Zondag kiest Turkije een nieuw parlement. Kritiek op de regerende islamitische partij AKP valt er in Turkse media nauwelijks. Wat er echt in het land gebeurt, wordt alleen bericht in de marge.
Nee, Turkije is geen economische supermacht die gevreesd wordt door het Westen, zoals pro-AKP-media beweren. Ook is het allang geen toonbeeld meer van een islamitische democratie waar dictatoriaal geleide landen in het Midden-Oosten een voorbeeld aan zouden moeten nemen. De realiteit is dat Turkije een tweede-, wellicht derderangsdemocratie is. Eentje die met harde hand wordt geregeerd door een president met een sultancomplex.
Zo wil Erdoğan dat hij, en niemand anders, bepaalt of de centrale bank de rente wel of niet verhoogt, wie en wat wel en niet in het nieuws komt, wie gearresteerd moet worden, wie wel en niet mag zakendoen, wat vrouwen wel en niet mogen doen, hoeveel kinderen zij moeten baren, en wie wel en geen moslim is. Door zijn gedrag heerst er een ‘grimmige en angstige’ sfeer in het land, schrijft The New York Times in een recent commentaar.
Rockster
Zorgwekkender dan Erdoğans sultancomplex is dat hij miljoenen trouwe fans heeft. Ze keuren alles wat hij doet goed en hangen als groupies aan zijn lippen, alsof hij een rockster is. Iedereen die tegen Erdoğan is, is een vijand van Turkije en de islam, want Erdoğan bestrijdt het Westen en is voorbestemd om de wederopstanding van het Ottomaanse Rijk (1299-1923) te bewerkstelligen, zo wordt hen wijsgemaakt door de pro-AKP-media.
Er staat dan ook veel op het spel bij de aankomende verkiezingen. Want als het AKP-regime alleen aan de macht blijft, zal ze ook de overblijfselen van de Turkse democratie vernietigen. Erdoğan zal het land dan verder de afgrond in sleuren.
Erdoğan wil een nieuw presidentieel systeem invoeren met vergaande bevoegdheden voor hem zelf. Als de AKP 330 van de 550 zetels in het parlement verovert, kan ze een referendum over de invoering van zo’n systeem aanvragen. En met 367 zetels kan de partij het systeem direct, zonder referendum, invoeren.
Sommigen denken dan ook dat, als de AKP genoeg zetels behaalt om het nieuwe systeem in te voeren, dit de laatste democratische verkiezingen kunnen zijn.
Dieptepunt
Het lijkt al met al het beste om zondag op één van de oppositiepartijen te stemmen. Garandeert een coalitie de opbouw van een economisch gezonde, democratische rechtsstaat? Absoluut niet, want geen van de oppositiepartijen heeft een bewezen track record.
Ook de pro-Koerdische HDP niet. Die partij belooft weliswaar “een democratischer Turkije” en heeft een coalitie met de AKP uitgesloten, maar zij heeft nog een lange weg te gaan voordat ze beschouwd kan worden als een brede democratische volksbeweging die diverse groepen aanspreekt. De partij zou daarmee kunnen beginnen door haar banden te verbreken met de terroristische PKK, die veracht wordt door de meeste Turken.
Feit blijft echter dat de democratie onder de AKP een triest dieptepunt heeft bereikt. Hoe incompetent de oppositiepartijen ook zijn, een coalitie kan de democratie onmogelijk meer schade toebrengen dan het AKP-regime.
Turkije moet het regime wegstemmen.
Dit opiniestuk is op 2 juni gepubliceerd in Trouw.
Mehmet Cerit is hoofdredacteur van Zaman Vandaag en Zaman Hollanda. Volg hem op Twitter: @Ceritm
Nu u hier toch bent...
Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.
Vertel mij meer!