De zomervakantie is een periode waarin ik mezelf opnieuw probeer uit te vinden. Ik evalueer het voorgaande jaar altijd kritisch. Wat ging goed? Wat kan beter? Waar werd ik gelukkig van? Wat leverde me te veel stress op?
In augustus verbleef ik tweeëneenhalve week in Spanje. Hoewel het even duurde voordat de piekermachine in mijn hoofd tot bedaren kwam, voelde ik me na een dag of vier een stuk energieker. Het vitamine D tekort in mijn bloed werd aangevuld, ik had eindelijk tijd om de boeken te lezen die al zo lang op mijn nachtkastje lagen te wachten en behalve af en toe een pagina omslaan hoefde ik even helemaal niets van mijn innerlijke criticus – een unicum in mijn leven. Ik was zelfs gestopt met Twitter, een medium dat ik normaal gesproken minstens vijftig keer per dag check. Het nieuws moest maar even wachten. Ook journalisten hebben af en toe vakantie nodig.
Ik lag op het strand van Valencia, bezocht de leukste boetiekjes, genoot van driegangen lunches, waarna ik midden op de dag in slaap viel, danste in Madrid tot drie uur ’s nachts op Spaanse hits tijdens een lokaal straatfeest, bewonderde kunstwerken in het Prado Museum en het Reina Sofia en nipte aan wijn uit Rioja. Ik vind het altijd lastig om te zeggen wanneer ik gelukkig ben. Immers, wat is geluk precies? Is dat een permanente staat van zijn of een gevoel dat je enkele seconden lang overvalt? Tevreden, dat was ik in ieder geval. En het lukte me eindelijk om enigszins in het moment te leven in plaats van na te denken over wat er in de toekomst allemaal zou kúnnen gebeuren, heel mindful voor de ietwat neurotische vrouw die ik normaal gesproken ben.
Natuurlijk kreeg ik het nieuws mee over die verschrikkelijke aanslag in Barcelona. Ik zat net in de sneltrein van Madrid naar Málaga toen mijn vader me een sms stuurde met de vraag of ik veilig was. Ik had geen idee waar hij het over had. Er heerste een serene rust in de treincoupé, waar het bericht nog niet was doorgedrongen. De dagen daarna viel de toename van politieagenten op straat op, maar niemand stopte met vakantie vieren. In Marbella waren de boulevards overvol en in het jetsetplaatsje Puerto Banús leek de champagne niet aan te slepen.
Meteen na aankomst op Schiphol drong de realiteit weer tot me door, net als de waan van de dag waar je slechts tijdelijk aan kunt ontsnappen. Tegen beter weten in liep ik naar de AKO om een krant te kopen. ‘Weer Marokkanen. Toeval?’, kopte het AD over de aanslagplegers in Barcelona. Wat was dat nou weer voor suggestieve voorpagina? Om me heen hoorde ik mensen klagen over het weer en over rekeningen die nog betaald moesten worden. Het werd me pijnlijk duidelijk dat ik terug was in Nederland.
Binnen mum van tijd hield ik de situatie tussen de Verenigde Staten en Noord-Korea weer angstvallig in de gaten en raakte ik verwikkeld in discussies over de beslissing van een rechter om het Haagse oud-gemeenteraadslid Yasmina Haifi een schadevergoeding toe te kennen. Ze zou in 2015 onterecht zijn ontslagen vanwege een omstreden tweet: ‘ISIS heeft niets met islam te maken… is vooropgezet plan van zionisten die bewust islam willen zwart maken.’ De bruine kleur op mijn huid vervaagde sneller dan ik wilde en mijn vertrouwde bleke wangen braken razendsnel door mijn zomersproeten heen.
Na iedere vakantie neem ik me één ding voor: volgend jaar ga ik mezelf écht opnieuw uitvinden en zal ik een relaxter leven leiden. Misschien dat het me ooit lukt.
Nu u hier toch bent...
Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.
Vertel mij meer!