10.9 C
Amsterdam

Zelfs Israël-PR kan niet verhullen dat de Palestijnen geen perspectief hebben

Chris Aalberts
Chris Aalberts
Journalist en auteur van o.a. ‘De puinhopen van rechts’. Doceert Media & Journalistiek aan de Erasmus Universiteit Rotterdam.

Lees meer

De oproep gaat jaarlijks rond: journalisten kunnen mee met de persreis van het CIDI, het Centrum Informatie en Documentatie Israël, onder critici bekend als de Israël-lobby. Van het CIDI zult u niet snel Israël-kritische informatie krijgen: natuurlijk is de organisatie wel voor vrede met de Palestijnen, maar wel in lijn met hoe Israël die grosso modo voor zich ziet. Jaarlijks neemt het CIDI twintig journalisten mee naar het Beloofde Land, in de hoop hen te overtuigen dat Israël aan de juiste kant van de streep staat. Ik ging vier jaar geleden mee.

Er zijn nogal wat mensen die vinden dat journalisten niet aan zo’n reis deel moeten nemen. Deze is immers eenzijdig: het CIDI bepaalt wie je wel en niet te spreken krijgt. Eenzijdigheid troef: de meeste sprekers kwamen uit Israël en niet van de Palestijnen en zes van de zeven nachten waren we in Israël, eentje in Ramallah. Het komt over als journalisten die meegaan op reis naar een kantoor van Google in Silicon Valley en daar dagenlang worden bijgepraat over het bedrijf, om ook nog een ochtendje naar Microsoft te mogen.

Ik wilde me verdiepen in het conflict met de Palestijnen. Je hoort er steeds nieuwtjes of uitspraken over, maar dan heb je geen volledig beeld. Bij discussies over de multiculturele samenleving komt het conflict steeds terug, maar echt wijzer word je er niet van. Dat geldt ook voor debatten, zoals die destijds in Amsterdam of men een stedenband met Tel Aviv moest sluiten. Hoewel de CIDI-persreis ook geen volledig beeld geeft zou deze in ieder geval één kant van het verhaal volledig vertellen, vermoedde ik. En dus ging ik mee.

Nu de spanningen tussen Israël en de Palestijnen weer oplopen is het verleidelijk aan deze reis terug te denken. In rechts en christelijk Nederland staat men pal voor Israël. Het land wordt existentieel bedreigd en kan niet anders dan zichzelf verdedigen tegen de raketten uit Gaza. We stonden destijds met de groep aan die grens. Aan de horizon zagen we Gaza Stad liggen en de rondleider vertelde ons hoe we bij een aanval in vijftien seconden in een betonnen keet moesten gaan staan. Het bleef rustig.

Israël wil simpelweg niet tot een levensvatbare Palestijnse staat komen waar men in relatieve rust in enige welvaart kan leven

Israël wordt in potentie van alle kanten aangevallen, leerden we. Aan de grens met Libanon hingen de vlaggen van Hezbollah en op de Golan-hoogte vertelde de gids hoe Syrische rebellen vroeger vanaf deze plek de Kibbutz aan de overkant van het Meer van Galilea beschoten. Het zijn deze verhalen waar rechts en christelijk Nederland dezer dagen uit put om uit te leggen dat de huidige situatie heel naar is, maar dat Israël geen keuze heeft. Immers: het land wordt existentieel bedreigd.

Misschien ben ik geïndoctrineerd door deze reis, maar ik kan dit argument voor de korte termijn wel volgen. Niet terugschieten is geen optie. Toch is er als je naar de langere termijn kijkt weinig begrip op te brengen: Israël wil simpelweg niet tot een levensvatbare Palestijnse staat komen waar men in relatieve rust in enige welvaart kan leven. We spraken ondernemers die geen mobiel internet mogen aanleggen, hoorden over grondstoffen op de Westbank waar alleen Israël van profiteert en kolonisten waren niet van plan één centimeter voor de Palestijnen op te schuiven.

Hoe Israël de Palestijnen hindert zagen we het beste in Rawabi, een nieuwe stad op de Westoever die is gebouwd door een Palestijnse miljardair. Essentieel om een middenklasse te ontwikkelen die het conflict achter zich wil laten en een goede toekomst voor de eigen kinderen wil. Wat leerden we? Water komt hier nauwelijks uit de kraan omdat Israël het aftapt en de toegangsweg is wekelijks geblokkeerd, zodat men Rawabi niet in of uit kan. Uit niets bleek dat Israël wil dat de Palestijnen uit hun miserabele omstandigheden komen.

Dan moet je natuurlijk niet vreemd opkijken als de vlam steeds weer in de pan slaat.

Nu u hier toch bent...

Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.

Vertel mij meer!
- Advertentie -