18.7 C
Amsterdam

Hanina Ajarai leert kinderen demonstreren

Majorie van Leijen
Majorie van Leijen
Journalist & eindredacteur

Lees meer

Een protesterende meute kinderen met een megafoon loopt de zaal uit. ‘Wij willen zon’, roepen ze. Hanina Ajarai steekt enthousiast haar hand in de lucht. ‘Wij willen wereldvrede’, galmt het vervolgens door de foyer van Studio de Bakkerij. 

Hanina’s Kinderkletsshow bestaat al bijna vijfeneenhalf jaar. ‘Het is mijn kindje’, zegt Ajarai. Een paar jaar geleden vroegen ze bij Studio de Bakkerij of ze wilde meedenken over de kinderprogrammering van het theater in Rotterdam-Noord. ‘Ik dacht toen: er zijn zoveel talkshows op TV voor volwassen mensen, waarom geen talkshow voor kinderen? En zo is het begonnen.’

Het werd snel een succes. De show is te zien op twee verschillende locaties. Bovendien heeft ze het concept, hoewel in iets andere vorm, ook op scholen geïntroduceerd. ‘Het gaat altijd over serieuze onderwerpen die ook voor kinderen interessant zijn. Zoals bijvoorbeeld de oorlog rond 4 en 5 mei, of een vluchtelingenverhaal van een jongen uit Syrië. We hebben altijd een kind dat een instrument kan spelen, en we doen ook altijd een quiz.’

Afgelopen maandag ging het over activisme. ‘Wat is activisme eigenlijk? Dat is als je iets wilt veranderen en daarvoor gaat strijden’, zo begint ze. Niet veel later schuift de 13-jarige Nourinne bij haar aan. Ze heeft geprotesteerd tegen het verdwijnen van haar favoriete speeltuin in Rotterdam-Noord. Met succes, de gemeenschapsplek mocht blijven bestaan. Daarna komt activiste Serda het podium op. Al sinds haar vijftiende voert ze protestacties uit, op dit moment is dat tegen de oorlog in Gaza. 

Hanina’s Kinderkletsshow. Op de bank bij Hanina: Nourinne

‘Waarom doe je dat dan in Nederland?’ vraagt een jongen in het publiek. ‘Wat een goede vraag’, zegt Serda. ‘Dat is omdat Nederland Israël steunt met wapens en vliegtuigonderdelen, en Israël kan daarmee Palestijnen doden. ‘Wie is je grote voorbeeld?’, wil Ajarai weten. ‘Dat is mijn kleine nichtje, die ook in de zaal zit. Zij leert me dat je altijd lief moet zijn tegen andere mensen.’

Waarom kinderen?

‘Kinderen hebben een bepaalde kwetsbaarheid, ze zijn vaak fantasierijk en heel open over hun emoties’, zegt Ajarai op de vraag waarom ze juist voor kinderen kiest in haar publiek. Maar het is niet gebleven bij de show. Al sinds 2017 leest ze kinderen voor in het theater, bovendien geeft ze workshops. Die ochtend nog leerde ze kinderen interviewen tijdens een workshop. Wat is een open en gesloten vraag? Hoe moet je doorvragen? Hoe ontfutsel je een geheim van iemand? 

‘Je kan echt heel veel betekenen voor kinderen’

‘Je interviewt iemand omdat je benieuwd bent naar die persoon, maar ook omdat je denkt dat anderen eveneens benieuwd zijn naar die persoon. Je stelt vragen omdat andere mensen de antwoorden misschien ook wel willen weten. Als je hierover nadenkt, wie zou je dan willen interviewen?’ vraagt ze de kinderen. ‘Mijn betovergrootoma, omdat ik nieuwsgierig ben naar de geschiedenis van Suriname’, zegt een van de meisjes in het publiek. Dan mogen ze oefenen, met een echte microfoon. Ajarai neemt de rol van de persoon die ze willen interviewen, en beantwoordt rustig alle vragen. ‘Ga dit ook maar eens oefenen thuis, interview gewoon eens je moeder’, geeft ze mee.

 

Twee kinderen leren interviewen van Hanina

‘Je kan echt heel veel betekenen voor kinderen’, zegt Ajarai. ‘Een Kinderkletsshow die me erg bijstaat is een die ik op een school gaf. Na afloop kwamen er wat meiden naar me toe om te vragen: bent u Marokkaans? Wij ook! Een ander vroeg: bent u moslim? Want dat was ze ook. Ze zagen dat het dus mogelijk is voor iemand zoals zij om iets te doen zoals ik doe, en dat theater niet alleen wordt gemaakt door witte mensen.’ 

Niet zomaar een journalist

Ajarai is van huis uit geen theatermaker. Sterker nog, ze had helemaal geen ervaring in theater toen ze aan de Kinderkletsshow begon. Hiervoor werkte ze als journalist. ‘Niet zomaar een hoor, ik schreef voor grote kranten, zoals NRC en het AD’, vertelt ze haar jonge publiek.

Ajarai is inderdaad geen onbekende in de mediawereld. Voor NRC schreef ze vooral over de moslimgemeenschap, over discussies rondom de hoofddoek bijvoorbeeld. Ze was de enige vrouw met een hijab op de redactie, iets dat nog wel eens een uitdaging kon zijn. Zo had ik een keer een interview geregeld met iemand van de PVV. Door de telefoon was alles helemaal prima, maar toen ik aankwam op hun kantoor was er opeens een probleem. Het interview werd afgezegd, ze wilden niet met me praten.’ 

Bij het AD werkte ze als columniste. In haar eerste column introduceerde ze zichzelf als moslim, gewoon om het even gezegd te hebben. ‘Dit leverde eigenlijk vrijwel direct reacties op. Een vrouw met een hoofddoek als columniste! Het maakte niet uit waarover ik schreef, of het nu over politiek of gewoon over mijn kinderen ging, er was altijd ophef, en het kwam altijd van hetzelfde groepje mensen. Ik dacht toen bij mezelf: die mensen zijn er altijd, ik ga gewoon door met wat ik doe en schrijf wat ik vind.’

Achteraf noemt ze het naïef. ‘Ik kreeg pas later door dat het wel degelijk ging om hoe ik er uitzag, en dat ik niet de enige was die dit ervaarde. Het was onderdeel van een systeem. Ik ontmoette andere moslimvrouwen die met dezelfde problemen te maken hadden en werd activistisch. Ik sloot me aan bij S.P.E.A.K.’ (een collectief van moslimvrouwen die zich uitspreken tegen racisme, islamofobie en uitsluiting, red.). 

‘In de kern ben ik nog steeds journalist’

De samenwerking met het AD liep uiteindelijk stuk door een column.  Daarin schreef ze dat ze moeite had om empathie te voelen voor de slachtoffers van vlucht MH17, die in de zomer van 2014 werd neergeschoten boven Oost-Oekraïne door een Russische but-raket.  Daarentegen kon ze zich wel inleven in de Marokkaanse Ajax-voetballer Abdelhak Nouri, die een hersenletsel had opgelopen na een hartstilstand. Ze stelde zichzelf de oprechte vraag waardoor dit kwam: waarom voel je voor de ene mens wel een instinctieve compassie, en voor de ander niet? Of een witte Nederlander deze vraag omgekeerd wel had kunnen stellen? ‘Ja natuurlijk.’

Show uitsluitend voor vrouwen

‘Ik heb er wel even last van gehad, want ik was ontslagen. Dat is een klap in je gezicht. Maar ik heb dat nu achter me gelaten. Als mijn werk daar niet was gestopt was ik de Kinderkletsshow niet gaan maken. En dat vind ik echt heel leuk.’ Maar het betekent niet dat ze de media achter zich heeft gelaten. ‘In de kern ben ik nog steeds journalist en af en toe schrijf ik nog wat voor NRC. Ik gebruik ook veel journalistieke vaardigheden bij het maken van de shows. Ik kies de gasten uit en doe de voorgesprekken, bijvoorbeeld.’

Bovendien heeft ze de podiumtijger in zichzelf ontdekt, zo vertelt ze. Naast de kindershows maakt ze sinds twee jaar ook comedyshows voor een uitsluitend vrouwelijk publiek, samen met haar vriendin Fahima Ettaher. ‘Als je alleen met vrouwen bent, dan gebeurt er wat. Vrouwen worden uitbundiger, durven op het podium iets te komen vertellen, bijvoorbeeld.’

Workshop interviewen van Hanina

Daarnaast wil ze binnenkort gaan werken aan een kinderboek, samen met kinderen. ‘De illustraties, het verhaal, het vermarkten en het printen, gewoon het hele proces samen. Ten eerste om te zorgen dat het boek meer een reflectie is van hun leefwereld, maar ook om kinderen mee te laten draaien in een proces, van idee tot product.’

‘Ik wil kinderen aan het denken zetten’, besluit Hanine. ‘Weten jullie eigenlijk wat jullie rechten zijn in Nederland?’, vraagt ze haar publiek. Ze geeft ze allemaal een bordje, met aan de ene kant rood en de andere kant groen. Zo kunnen ze aangeven of ze denken dat ze er recht op hebben in Nederland. Geld? Ja! School? Ook dat! Wifi? Nee, dat dan weer niet. Maar wel het spreken van je eigen taal, ook als dat niet Nederlands is, legt ze uit. ‘Als je ergens recht op hebt en het toch niet krijgt, kun je gaan klagen. Je kan gaan protesteren.’ De kinderen krijgen vervolgens allemaal een wit papier, waarop ze schrijven waarvoor ze willen vechten. Dan komt de megafoon, en marcheren ze de zaal uit. ‘Wij willen elke dag ijs. Wij willen elke dag ijs.’

Nu u hier toch bent...

Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.

Vertel mij meer!
- Advertentie -