6.3 C
Amsterdam

Eén stap vooruit, drie stappen achteruit

Lody van de Kamp
Lody van de Kamp
Rabbijn en publicist.

Lees meer

Na veertien jaar studie scherpte het Vaticaan deze zomer de straffen aan voor seksueel misbruik binnen de rooms-katholieke kerk. Goed nieuws voor de getroffenen, maar in de praktijk een lastige zaak. Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens oordeelde drie weken geleden dat slachtoffers het Vaticaan en de Paus niet kunnen aanklagen.

Dat zit als volgt. De leiding van de wereldkerk zetelt in het Vaticaan en het Vaticaan is een staat zoals alle andere landen. Hierdoor valt alles wat er gebeurt binnen die kerk niet onder de jurisdictie van een buitenlandse rechtbank. Hierdoor staan de slachtoffers uiteindelijk toch met lege handen. Zij zijn door het hof in het ongelijk gesteld.

Deze wirwar aan regels brengt mij weer terug naar het einde van de vorige eeuw. De verhoudingen tussen de Joodse en de Rooms-Katholieke gemeenschap zijn danig verstoord. Poolse nonnen hebben in 1984 een klooster gevestigd binnen het voormalige vernietigingskamp Auschwitz. Het is bedoeld als plaats van gebed, notabene ook voor verreweg de meeste slachtoffers daar: de honderdduizenden Joden.

Maar voor Joden is Auschwitz een enorme Joodse begraafplaats. Een klooster hoort daar niet. Te midden van alle Joodse protesten liet een van de toenmalige Nederlandse bisschoppen zich in een interview erg negatief uit over de Joden. Eens te meer reden voor ons rabbijnen om bij die bisschop van het Bisdom Haarlem op audiëntie te gaan.

Het gesprek begint vriendelijk. ‘Ook in mijn ouderlijk huis hebben wij wel eens Joden over de vloer gehad’, zegt de bisschop. Daarna komt het klooster in Auschwitz ter sprake: ‘Heren rabbijnen, de Nederlandse bisschoppen willen niets liever dan dat de nonnen zo snel mogelijk hun klooster in Auschwitz verlaten.’ Wij denken dat het gesprek hiermee de goede kant uitgaat.

Maar dan: ‘Het probleem is dat wij als bisschoppen volgens ons kerkelijk recht niet over de grenzen van ons eigen bisdom heen mogen spreken. Dus wij mogen ons vanuit Nederland niet bemoeien met wat er zich afspeelt binnen het Bisdom van de Poolse stad Krakau, waar Auschwitz onder valt.’

Het gesprek wordt lastiger. ‘De bisschop van Krakau, monseigneur Marcharski, heeft zich weliswaar eerder negatief uitgelaten over de Joodse bemoeienissen met het klooster in het concentratiekamp. Hoewel hij van de zaak af wil, komt hij twee problemen tegen. Om een klooster te verplaatsen hebben wij een nieuw gebouw nodig. Bouwmaterialen zijn schaars in het arme Polen. Daarnaast wordt het hele probleem van de Joden in Polen niet gezien. Volgens de visie van onze kerk in Polen wordt Auschwitz als niet een specifieke plaats van vernietiging van Joden, maar gewoon van Polen gezien. Ook als dat beeld niet overeenkomstig de waarheid is, zal het nog jaren duren tot het in de ogen van de Poolse bevolking is bijgesteld. Tot dat moment hoeft de Joodse gemeenschap niet te rekenen op enige steun van de kerk in deze zaak.’

‘Het probleem is dat wij als bisschoppen niet over de grenzen van ons eigen bisdom heen mogen spreken’

Wij doen nog een poging. ‘En Paus Johannes Paulus II? Deze komt zelf uit Polen. Heeft hij dan ook geen invloed?’

De bisschop kijkt ons welwillend aan. ‘Inderdaad, de Paus. De Heilige Vader is de enige die wél over de grens van zijn eigen bisdom Rome heen mag spreken. Dus dat zou kunnen. Alleen hiervoor geldt volgens hetzelfde kerkrecht ook een beperking. De Paus mag zich bemoeien met zaken in de andere bisdommen wanneer het gaat over geloofszaken of over ethische kwesties. De plaats die de nonnen hebben uitgekozen om te gaan wonen in Auschwitz, is echter geen geloofszaak of een kwestie van ethiek. Het gaat hier allen maar over een vestigingsplaats van een klooster. Om hiermee over de grenzen van zijn bisdom heen te spreken is ook de Paus niet toegestaan.’

En zo staan wij even later met lege handen op de stoep van het bisschoppelijk paleis. Toen beseften wij nog niet dat deze kerkelijke tactiek, van één stapje vooruit en drie stappen achteruit, zoveel jaren later bij het onbeschrijfelijk leed van de misbruikzaken gewoon op dezelfde manier ook zou worden toegepast.

Nu u hier toch bent...

Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.

Vertel mij meer!
- Advertentie -