Slachtoffers van humanitaire crises in Afrika en de islamitische wereld krijgen slechts een fractie van de aandacht die witte Oekraïners krijgen. Tot die pijnlijke constatering komt Tedros Adhanom Ghebreyesus, topman van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO).
Hij vraagt zich af of ‘de wereld echt evenveel aandacht schenkt aan zwarte als witte levens’, gezien de aanhoudende noodsituaties in Ethiopië, Jemen, Afghanistan en Syrië. Hij wil meer geld en aandacht voor andere crises in de wereld.
‘Ik moet bot en eerlijk zijn dat de wereld de mensheid niet op dezelfde manier behandelt’, zei hij gisteren op een virtuele persconferentie vanuit het WHO-hoofdkwartier in Genève. ‘Sommigen zijn meer gelijk dan anderen. En als ik dit zeg, doet het me pijn. Omdat ik het zie. Heel moeilijk te accepteren – maar het gebeurt.’
Tedros noemt de toestand in de Ethiopische regio Tigray, waar als gevolg van een burgeroorlog de gezondheid van miljoenen mensen wordt bedreigd, de meest schrijnende situatie in de wereld op dit moment.
De WHO-topman komt zelf ook uit Tigray. Het doet hem pijn dat mensen daar van de honger omkomen en onvoldoende medicijnen en andere benodigdheden krijgen.