11.6 C
Amsterdam

Waarom wij het n-woord niet opschrijven

Mehmet Cerit
Mehmet Cerit
Hoofdredacteur.

Lees meer

Het ‘n-woord’. De term kwam de afgelopen weken veelvuldig voorbij in de media. Oorzaak: ophef over het veelbesproken tv-item van omroep Ongehoord Nederland over ‘blankofobie’. Presentatrice Raisa Blommestijn toonde van social media geplukte filmpjes waarin zwarte mannen witte mannen molesteren. Om daarna te zeggen: ‘Werkelijk schokkende beelden, je ziet dat blanken in elkaar worden geslagen door n*g*rs.’ ‘Waarom horen we hier nu zo weinig over?’, vroeg ze. Maar bij deze video’s zijn nooit racistische motieven bewezen.

De ophef ging, los van de kwalijke inhoud, over de door Blommestijn gebruikte racistische term. Terecht. Deze term duidt vaak doelbewust op een vermeende inferioriteit van zwarte mensen. En zelfs al bedoelen mensen er geen kwaad mee, de term reduceert zwarte mensen tot een kleur. Veel zwarte Nederlanders vinden ook dat het woord hen herinnert aan het slavernijverleden van hun voorouders. Dit steeds moeten uitleggen, is voor hen vermoeiend en extra kwetsend. Dit woord hoort niet thuis in een inclusieve samenleving.

Bovenstaande overwegingen kwamen ook voorbij in een interne discussie binnen onze redactie over dit woord, die vlak voor de zomer plaatsvond.

Natuurlijk gebruikten we allang de term ‘n-woord’ in plaats van de racistische term. Zie bijvoorbeeld wanneer we, zoals in het geval van de ON-ophef, in stukken probeerden te verwoorden over welk woord deze ophef nu precies gaat. Daarover ging de discussie bij ons dus niet. Wel hierover: als je iemand als Blommestijn citeert, zoals in de eerste alinea van het artikel dat u nu leest, schrijf je dan het gewraakte woord alsnog voluit?

Allereerst: je kunt citaten niet zomaar veranderen. Als medium wil je weergeven wat iemand zegt, hoe gruwelijk soms ook. En het is nu eenmaal de taak van de Kanttekening om verslag te doen van gebeurtenissen en debatten in en rond de multiculturele samenleving. Betrouwbaar, helder en nauwkeurig. Soms wil je daarom het gewraakte woord citeren in een zin, omdat de lezer dan precies weet waar de ophef over gaat en wat de context is.

Racistisch uitlatingen gewoonweg niet meer citeren, dat is ons dus een brug te ver. Wel vervangen we het woord deels door sterretjes. Zie, wederom, de eerste alinea van dit artikel.

Sterretjes, dus. Er gaat zo niets verloren aan duidelijkheid. Wel geven we, als uitgesproken crosscultureel – dus verbindend – medium, uitdrukking aan de extreme gevoeligheid rond dit woord. Een statement: dit woord is giftig taalgebruik. De Kanttekening neemt graag dat extra stukje verantwoordelijkheid om dit woord niet te normaliseren. We drukken dit woord dus zelfs in citaten niet meer af.

Een statement: dit woord is giftig taalgebruik

Is dit nu een voorbeeld van ‘woke’, een stroming die alle het onwelgevallige zou willen cancelen, iets waartegen justitieminister Dilan Yesilgöz onlangs fulmineerde? Dat is aan u.

Wijzelf willen ons niet blind staren op deze semantische discussie in het opkomende debat over ‘woke’, dat wij alsnog graag voor u verslaan. Wij bepalen onze eigen koers, waarbij wij laveren binnen de veranderende kaders die de samenleving bepaalt.

Een samenleving waarin waarschijnlijk volgend jaar excuses komen voor de slavernij. Een samenleving ook waarin zwarte kinderen, vol jeugdig ongeloof, kennismaken met een zwarte zeemeermin. Eindelijk hebben ze een sprookjesfiguur waarin ook zij zich kunnen herkennen. Eindelijk mogen zij er ook zijn.

Dit zijn stappen naar een meer inclusieve samenleving, waarin de Kanttekening zichzelf continu blijft positioneren als crosscultureel medium. En zo’n medium past het niet om ronduit racistische termen als het n-woord een podium te geven.

Nu u hier toch bent...

Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.

Vertel mij meer!
- Advertentie -