Politicoloog Burak Copur, academicus aan de universiteit in het Duitse Essen, zegt dat hij wordt bedreigd door boze Turken. Dat meldt de Turkse krant Arti Gercek.
Copur rept van ‘een sytematische en doelbewuste campagne’ tegen zijn persoon. De reden waarom Turken zo woedend zijn is een documentaire van de Duitse zender ARD, uitgezonden op 1 december. Daarin zegt Copur dat Turkije onder Kemal Atatürk in de jaren dertig zo’n twintig ton gifgas kocht van Nazi-Duitsland.
Dit gifgas zou Turkije vervolgens hebben ingezet in de Turkse provincie Dersim. In Dersim. tegenwoordig Tunceli genoemd, vermoordde Turkije in 1937 en 1938 tussen de 20.000 en 30.000 Koerden. Sommige historici reppen van genocide.
De Duitse tak van de CHP, de partij van Atatürk, veroordeelt de ARD-documentaire. Turkije verrichte in de jaren dertig militaire handelingen tegen opstandelingen, maar niet tegen Koerden als zodanig, zegt de CHP.
Copur: ‘Ultranationalisten en kemalisten sturen e-mails naar de universiteit waar ik werk en eisen dat ik de academie verlaat. Maar ze zullen hun doelen niet bereiken.’ Ook zegt hij dat er doodsbedreigingen tussen zitten.
De Universiteit van Essen stelt in een verklaring dat de academische vrijheid wordt aangetast. Copur heeft aangegeven aangifte te doen tegen de doodsbedreigingen.