8.1 C
Amsterdam

Islamitische vrijwilligers helpen kwetsbare Nederlanders de crisis door

Anne-Rose Hermer
Anne-Rose Hermer
Journalist.

Lees meer

Op televisie wemelt het van de corona-initiatieven die mensen ontwikkelen, van mondkapjes maken tot maaltijden koken voor de buren. Ook islamitisch Nederland zit beslist niet stil.

De Interculturele Stichting Salaam uit Rotterdam bestaat al twintig jaar. De Islamitische Voedselbank is al meer dan tien jaar één van haar projecten. De voedselhulp staat onder grote druk sinds het losbarsten van de coronacrisis. Het zijn zware tijden voor de voedselbank, vertelt Rahma Hulsman (foto) van de stichting.

‘De aanvoer is minder en de prijzen gaan omhoog. Wij hebben enorm veel last van het feit dat de markten niet doorgaan. Groente en fruit krijgen wij via markthandelaren, ter waarde van minimaal 500 euro per week. Er is nu nog geen toename van aanvragen, maar als de huidige situatie aanhoudt verwachten we dit wel. Een groenteboer die ons helpt kan dat nog even blijven doen. Maar als de corona-situatie te lang duurt, dan wordt hij mogelijk klant bij ons.’

Het vullen en afhalen van de kratten van de Islamitische Voedselbank verloopt altijd goed, alleen vraagt het corona-tijdperk om andere maatregelen.

Hulsman: ‘We gebruiken geen kratten meer, maar papieren zakken. De afhaaltijden zijn ook veranderd. We hebben een uur voor grote gezinnen, een uur voor kleine gezinnen én een uur voor alleenstaanden. Zo verdelen we de vierhonderd mensen die naar onze verdeelpunten komen om hun pakket af te halen over drie uur, in plaats van één uur. Onze klanten arriveren en we wijzen van een afstand aan wat hun pakket is. Dat wordt opgepakt, waarna ze vertrekken. Uiteraard allemaal met anderhalve meter afstand.’

De Islamitische Voedselbank krijgt in deze periode ook vraag naar artikelen die normaal niet worden geleverd, zoals babymelk en luiers. ‘Veel ouders hebben luiers gehamsterd. Dat is heel begrijpelijk, maar ouders uit onze doelgroep hebben geen geld om te hamsteren en weten zich nu geen raad. Een moeder vertelde mij dat ze haar kind iets minder te drinken geeft, omdat dit een natte luier scheelt. Dat kán toch niet?’

Onder de clientèle van deze Islamitische Voedselbank bevinden zich twaalf gezinnen met een baby. Aan hun pakket worden babymelk en luiers toegevoegd. ‘Alleen weet ik niet hoe lang we dit kunnen volhouden.’

‘Wij hebben enorm veel last van het feit dat de markten niet doorgaan’

In het centrum van Rotterdam lopen nu vrijwel geen islamitische ouderen meer op straat. Hulsman weet waarom. ‘Op sociale media zijn er veel campagnes die je aansporen om op je ouders te letten. Zorg ervoor dat ze niet naar buiten gaan, ga boodschappen voor ze doen. Veel allochtone ouderen zijn bang, banger dan de gemiddelde nuchtere Nederlander.’

Volgens Hulsman komt dit ook door contacten met het thuisland. ‘Neem bijvoorbeeld Marokko, waar nu een lockdown is. Of Algerije. De ouderen krijgen dit nieuws mee, via de schoteltelevisie en gesprekken met hun familie daar. Daardoor zien veel allochtone oudere de ernst van de situatie meer in. We moeten allemaal ons gedrag aanpassen. Maar blijf in oplossingen denken, zoals videobellen.’

Een ander probleem is eenzaamheid onder ouderen. Ben Lachhab is coördinator Haaglanden bij Resto Van Harte, een project dat eenzame mensen, vooral ouderen, bij elkaar brengt door middel van het organiseren van betaalbare gezamenlijke maaltijden. Dit project ligt sinds 13 maart uiteraard stil. Toch is Lachhab nu drukker dan ooit: hij is initiatiefnemer van De Participatiekeuken, waarmee hij geld en hulptroepen inzamelt om 100.000 diepvriesmaaltijden te koken. Op die manier kunnen eenzame en kwetsbare ouderen die nu geïsoleerd leven 15 weken lang elke dag een maaltijd hebben.

‘Denk dan aan mensen voor wie niemand kan koken of voor wie de thuiszorg kookte, wat nu niet gebeurt. Ik vind het triest om te zien hoe ouderen met hun rollator naar een afhaalsnackbar gaan om iets te eten te hebben. Eigenlijk belachelijk dat we dit laten gebeuren. We moeten ouderen laten zien dat ze waardige leden van de samenleving zijn. We kunnen immers veel van hen leren.’

Om al deze maaltijden te kunnen realiseren wordt geld ingezameld via de website. Er is al een mooi bedrag opgehaald – maar nog niet genoeg, zegt Lachhab.

‘Mensen zitten op je te wachten’

Gemeenteraadslid Linda Oerlemans van de partij Ons Tilburg vroeg zich af wat ze voor haar medemens kon doen. De gemeenteraadsverkiezingen zijn pas in 2022, dus heeft ze tijd genoeg. Linda had voor een ziek gemeenteraadslid een lekker soepje gemaakt, had nog wat over en vroeg zich af of er meer mensen waren die hier behoefte aan hadden. Een oproepje leverde razendsnel 25 aanmeldingen op.

‘Ik heb meteen gebeld met een Bosnische vriendin, die haar eetcafé beschikbaar stelt als plek om te kunnen koken. Zo ontstond Ons Soepje. Inmiddels werken we samen met onder andere welzijnsorganisatie Contour de Twern, jongerenorganisatie Serve the City én met vrijwilligers uit diverse gemeenschappen. Er is een multicultureel gezelschap ontstaan. Dagelijks maken we voor 250 mensen een maaltijd, inclusief soep en die wordt aan huis bezorgd.’

De mensen die worden geholpen zijn vooral ouderen, vaak zij ze ook alleenstaand. Hun gegevens zijn binnengestroomd dankzij vrijwilligers uit diverse bevolkingsgroepen, zoals een welzijnswerker van Marokkaanse afkomst. De drijvende kracht achter Ons Soepje is een multicultureel gezelschap, wat Oerlemans geweldig vindt. ‘We hebben maar één doel: mensen helpen!’

Eén van de vrijwilligers is Dursun Can, een bekende Tilburger die veel vrijwilligerswerk doet. ‘Toen corona in de media kwam vroeg ik mij meteen af wat ik zou kunnen doen, maar ik wist niet wat en hoe’, vertelt hij. ‘Totdat ik een berichtje kreeg van een Nederlandse mevrouw, die mij over Ons Soepje vertelde. Dát was het voor mij. Ik heb verschillende bedrijven benaderd voor donaties, zoals vlees, groenten en aardappelen. Daarnaast bezorg ik bijna elke dag maaltijden in mijn buurt.’

Can maakt iedere keer mooie dingen mee, legt hij uit. ‘Mensen zitten op je te wachten. Soms willen ze even een praatje maken. Zo vertelde een mevrouw mij dat ze erg ongerust was over haar zoon, die in het ziekenhuis was opgenomen. Iets voor een ander doen is belangrijker dan ooit.’

Met zijn inzet wil Can laten zien hoe je je als moslim moet gedragen ten opzichte van de samenleving. ‘Daar ga ik voor. Al jaren hoor ik heel veel negatieve geluiden over moslims. Hier ben ik het niet mee eens en daarom laat ik zien dat het anders kan.’

Hangjongeren en laptops

SPIOR, de Stichting Platform Islamitische Organisaties Rijnmond, heeft een project opgezet voor jongeren. ‘Onze vrijwilligers gaan de straat op om hangjongeren aan te spreken, want die staan vaak veel te dicht bij elkaar, in te grote groepen’, vertelt Mohamed Bouimj, directeur van SPIOR. Deze jongeren zijn zich vaak niet bewust van de gevaren van corona. ‘Onze vrijwilligers spreken hen aan en vragen om minimaal anderhalve meter afstand van elkaar te houden. Anders kunnen ze zelf ziek worden of een ander ziek maken. Probeer samen te zijn én je aan de spelregels te houden.’

Dat jongeren buiten zijn, is niet zo vreemd. Zeker als er sprake is van kleine woningen is het lastig voor ouders om opgroeiende jongens binnen te houden. ‘Voor veel jongens heeft dicht naast elkaar gaan staan ook te maken met stoer doen. Ze onderschatten de gevaren, totdat iemand in hun omgeving ziek wordt. Dan krijgt corona een gezicht en wordt alles anders.’

SPIOR is bezig met het opzetten van een tweede project: het verstrekken van laptops aan gezinnen die hier niet over beschikken. Daardoor kunnen veel kinderen geen lessen volgen, nu de scholen gesloten zijn.

‘Het is de bedoeling dat bij de laptop ook een vrijwilliger hoort die de kinderen kan begeleiden. Vooral als de ouders niet geschoold zijn of geen Nederlands spreken willen we extra hulp bieden. Uiteraard op een respectvolle manier naar de ouders toe.’

‘Verplicht thuis zitten is géén excuus om niets voor je medemens te doen’

Er zijn nog veel meer islamitische initiatieven om kwetsbare mensen te helpen in deze moeilijke tijden. Een mooi voorbeeld is Corona Care, dat is gestart door de Ar-Rahman Moskee in Hoofddorp. Vrijwilligers helpen mensen met boodschappen of begeleiden hen als ze op pad moeten. Inmiddels hebben meer moskeeën zich bij Corona Care aangesloten, ook gebedshuizen uit grote steden als Rotterdam en Amsterdam. De Blauwe Moskee in de hoofdstad staat bijvoorbeeld ook klaar om deze hulp te bieden.

Omdat er nu zo veel mooie initiatieven zijn opgestart is het onmogelijk is om deze allemaal te noemen. Helaas zijn er ook vrijwilligers die nu onvrijwillig thuiszitten, omdat ze tot de risicogroep behoren. ‘Maar verplicht thuis zitten is géén excuus om niets voor je medemens te doen. Ook telefonisch kun je iets voor een ander betekenen,’ zegt een van hen.

Nu u hier toch bent...

Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.

Vertel mij meer!
- Advertentie -