In een sterk gepolariseerd en gesegregeerd landschap wordt het gesprek over racisme in Nederland moeilijk én gemakzuchtig gevoerd. Gelijkgestemden trekken met elkaar op en mijden de dialoog met andersdenkenden. Het is tijd om het gesprek open te breken en elkaar aan te spreken op punten waar het pijn doet.
‘Het enige wat ik weet, is dat ik niks weet’. Een pakkende uitspraak die wordt toegeschreven aan de Griekse filosoof Socrates. Maar wat kan je hiermee in antiracistische tijden? ‘Educate yourself’, wordt ‘witte mannen’ vaak toegebeten. En inderdaad, sommige provocateurs onder autochtone lieden (Edwin Wagensveld, Wierd Duk, Martin Sommer) vragen erom. Maar is de attitude van ‘educate yourself’ ook niet een teken van arrogantie en betweterij? Waarom zou je niet – via een gesprek met elkaar – kunnen investeren en jezelf dienstbaar opstellen voor een beter Nederland?
Het is vloeken in de antiracistische kerk. Immers, met ‘fascisten’ voer je geen gesprek, fascisme bestrijd je! Dat is een open deur. Maar cruciaal is de vraag wat je eigenlijk precies onder ‘fascisme’ verstaat en hoe je de ‘strijd’ daartegen zou moeten voeren. We hebben natuurlijk de welbekende voorbeelden uit de geschiedenis: nazi-Duitsland en Italië onder Benito Mussolini. Het is evident dat die situatie – met intimiderende knokploegen op straat die verbonden zijn aan partijen in het parlement – in het huidige Nederland niet aan de orde is. Mensen zijn relatief vrij om te doen en zeggen wat ze willen. Maar wat niet is, kan nog komen.
Kijk naar de opkomst van bewegingen als Pegida en Forum voor Democratie. De eerste is ronduit islamofoob en de tweede sterk nationalistisch georiënteerd, met anti-parlementaire neigingen. Dit is zorgelijk. De verontwaardiging over deze bewegingen, maar ook het feit dat middenpartijen zoals de VVD en het CDA die kant op trekken, is volkomen legitiem.
Zwijgen over daderschap van minderheden, tegen elkaar of tegen witte mensen, is hypocriet
We moeten achter de activisten staan die hun democratische recht gebruiken om wit nationalisme aan de kaak stellen, het nationalisme dat gericht is tegen minderheden, de multiculturele samenleving en immigratie. Niemand gaat ‘die allochtonen’ zomaar hun rechten geven. Alleen principiële standvastigheid en volhardende actie schudt mensen in posities van macht wakker. Kick Out Zwarte Pieten de beweging Denk zijn belangrijke voorbeelden.
Pas toen Jerry Afriyie en Quinsy Gario op straat werden opgepakt en mishandeld in 2011, alleen maar omdat ze een t-shirt droegen, begon het proces van bewustwording over de kwetsende effecten van Zwarte Piet bij witte mensen. Ook de manier waarop Tuhanan Kuzu en Selcuk Öztürk uit de PvdA werden gezet en sindsdien worden gedemoniseerd in de mainstream media spreekt boekdelen. Minderheden organiseren zich en beginnen ongehoorzaam hun eigen partij. ‘Wat krijgen we nou?’, dachten velen.
Maar het is onmiskenbaar dat al deze ontwikkelingen ook tot een witte backlash hebben geleid. De verkiezingswinst van Forum voor Democratie tijdens de Provinciale Statenverkiezingen van 20 maart is daarvoor het jongste bewijs. Is met deze wetenschap activisme alleen wel genoeg om het groter wordende probleem van wit nationalisme aan te pakken? Ik neig naar een negatief antwoord.
Alleen maar activistische strijd werkt voor gefrustreerde jonge witte mannen als een rode lap op een stier, zeker als activisme selectief wordt toegepast. Mensen zijn niet blind: als minderheden trots mogen zijn op hun ‘eigen’ cultuur en identiteit en de witte cultuur constant wordt bevraagd, dan zal dat op een gegeven moment tot een reactie leiden. Dan krijg je All Lives Matter.
Zwijgen over daderschap van minderheden, tegen elkaar of tegen witte mensen, is hypocriet. En natuurlijk, racisme is een hiërarchisch systeem. Maar op een intermenselijk niveau doet dat er bar weinig toe. Sommige mensen worden nou eenmaal in een racistische traditie geboren, wat hun vertrekpunt bepaalt. Tegen die mensen zeggen dat ze zichzelf moeten opleiden, is een ontkenning van dat vertrekpunt, oftewel een onwil voor empathie. Dit terwijl een offline gesprek het proces van zelfonderzoek en zelf-educatie zoveel kan versnellen, voor meerdere partijen.
Nu u hier toch bent...
Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.
Vertel mij meer!