De hindoenationalistische BJ-Partij van premier Narendra Modi heeft de Indiase verkiezingen gewonnen, maar is haar meerderheid in het parlement kwijt. Tegenstanders van Modi zijn hoopvol.
Onderzoeker Maaike Okano-Heijmans van Instituut Clingendael noemt dit een ‘welkome verandering’, zegt ze in gesprek met BNR. Modi wordt gedwongen om samen te werken met andere partijen.
De afgelopen tien jaar had de BJ-Partij alle macht. Dit leidde er volgens Okano-Heijmans ook toe dat Modi alle instituties in India ging ‘vormen naar zijn partij’, waardoor de democratische rechtsstaat in gevaar kwam. Ze denkt dat dit ook de reden is dat veel Indiërs toch niet meer op hem hebben gestemd. Ook zijn veel kiezers bang voor oplopende religieuze spanningen. De BJ-Partij is berucht om haar felle anti-islamretoriek.
De zestig zetels die Modi verloor komen bij Ruhal Gandhi terecht, de leider van de centrumlinkse Congrespartij en kleinzoon van oud-premier Indira Gandhi.
Journalist Shawintala Banwarie, die regelmatig stukken over India schrijft voor de Kanttekening, reageert verheugd op de verkiezingsuitslag. ‘Na tien jaar, na jaren van woede en verdriet, kan ik eindelijk zeggen: ik ben trots op mijn Indiase wortels. Ik wil al mijn collega-journalisten, activisten en schrijvers uit de diaspora en in India feliciteren die de moed hadden om hun stem te verheffen tegen het nationalisme in India, en die bleven volhouden dat Hindutva (hindoenationalisme, red.) niet ons hindoeïsme is.’