Waar ze maar kan, vertelt Shantie Singh de verhalen van vrouwen uit de Hindostaanse migratiegeschiedenis, omdat die volgens haar ontbreken in de Nederlandse geschiedenisboeken. Afgelopen vrijdag stond ze met de voorstelling Her (s)tories in Theater Zuidplein in Rotterdam.
De ‘s’ staat tussen haakjes, want torie is Surinaams voor verhaal, en Suriname is belangrijk in de migratiegeschiedenis van de Nederlandse Hindostanen. Nadat de slavernij was afgeschaft, was er behoefte aan nieuwe arbeiders, die werden geworven in Brits-Indië. ‘De slavernij was dan misschien afgeschaft, maar ging in een andere vorm verder’, vertelt Shantie Singh.
De voorstelling is een ode aan de vrouwen uit deze migratiegeschiedenis, en wordt gebracht door middel van dans, zang, beeld en gesproken woord. In twee uur tijd neemt Singh je mee op de reis van India, via Suriname, naar het Nederland van nu, waar je de vrouwen ontmoet die deze werelden samenbrengen.
In 1873 vertrok de eerste boot met ‘kantraki’s’, zoals de contractarbeiders genoemd worden. Er zouden nog 63 boten volgen. Op een van die boten zat Adjie Obradjie, toen nog een kind. Zij was de overgrootmoeder van Tanja Jadnanansing, een van de vertellers in de voorstelling, die in het dagelijks leven voorzitter is van stadsdeel Amsterdam Zuid. ‘Ze zat op het schip, kwetsbaar voor de vele gevaren als een van de weinige meisjes, drie maanden lang. Maar ze was zo moedig’, vertelt Jadnanansing.
Voordat Singh in haar leven kwam, kende ze haar grootmoeder niet. ‘Ik vroeg haar iets te vertellen over haar voorgeschiedenis. Toen is ze dat gaan uitzoeken en op deze manier leerde ze ‘Adjie’ kennen’, vertelt Singh. Dit was voor Jadnanansing een belangrijke ontdekking. Dagelijks voelt ze zich gesteund door de moed van haar overgrootmoeder, bijvoorbeeld wanneer ze als enige vrouw in een vergaderzaal zit, vertelt ze op het podium.
‘Ik wil de geschiedenis corrigeren’
Het is Singh’s missie om de migratiegeschiedenis van de Hindoestanen onderdeel te maken van het collectieve historisch besef. Of zoals ze het zelf verwoordt: ‘Ik wil de geschiedenis corrigeren.’ ‘Met de afschaffing van de slavernij werd geen punt gezet, maar een komma. Er is nu veel aandacht voor het slavernijverleden, er zijn excuses aangeboden, maar ik hoop dat we als samenleving ook toekomen aan wat er daarna is gebeurd, het verhaal na de komma’, vertelt ze aan de telefoon.
Volgens Singh is dat verhaal lang niet bij iedereen bekend. Ze krijgt vaak de vraag: ‘Waar kom je vandaan?’ gevolgd door: ‘Maar waar kom je dan echt vandaan?’ ‘Als ik dan antwoord dat ik uit Almelo kom, mijn ouders uit Suriname, en mijn overgrootouders uit Indië, roept dat regelmatig vraagtekens op. Kijk, we zijn echt niet vorig jaar gemigreerd. Maar deze verhalen ontbreken in de geschiedenisboeken, en daardoor weten mensen het niet. Daar hebben we als samenleving nog werk te doen.’
Vrij opgevoed
Singh’s focus op de vrouwen in deze geschiedenis is een bewuste keuze, legt ze uit. ‘Deze geschiedenis is sowieso niet goed zichtbaar, en vrouwen waren hierin in de minderheid. Hun verhalen zijn nog minder gehoord.’ Haar interesse in vrouwenemancipatie bestond echter al langer. ‘Dit had ik al als kind. Ik kon er gewoon niet over uit dat de wereld zo scheef kon zijn als je toevallig geboren bent als vrouw. Gelukkig ben ik zelf heel vrij opgevoed, maar mijn leeftijdsgenoten kregen iets anders mee. Dat raakte enorm aan mijn gevoel voor rechtvaardigheid’, vertelt ze.
In haar voorstelling komen vrouwenemancipatie en koloniale geschiedschrijving samen. Het leven van de kantraki’s was zwaar, laat staan voor de schaarse vrouwen die hier opeens een nieuw leven moesten opbouwen. Uitbuiting was aan de orde van de dag, vertelt Singh het publiek. De omstandigheden waren allesbehalve ideaal. Een vrouw die zich hiertegen verzette, was Tetary. Zij werd echter vermoord, en haar naam verdween uit de geschiedenis, maar het gezelschap wil dat veranderen. ‘Nu we weten wat haar is overkomen, zullen we haar verhaal vertellen. We zullen haar vieren’, zegt zangeres Angel Aruna, die het publiek trakteert op Hindostaanse liederen.
‘Het verhaal van Tetary spreekt me erg aan’, zegt Singh. ‘Het toont aan dat de slavernij in die tijd nog helemaal niet verdwenen was. Er waren protesten tegen de koloniale heersers, en Tetary was de enige vrouw die in onze zoektocht naar voren kwam als deelnemer. Maar er waren natuurlijk ook stille heldinnen en stoere moeders die het fundament legden voor ons, zodat wij hier in volle glorie op het podium kunnen staan.’
Veranderingen in Suriname
Hoewel de vrouwen hard moesten werken in Suriname, waren er ook positieve ontwikkelingen. Waar in India een traditionele rolverdeling gold, waarbij gescheiden vrouwen en weduwen weinig rechten hadden, was dat in Suriname niet het geval. ‘De vrouwen werden feministischer, kregen meer ruimte om hun stem te laten horen. Ze gingen hun vrouwzijn op waarde schatten en beseften dat ze een machtspositie hadden, aangezien er schaarste was en ze iets hadden dat mannen wilden. Sommigen hadden meerdere relaties’, vertelt Singh.
Maar dit veranderde weer. Naarmate de groep groter werd, kwam ook het collectieve denken terug, wat leidde tot nieuwe hokjes waar je misschien niet in paste. De eer van de vrouw werd weer belangrijk, een ander thema dat Singh na aan het hart ligt. Hoewel we nu ruim een eeuw verder zijn, blijft de eer van de vrouw een punt van discussie binnen de Hindostaanse gemeenschap, en Singh heeft hier veel over te zeggen. ‘Zou het niet fijn zijn om die hokjes gewoon te vergeten? Om niet te denken “wat zullen de mensen denken,” maar “wat zullen de mensen genieten van mijn eigenheid?”’ is haar voorstel.
‘Om vooruit te komen, moet je achterom durven kijken’
Maatschappelijke kwesties zoals deze worden afgewisseld door muzikale optredens, waarbij vooral Rubaina ‘Rubi Love’ Bhikhie opvalt. De dichteres, met een achtergrond in hiphop, stelt met scherpe teksten de migratiegeschiedenis aan de kaak. Ook professionele danseres Indu Panday weet het publiek te boeien met haar Indiase dans. ‘Is het niet leuk dat we nog steeds op hetzelfde ritme dansen als in India?’ merkt Singh op.
Uiteindelijk neemt ze het publiek mee naar het laatste stuk migratie. Toen Suriname in 1975 onafhankelijk werd, vertrokken veel Hindoestanen naar Nederland. Veel van de moeders waarover de artiesten op het podium vertellen, wonen nu hier, hoewel ze in Suriname geboren zijn. Deze verhalen zijn makkelijker te vinden, maar daarom niet minder belangrijk om te vertellen, aldus Singh. ‘In Suriname keken vrouwen niet achterom. Maar om vooruit te komen, moet je achterom durven kijken’, zegt ze tegen het publiek.
Indiase namen
Daarnaast roept ze de Hindostaanse gemeenschap op om hun eigen geschiedenis te leren kennen, Indiase namen in ere te houden en vooral trots te zijn op hun afkomst. ‘Laatst kwam een jonge vrouw na de voorstelling naar me toe. Ze wist nu waar ze vandaan kwam en was daar trots op. Dat ontroerde me enorm.’
Op 16 november presenteert het gezelschap de voorstelling opnieuw in Theater aan het Spui, in Den Haag. Waarom ze na twee shows en drie boeken nog steeds niet uitverteld is? ‘Misschien gaat het niet om het vertellen, maar om wie er luistert. Veel van deze verhalen mochten niet gehoord worden, maar ze werden meegedragen over zeven generaties heen, tot er zich een luisterend oor voordeed.’
Nu u hier toch bent...
Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.
Vertel mij meer!