De Verenigde Staten boycotten sinds gisteren alle goederen uit de Chinese regio Xinjiang, waar Oeigoerse moslims in kampen opgesloten zitten. Tenzij bewezen wordt dat de goederen niet met dwangarbeid zijn gemaakt, mogen ze niet naar de VS geëxporteerd worden.
De Amerikaanse douane- en grensbescherming is dinsdag begonnen met het afdwingen van de ‘Uyghur Forced Labor Prevention Act’, die de Amerikaanse president Joe Biden in december ondertekende. De VS willen op deze manier Oeigoerse dwangarbeid bestrijden.
De Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Antony Blinken riep gisteren de Amerikaanse bondgenoten op de toeleveringsketens vrij te maken van Oeigoerse dwangarbeid en zich uit te spreken tegen de mensenrechtenschendingen in Xinjiang.
China ontkent dat er sprake is van Oeigoerse dwangarbeid en spreekt over een ‘grote leugen’. Peking ontkende aanvankelijk ook het bestaan van detentiekampen, maar gaf later toe dat het ‘centra voor beroepsopleiding’ heeft opgezet in Xinjiang, die nodig zouden zijn om terrorisme, separatisme en religieus radicalisme in de regio te beteugelen.
Er worden naar schatting meer dan een miljoen Oeigoeren en andere moslims vastgehouden in kampen. Ook vernietigt China Oeigoerse moskeeën en worden Oeigoerse vrouwen soms gesteriliseerd. Het Nederlandse parlement noemt de misdaden van het Chinese communistische regime tegen de Oeigoeren genocide.