Het Herdenkingsjaar Slavernijverleden loopt van 1 juli 2023 tot 1 juli 2024. Daarbij stelt de regering dat daarna de aandacht voor het slavernijverleden niet stopt. In dit herdenkingsjaar wordt een gemaakt wordt met langjarige projecten die uiteindelijk inhoud geven aan datgene wat er na de ‘komma van Rutte’ komt. Op 19 december 2022 voegde hij immers aan zijn excuses nadrukkelijk toe dat die niet een punt betekenden, maar een komma.
Wat de nieuwe samenstelling van de Tweede Kamer betekent voor de uitvoer van deze projecten valt nog niet te overzien, daarvoor is de huidige politieke situatie te onduidelijk. Des te belangrijker juist nu, ongeveer halverwege het herdenkingsjaar, scherp voor ogen te hebben waar wij willen uitkomen wat betreft de omgang met ons gedeeld verleden. En wat daarvoor nodig is.
De door de regering ingestelde Dialooggroep Slavernijverleden adviseerde, in haar rapport van 1 juli 2021, de Staat der Nederlanden over te gaan tot erkenning, excuses en herstel.
Erkenning: erkenning van het Slavernijverleden én van het feit dat dat verleden tot op de dag van vandaag doorwerkt in alle samenlevingen van het Koninkrijk.
Excuses: als bevrijdende actie. Inmiddels zijn die aangeboden, door de rechtsopvolgers van de toenmalige regering, maar ook door rechtsopvolgers van stedelijke besturen, besturen van banken en andere instellingen. Door de koning is er zelfs gevraagd om vergiffenis.
Herstel: natuurlijk zal dat voor sommigen moeten bestaan uit herstelbetalingen, maar voor de overgrote meerderheid zal herstel vooral gaan over het wegwerken van maatschappelijke ongelijkheid. Dus, het effectief aanpakken van institutioneel racisme, zoals dat in inmiddels onderkend wordt, bij de kinderopvangtoeslagenaffaire, bij de nationale politie en de marechaussee, bij het ministerie van Buitenlandse Zaken en bij het gunnen van woningen, stageplekken en banen.
Er waren mensen die tijdens de voorstelling wegliepen
Maar het begint dus allemaal met het erkennen van wat er gebeurd is. Het onder ogen komen van de waarheid. In dat kader heb ik al eerder, samen met theoloog Joost Röselaers gepleit voor het instellen van een Waarheids- en Verzoeningscommissie, naar het voorbeeld van de gelijknamige Zuid-Afrikaanse commissie onder voorzitterschap van aartsbisschop Tutu. Niet dat je die één op één kunt kopiëren. De context is geheel anders, de slachtoffers en daders leven niet meer. Bovendien kennen we de waarheid van het slavernijverleden. Die is verschrikkelijk. Het is daarom ook nog maar de vraag of je bij deze onmenselijke gruwelijkheden mag vragen om verzoening. Wat we wel zouden kunnen overnemen is het platform dat door zo’n commissie geboden wordt, waar alle aspecten, alle perspectieven (ook de meest onbekende en alle gevoelde doorwerking en pijn) breed gedeeld kunnen worden.
Ik was dan ook blij verrast, toen ik door het Vlaamse theatergezelschap Action Zoo Humain werd uitgenodigd om als voorzitter mee te doen aan hun voorstelling: De Waarheidscommissie. In deze voorstelling is het tentoonstellen van mensen uit de door Nederland gekoloniseerde gebieden in zogenaamde mensentuinen het onderwerp van onderzoek. Het gezelschap baseerde zich op het format van de Waarheids- en Verzoeningscommissie uit Zuid-Afrika. Diverse getuigen brachten – in woord, beeld en beweging – hun getuigenis over de geschiedenis van de mensentuinen en de doorwerking ervan in het heden.
Afgelopen najaar zijn er voorstellingen geweest in de steden waar deze mensentuinen gehouden werden, Amsterdam, Rotterdam en Arnhem. We hebben speciale voorstellingen voor jongeren en scholieren gehouden en na de voorstelling vaak diepgaande gesprekken gevoerd. Er waren mensen die tijdens de voorstelling wegliepen, voor wie de verschillende waarheden die op tafel kwamen, niet te verdragen waren. En heel veel mensen waren gechoqueerd. Ze hadden nog nooit van deze mensentuinen gehoord.
Alles begint met het erkennen van de waarheid. En het besef dat er niet één waarheid is, maar dat er verschillende waarheden naast elkaar kunnen bestaan. En dus ook verschillende perspectieven van waaruit er naar een gebeurtenis of het verleden gekeken kan worden. Een Afrikaans spreekwoord luidt: Zolang de leeuw niet kan schrijven, zal elk verhaal over het succes van de jager gaan.
En bijna iedereen die de voorstelling zag vond dat echt iedereen die zou moeten zien. Het goede nieuws is dan ook dat er nog extra voorstellingen komen. En wel in onze nationale vergaderzaal, in de Eerste Kamer der Staten Generaal, op 4 april en in Nieuwspoort, grenzend aan de Tweede Kamer, op 5 april. Juist daar en nu moet dit verhaal gehoord worden. De kaartverkoop start binnenkort. Wees er snel bij!
Nu u hier toch bent...
Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.
Vertel mij meer!