10.2 C
Amsterdam

‘Ik maak grappen over iedereen’

Melissa Zevenbergen
Melissa Zevenbergen
Journalist gespecialiseerd in entertainment, lifestyle en kunst & cultuur. Verslaggever.

Lees meer

De Braboneger heeft nu zijn eigen televisieserie. Hoewel hij zegt te willen verbroederen, krijgt hij ook vaak kritiek. Er is zelfs een discriminatieklacht tegen hem ingediend. De Kanttekening sprak hem.

In de televisieserie De Braboneger verkaast gaat Steven Brunswijk, beter bekend als de Braboneger, op zoek naar dingen die ”typisch blank zijn”. Zo gaat hij met zijn Surinaamse vrienden Dennis en Djordjhy zeilen, skiën en kamperen. Samen proberen ze erachter te komen waarom blanke mensen dat soort dingen doen. De serie is te zien op NPO3 en bestaat uit zes afleveringen. Het heeft volgens Brunswijk al veel losgemaakt in Nederland. Zo zou hij, volgens recensenten, de verschillen te veel benadrukken en blanken naar de mond praten. Daarnaast zou het woord ”neger” te vaak gebruikt worden. Voor Simao Miguel van het Landelijk Breed Overleg, een vereniging in oprichting die de mensenrechten wil verdedigen, was dat reden een klacht in te dienen bij het College voor de Rechten van de Mens en het anti-discriminatie-bureau Radar.

Brunswijk vindt het allemaal wat overdreven. ”Ik had het stoerder gevonden als hij naar me toe was gekomen en het met mij had besproken. Een klacht indienen had echt niet gehoeven.” Hij zegt dat hij tijdens het maken van het programma helemaal niet bezig was met het woord “neger”. “Als ik ergens binnenloop en zeg ‘er zijn negers in de tent’, dan doe ik dat niet bewust om te shockeren of iets in stand te houden. Ik maak grappen over iedereen. Dat doe ik in het dagelijkse leven ook.” Hij vindt het opmerkelijk dat mensen zo over het woord vallen. “Mensen lopen te bitchen over het woord, maar dan denk ik kijk ook eens naar andere dingen. De gouden koets bijvoorbeeld. Daar staan slaven op afgebeeld. Begin daar maar eens over, voordat je over mij gaat praten.”

Over de kritiek die hij kreeg van recensenten zegt hij: “Ik snap dat mensen zeggen ‘misschien hou je het in stand, misschien lachen blanken er alleen om’, maar daar gaat het helemaal niet over. Ik hou de mensen een spiegel voor. Ik maak heel veel grappen over wat blanke mensen gedaan hebben.”

Hij piekert er niet over sommige dingen in zijn show te veranderen. “Ze willen dat ik mijn naam verander, maar dat ga ik echt nooit doen. Het maakt me niet uit wat anderen vinden of denken. Om een mooie quote van Gordon te gebruiken, ‘ik heb er zoveel schijt aan, dat ik stront te kort kom’. Zolang mijn familie me steunt, is het goed. Pas als zij zeggen ‘dit moet je niet doen’, dan ga ik erover nadenken.”

De van oorsprong Surinaamse Brunswijk kwam op driejarige leeftijd naar Nederland en groeide op in Tilburg. Vroeger was hij erg verlegen. “Ik durfde alleen met mijn moeder te praten. Ik was een bobo (Surinaams woord voor sulletje, red.).” Dat is nu wel anders. Naast de serie, toert hij het hele land door met zijn voorstelling Als ik mezelf kon zijn.

Racisme en discriminatie heeft hij vroeger zelf fysiek en mentaal meegemaakt. Daarom vindt hij “het belangrijk om te praten over de multiculturele samenleving”. “Het is makkelijk boosheid en woede te hebben richting etnische groepen en een groep over één kam te scheren. Het is moeilijker om iemand als een individu te zien.”

Met zijn serie probeert hij zich te richten op positieve dingen. “Natuurlijk maak ik grappen, maar dat doe ik juist om mensen te laten zien dat het niet erg is grappen te maken. Humor kan veel doen met mensen.” Toch komen ook serieuze dingen aan bod, zoals de Zwarte Piet-discussie. ”Voor één van de afleveringen ben ik bij de Sinterklaas-optocht in Maassluis geweest. Daar heb ik gesproken met voor- en tegenstanders. Daarna geef ik aan hoe ik de discussie zie en dat ik me een beetje schaam om Nederlander te zijn. Dit land stond voor tolerantie en openheid, maar dat zijn we een beetje kwijtgeraakt.”

Typisch blank vond Brunswijk het linedancen. Dat lag volgens hem niet zo zeer aan het dansen, maar aan ”het blanke gevoel” dat hij er bij had door het tellen. ”Dansen moet je in mijn beleving voelen. Dan ga je niet tellen. Daarnaast is het ontzettend houterig.” Ook deed hij meer aan het Oktoberfest. ”Dat was echt geweldig en zou ik graag nog een keer willen doen.” Er zijn ook dingen die Brunswijk absoluut niet wil proberen. “Bungeejumpen zou ik echt niet doen. Negers houden niet van riskante dingen doen.”

Eén van zijn favoriete momenten tijdens het filmen van de serie: “Ik moest erg lachen om Djordjhy. Hij is een rasta. Tijdens het slapen draagt hij een panty om zijn haar te beschermen, maar dat had ik nog nooit gezien. Opeens zie ik hem uit die tent komen met een bruine panty over zijn hoofd. Hilarisch. Ik kwam adem te kort!”

Via de mail krijgt Brunswijk veel reacties van mensen. “Van blanke mensen hoor ik dat mijn programma precies is wat Nederland nodig heeft. Door dat soort reacties voel ik me af en toe wel bezwaard. Ik ben gewoon een nuchtere man die een programma wil maken.” Positieve reacties van zwarte mensen kreeg hij pas na de tweede aflevering. “Veel donkere mensen vielen over de eerste aflevering heen. Ik denk door het woord ‘neger’ en dat ze dachten dat ik blank wilde zijn. Bij de tweede aflevering zagen ze dat ik ook steken onder water geef naar blanke mensen, wat ze toch wel leuk vinden. Ze begrijpen het programma nu beter.”

In de toekomst wil hij graag een tweede serie maken over wat voor dingen zwarte mensen zoal doen. “Ik wil Nederland verbroederen. We kunnen leren van elkaars cultuur. Nederland is niet alleen blank. Daar wil ik mensen van doordringen.”

Nu u hier toch bent...

Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.

Vertel mij meer!
- Advertentie -