‘Dankzij de slavernij zijn deze mensen hier in, naar mijn idee, een betere wereld,’ zegt een geënquêteerde ‘autochtone ChristenUnie-kiezer’ in een peiling die Trouw liet doen over het Nederlandse slavernijverleden. Een ‘autochtone PVV-aanhanger’ voegt daar het volgende aan toe: ‘Ze moeten ons dankbaar zijn dat we hun voorouders als slaven verhandelden, anders zaten ze nu nog met honger in donker Afrika’.
Volgens Trouw is dit ‘een veelgehoorde reactie’ in een onderzoek van de krant, waaruit nogmaals blijkt dat een meerderheid van de Nederlanders geen excuses wil aanbieden voor het slavernijverleden.
‘Van de Nederlanders zonder migratieachtergrond vindt 62 procent excuses niet nodig’, schrijft de krant. ‘Onder Nederlanders met een Surinaamse of Antilliaanse achtergrond vindt juist 70 procent dat dit wel moet gebeuren. Als je kijkt naar politieke voorkeur, dan zijn alleen kiezers van GroenLinks (70 procent) en D66 (53 procent) in meerderheid voor het aanbieden van excuses. Bij CDA’ers en VVD’ers is dat 18 en 20 procent’.
Tja. Hoewel ik niet verrast ben door deze resultaten, blijven de hardvochtige opmerkingen over de slavernij choquerend om te lezen. Dankbaarheid voor slavernij? De zweep op de tong voor diegene die dat beweert, zou je bijna zeggen – puur alleen maar om te kijken hoe lang ze de ‘d’ van dankbaarheid nog kunnen spellen.
Wat wel interessant is: het bericht kwam een paar dagen nadat bekend werd dat er een meerderheid is in de Tweede Kamer voor de motie van Joël Voordewind (CU) om de Armeense Genocide ‘volmondig te erkennen’. VVD-Kamerlid Sven Koopmans zegt daar het volgende over: ‘Als het gaat om de erkenning van de Armeense Genocide, doet de VVD altijd mee. Het kabinet heeft er ook heel wat aan gedaan. Er is bijvoorbeeld een ambassade geopend in Armenië.’
Ja, ja. Het lijkt erop dat hoe rechtser de partij is, hoe hypocrieter ook het standpunt over historische misdaden tegen de menselijkheid. Alleen bij GroenLinks en D66 is een meerderheid van de kiezers voor excuses voor het Nederlandse slavernijverleden én is hun partij voor de erkenning van de Armeense Genocide.
Hoe rechtser de partij, hoe hypocrieter het standpunt over historische misdaden
Aan de andere kant bleek ook uit het Trouw-onderzoek dat een meerderheid onder Turkse en Marokkaanse Nederlanders voorstander is van excuses voor het slavernijverleden. Oké broeder, het mes van het verleden snijdt aan twee kanten. Hoe zouden Turkse en Marokkaanse Nederlanders staan tegenover de erkenning van de Armeense Genocide?
Hoogstwaarschijnlijk zou een Turkse variant van de VVD’er Koopmans (lees: Tunahan Kuzu) het volgende zeggen: ‘Als het gaat over het Nederlandse slavernijverleden, dan doen we altijd mee. Maar over het Ottomaanse slavernijverleden en genocides tegen Armeniërs, Assyriërs, Koerden en alevieten, ja, dat ligt gevoelig, te polariserend.’
Mensenrechten lijken in Nederland alleen maar belangrijk als ‘de ander’ iets heeft misdaan. FvD-kandidaat Andreas Bakir bijvoorbeeld, van de Aramese Suryoyo-gemeenschap, die erkenning zoekt voor christelijke massamoorden in het Midden-Oosten, maar ondertussen in appjes zijn anti-zwart racisme botviert bij Forum voor Democratie: ‘Ik haat n*gers niet, ze hoeven niet dood ofzo. Ik heb wel een voorkeur of mag dat ook niet meer? Ik heb geen last van de n*gers in Afrika, als ze maar daar blijven.’
Bakir, Kuzu, Baudet en Wilders: ze zijn allemaal van hetzelfde fascistische laken een pak. Het zijn politici die selectief shoppen in de geschiedenis, en dus misbruik maken van dat historisch leed. Hiermee wakkeren deze demagogen juist nationalistische gevoelens aan bij de overkant – nota bene gevoelens die dat leed hebben veroorzaakt – en blijft ware erkenning en gerechtigheid uit. Stem ze weg op 17 maart.
Nu u hier toch bent...
Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.
Vertel mij meer!