14.1 C
Amsterdam

Hoe inclusief was de Feminist March nu echt?

Thomas von der Dunk
Thomas von der Dunk
Publicist. Cultuurhistoricus.

Lees meer

Zondag vond in Amsterdam voor het eerst de zogeheten Feminist March plaats, opvolger van de jaarlijkse Women’s March, die in 2017 in de Verenigde Staten ontstond als reactie op de ‘verbale’ handtastelijkheden jegens vrouwen van Donald Trump.

De Nederlandse organisatie had, aldus de Volkskrant, tot die naamswijziging besloten opdat niet alleen feministische vrouwen, maar iedereen die hun ideeën over bevrijding onderschreef, mee kon doen. Algehele inclusiviteit was het parool. Het gaat ‘gewoon’ om de strijd tegen het blanke patriciaat. Directeur June ten Have stelt dat zodoende alle onderdrukking met elkaar samenhangt: genderongelijkheid, racisme, homofobie en andere soorten discriminatie gaan vaak hand in hand.

Maar gaat de bestrijding van al deze vormen van onderdrukking óók hand in hand? Of botst de ene bevrijdingsstrijd weleens met de andere? Hoe verdraagzaam zijn de onder die patriarchale onverdraagzaamheid lijdende minderheden jegens elkaar?

Afgaande op het Volkskrant-verslag werden tijdens de inclusief bedoelde demonstratie meteen al wat haarscheurtjes zichtbaar. Ik noteer:

No feminism without trans-women, stond op een spandoek – tegenwoordig moet ook in Amsterdam kennelijk alles in het Engels, alsof niet de verstokte heteroman om de hoek, maar die ver weg op de Amerikaanse prairie bereikt moet worden.

Sex work = work, aldus een tweede.

De uitspraak dat feminisme voor witte vrouwen geen feminisme is, werd op gejuich onthaald.

En de non-binaire queer-activist van kleur die het publiek over racisme en transfobie toesprak, sloot het vurige betoog af met ‘mensen, vergeet dit nooit: Palestine will be free’.

Om met dat laatste te beginnen: aan de gerechtvaardigdheid van het streven dat aan de Israëlische onderdrukking een eind dient te komen, wil ik niets afdoen. Alleen weet ik niet of het concrete resultaat – een soeverein Palestina – dan wel zo onverdeeld gunstig voor non-binaire queer-activisten uitpakt.

Botst de ene bevrijdingsstrijd weleens met de andere?

Zeker niet als Hamas straks de toon zet; daar hebben ze beslist niet zoveel op met alles wat een scherpe scheiding tussen de seksen doorbreekt. Het paradoxale is zo dat een Palestijnse queer-activist in het seculiere Tel Aviv van het onderdrukkende Israël weleens meer ruimte zou kunnen hebben om zichzelf te zijn, dan in een door conservatieve moslims geregeerd vrij Palestina.

Dan het derde punt: de kwestie van feminisme en kleur. In een beweging waarvan het optreden ‘een brij vormt van een strijd tegen alles wat slecht is’, aldus oerfeministe Jolande Withuis, wil nog weleens wat aan onderdrukking ondersneeuwen, omdat ook binnen onderdrukte minderheden onderdrukking kan bestaan. Zij refereert aan zwarte vrouwen die niets durven te zeggen over seksueel geweld door zwarte mannen, omdat dat aan de zwarte emancipatiestrijd afbreuk doet.

‘Giftige mannelijkheid’: dat is niet alleen een puntje in de kringen van het studentencorps of de bitterballentafel in Bloemendaal. Denk aan het gedoe in BIJ1 tussen Sylvana Simons en Quinsy Gario, aan wiens adres de wildste beschuldigingen over weinig inclusief gedrag over tafel vlogen – en waarvan we overigens nog steeds het fijne niet mogen weten.

Dan punt twee: dat sekswerk ook werk is. Zodra een spreker met op een t-shirt de tekst ‘whore-love’ de stigmatisering van sekswerkers aankaartte, liep meteen een aantal gehoofddoekte moslima’s weg. Een dergelijke ‘bevrijding’ was voor hen beslist met hun geloofsmoraal in strijd. Over die kwestie woedt overigens al veel langer in Nederland een debat, en niet alleen tussen ‘zedige’ christenen en ‘onzedige’ heidenen. Ook felle feministen zijn verdeeld: voor de een vormt betaalde seks de ultieme bevrijding, voor de ander de ultieme vernedering.

En er bestaat nog meer verdeeldheid, zo heeft vooral het afgelopen jaar geleerd, inzake het allereerste punt – of iedere transvrouw wel als vrouw beschouwd mag worden. Want ook in dat debat houdt de onderlinge verdraagzaamheid niet over, omdat men over het concrete einddoel in de ‘strijd tegen het patriarchaat’ verdeeld is tot op het bot.

Zoals een deelneemster zondag, nadat in de toespraken zo’n beetje alle (deels tegenstrijdige) vormen van onderdrukking en bevrijding voorbijgekomen waren, opmerkte: ‘Nu wordt het wel heel ingewikkeld.’

Nu u hier toch bent...

Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.

Vertel mij meer!
- Advertentie -