Het feit dat een brug in een multiculturele wijk in Den Haag naar Pim Fortuyn wordt vernoemd, zet kwaad bloed bij linkse en islamitische partijen.
Raadslid Serpil Ates van GroenLinks Den Haag vindt dat Pim Fortuyn, die op 6 mei 2002 werd vermoord door een extreemlinkse milieuactivist, deze eer helemaal niet verdient.
‘Een brug in Transvaalkwartier vernoemen naar de persoon die kloven juist groter maakte en bruggen afbrak, is een nieuwe stap om de segregatie te verdiepen en discriminatie te normaliseren’, twittert ze.
‘De naam van deze haatzaaier heeft niets te zoeken bij het mooie Zuiderpark’, vindt BIJ1 Den Haag, dat niet in de gemeenteraad vertegenwoordigd is.
Raadslid Nur Icar van de Islam Democraten, tevens nummer acht op de lijst van Denk Den Haag, schrijft: ‘Een Pim Fortuyn brug in een multiculturele wijk dus. Dat ze daar de tijd voor hebben op het stadhuis tijdens een pandemie. Laat die verkiezingen maar komen. Tijd voor een frisse wind.’
Ook sommige activisten en wetenschappers zijn kritisch. ‘Ja natuurlijk… want Pim was zo een lekkere bruggenbouwer. Wat bezielt je nou als stad?!!!’, twittert Arno Peperkoorn van Stichting Include Now boos.
Antropoloog en salafismedeskundige Martijn de Koning vindt de erfenis van Fortuyn omstreden, omdat hij ‘racistische opvattingen over moslims en migranten mainstream maakte’.
Dat er een brug is vernoemd naar Pim Fortuyn en gaan straat is trouwens een politieke keuze, meldt Omroep West. ‘Niet iedereen wil in een Pim Fortuynstraat wonen. Vandaar de keuze voor een brug’, verklaart CDA-wethouder Hilbert Bredemeijer.
