Tahir Köcer, de co-voorzitter van de Confederatie Koerdische gemeenschappen in Duitsland, moet vandaag in Hannover voor de rechter verschijnen. De Turkse autoriteiten hebben hem van ‘presidentiële belediging’ beschuldigd. Hierover wordt Köcer ondervraagd. Dit schrijft de Koerdische website ANF.
Köcer heeft op Twitter de Turkse president Recep Tayyip Erdogan bekritiseerd, wat door de autoriteiten in Turkije niet licht is opgevat. Op het beledigen van de president staat in Turkije maximaal vier jaar gevangenis.
In Duitsland is Köcer veilig, maar hij moet nu wel voor de Duitse rechter verschijnen. De Turkse rechterlijke macht heeft namelijk een verzoek om gerechtelijke bijstand bij Duitsland neergelegd.
Gisteren verklaarde Köcer dat Turkije processen in Duitsland voert met als doel Koerden in het buitenland de mond te snoeren. De Duitse rechterlijke macht wordt volgens hem misbruikt om critici te criminaliseren.
Köcer: ‘Ik zal morgen voor de rechtbank verklaren dat Erdogan niets anders is dan een fascistische dictator die bevelen heeft gegeven voor de genocide van de Koerden.’
Het is niet de eerste keer dat Turkije een politieke tegenstander in het buitenland de mond wil snoeren.
Eerder dit jaar probeerde Turkije Groot-Brittannië te bewegen om de Turks-Britse advocaat Özcan Keles uit te leveren. Keles is actief voor de Gülenbeweging, die door Turkije verantwoordelijk wordt gehouden voor de mislukte coup tegen Erdogan van 2016. De rechtszaak in Groot-Brittannië tegen Keles loopt nog.
En drie jaar geleden oefende Turkije diplomatieke druk uit op Duitsland om de komiek Jan Böhmermann te berechten. Die had een beledigend gedicht voorgedragen over Erdogan, waarna hij inderdaad werd vervolgd en ook werd berecht. Böhmermann mag zijn gedicht niet meer herhalen, anders krijgt hij een boete van 250.000 euro of een halfjaar cel.