigen rol als advocaat voor Thierry Baudet, als die onverbeterlijk blijft?
Het was in elk geval een opmerkelijke uitsmijter van het recente interview van NRC-redacteur Marcel Haenen met Hiddema. Daarin zei Hiddema te worstelen met het feit dat zijn club steeds meer ‘eendimensionale wappies’ aantrekt. Hij riep Baudet ook op om een einde te maken aan de antisemitische ‘smurrie die mij steeds omringt’. Dit, naar aanleiding van een ‘weerzinwekkende’ tweet van zijn voorman, waarin deze de coronamaatregelen met de Holocaust vergeleek.
Aldus Hiddema, die op de opmerking ‘dat de leider aanhoudend foute dingen zegt, toch een reden is om weg te gaan’, reageert dat hij vol goede hoop blijft. Want: ‘Misschien komt Baudet nog bij zinnen. Ik heb mensen in het Huis van Bewaring ook zien veranderen.’
Is dat wat Baudet straks wacht, als boetes op abject getwitter niet helpen? In elk geval zou het een zeer nuttige educatieve ervaring zijn als Baudet daar eens een tijdje doorbracht. Mogelijk dat Hiddema daarop ook zijn hoop heeft gevestigd, gezien zijn ervaring met andere ontspoorden. Dan leert Baudet tenminste eens echt wat het verlies van vrijheid betekent. En misschien dat hij dan ook beseft dat er nog enig verschil – enig verschil – bestaat tussen een nachtelijke ophokplicht door een avondklok en een vernietigingskamp.
Helemaal zeker daarvan ben ik echter niet.
In elk geval zou het een zeer nuttige educatieve ervaring zijn als Baudet eens een tijdje doorbracht in het Huis van Bewaring
Door zijn snelle verdere radicalisering sinds de breuk met politiek toch ook al niet geweldig okselfrisse types als Annabel Nanninga en Wybren van Haga, is Baudet definitief in de fascistoïde hoek beland. Het zijn langzaamaan geen incidenten meer, het is een heel extreemrechts wereldbeeld dat ook – zie de bedreigingen aan het adres van de Kamerleden Nilüfer Gündogan (Volt) en Sjoerd Sjoerdsma (D66) – steeds onbeschaamder uitgedragen wordt. Ook al handhaaft Baudet tegelijkertijd bewust een zekere dubbelzinnigheid waar het zijn intenties betreft. Hij wordt vaak ‘fout begrepen’, zo heet het dan gespeeld verontwaardigd.
Iets waarin ook Hiddema meeglibbert, als hij tegelijk Baudets lijn als ‘pure gramstorigheid’ goedkletst, en stelt dat hij te intelligent is om antisemiet te zijn. Gebrek aan intelligentie was indertijd echter niet het probleem bij Goebbels. Of bij Seyss-Inquart. Ook een groot liefhebber van klassieke muziek trouwens, dus dat biedt evenmin garanties.
Baudet en zijn trawanten gaan inmiddels veel verder dan Wilders, die vooral grof xenofoob is, en zeker ook een bedreiging voor de rechtsstaat vormt, maar er verder geen geschifte complottheorieën op nahoudt. Ook is Wilders nog niet zover gegaan om openlijke toespelingen op afschaffing van de parlementaire democratie toe te juichen.
Noch de pers, noch de politiek heeft inmiddels al een adequate methode weten te vinden om met het bewust agressieve en destructieve van FvD om te gaan. De Nederlandse media hebben, net als de Amerikaanse in het geval van Donald Trump, mede geholpen Baudet groot te maken door hem met het rellerige oog op leuke kijkcijfers steeds weer een podium te bieden, en bijvoorbeeld in de coronacrisis serieuze wetenschappers te noodzaken met hem over zijn onzinnige ideeën in discussie te gaan.
Hier speelt het Fortuyntrauma een rol, de ziekelijke angst om ‘de stem van het volk’ misschien nog een keer te missen, waarvan eerder ook Wilders heeft geprofiteerd.
Krijgt Baudet dan eens een keer een koekje van eigen deeg, omdat eindelijk iemand hem knetterhard met zijn geklets confronteert, dan loopt hij niet alleen zelf boos uit de studio weg, maar rennen presentator en omroep hem ook nog onder veel excuses achterna – zie Eva Jinek na de voltreffer van cabaretier Martijn Koning.
En na de tribunalendreiging voor Sjoerdsma wist vergadervoorzitter Ockje Tellegen, nadat Pepijn van Houwelingen riep dat het ‘niet persoonlijk’ bedoeld was, niet veel anders uit te brengen dan dat zij dat ‘toch weer jammer’ vond. Wie geeft dáár eindelijk Baudet eens stevig lik op stuk?
Nu u hier toch bent...
Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.
Vertel mij meer!