2.9 C
Amsterdam

Meer kleur in de Kamer? Bij de progressieve partijen begint het te jeuken

Ewout Klei
Ewout Klei
Journalist gespecialiseerd in politiek en geschiedenis.

Lees meer

Haalt bij de verkiezingen van 2021 wél een donker persoon de Tweede Kamer? Diversiteit staat nu hoog op de politieke agenda, maar binnen de progressieve partijen klinkt de roep om ook de interne diversiteit eens op peil te hebben. ‘Minimaal één persoon van kleur in de top vijf van de lijst, minimaal één minister van kleur. Dat is onze inzet.’

In de huidige Tweede Kamer zitten geen Afro-Nederlandse politici. De politieke jongerenorganisaties van CDA, ChristenUnie, D66, GroenLinks, PvdA en SP drongen er onlangs bij hun moederpartijen op aan met diversere kandidatenlijsten te komen. Er moet meer kleur in de Kamer komen, stellen zij, zodat ook minderheden zich gerepresenteerd voelen.

UvA-politicoloog Liza Mügge vindt het een ‘supergoed initiatief’, vertelt ze aan de telefoon. ‘Het past helemaal in deze tijd. De actiebereidheid van politiek betrokken jongeren is in deze tijd groot, veel groter dan vijftien jaar geleden. Het is niet alleen Black Lives Matter, maar ook de klimaatdemonstraties. Activistische jongeren zijn betrokken en hyperbewust. En ze zijn helemaal klaar met de oververtegenwoordiging van de witte man.’

Liza Mügge (Beeld: Monique Kooijmans)

Mügge is blij dat deze politieke jongeren uitgerekend nu hiermee komen. Ze zegt dat de partijen het thema diversiteit hebben verwaarloosd. ‘In de jaren negentig en nul waren PvdA, GroenLinks en CDA hier druk mee bezig en waren er ook allerlei diversiteitsclubjes. Maar daarna zakte de aandacht weg. Geweldig dat de politieke jongerenorganisaties dit nu weer op de agenda hebben gezet.’

Floris Vermeulen, ook politicoloog aan de UvA, vertelt dat het onderwerp diversiteit op kandidatenlijsten moeilijk wetenschappelijk te onderzoeken is. ‘Partijen geven geen inzicht in hoe ze lijsten samenstellen.’ In 2014 deed Vermeulen hier veldonderzoek naar met een groep studenten. Ze hielden interviews met lokale politici en bestuurders in Amsterdam en wilden graag weten hoe lijsten werden samengesteld en wat de rol van diversiteit was.

‘Heel veel dingen gebeuren achter de schermen. Partijen zijn hierover weinig transparant. Uit ons onderzoek bleek dat in 2014 diversiteit nauwelijks een rol speelde bij het samenstellen van de kandidatenlijsten. Dat had meteen een effect op de lijsten zelf, die waren witter dan bij vorige verkiezingen en stonden kandidaten met een diverse achtergrond op nóg lagere plaatsen dan daarvoor.’

Floris Vermeulen (Beeld: YouTube)

Vermeulen vermoedt dat de opkomst van Denk er mede voor heeft gezorgd dat diversiteit in 2018 een weer belangrijkere rol is gaan spelen bij andere partijen. ‘Rond 2006 had je in Amsterdam allemaal spraakmakende mensen van kleur bij de PvdA: Ahmed Aboutaleb, Ahmed Marcouch, Fatima Elatik en Hannah Belliot. Zij zijn inmiddels verdwenen, maar werden niet opgevolgd door anderen.’

‘Er kwamen geen nieuwe Aboutalebs, Marcouchs en Elatiks’

Behalve de opkomst van Denk, Nida en BIJ1 waren er meer factoren die de ‘witheid’ van de gevestigde partijen heeft versterkt, legt Vermeulen uit. ‘Politici met sterke wortels in migrantengemeenschappen werden van cliëntelisme beschuldigd, dat ze hun familieleden en vriendjes aan baantjes hielpen. Daarnaast heb je de verrechtsing van het politieke klimaat, waardoor diversiteit minder belangrijk werd. En ten slotte hebben partijen onvoldoende geïnvesteerd in diversiteit. Er kwamen geen nieuwe Aboutalebs, Marcouchs en Elatiks.’

Partijen als Denk, Nida en BIJ1 zorgen ervoor dat diversiteit weer een belangrijk thema wordt bij de grote partijen, legt Vermeulen uit. ‘Nourdin el Ouali zat eerst bij GroenLinks voordat hij Nida oprichtte. Maar met het kleine Nida bereikt hij meer, vertelde hij ooit, omdat progressieve partijen zijn agendapunten nu sneller overnemen. Daarnaast zie je in Amsterdam dat Simion Blom van GroenLinks en Sofyan Mbarki van de PvdA profiteren van de concurrentie van BIJ1 en Denk. Zij zouden vermoedelijk minder invloed gehad hebben in hun partij als BIJ1 en Denk er niet waren geweest.’

Hetzelfde brilmontuur

Hoe kijken politieke partijen zelf aan tegen diversiteit binnen de eigen gelederen? We spraken hierover met partijleden van kleur die zich binnen hun partijen veel met diversiteit bezighouden.

Beeld: Janarthanan Sundaram

Janarthanan Sundaram was voor D66 gemeenteraadslid in Enschede en is tegenwoordig voorzitter van de Diversiteitsbeweging binnen die partij. Het thema diversiteit leeft nu, vertelt hij. ‘Toen de Black Lives Matter-protesten in de VS begonnen, werd ik veel meer door allemaal D66’ers gebeld. Ze hadden nu eindelijk door hoe belangrijk diversiteit is.’

Volgens Sundaram geloven D66’ers nog te veel in het idee van ‘witte onschuld’. ‘We denken dat we progressief, tolerant en verlicht zijn. Dat racisme iets is van de ander. Maar wij zijn een hele witte partij, een partij van voornamelijk hoogopgeleiden bovendien. En als je op een D66-congres bent ga je bijna denken’, zegt hij ironisch, ‘dat ze allemaal voor hetzelfde brilmontuur hebben gekozen.’

Dat D66 niet zo divers zou zijn, komt volgens Sundaram door de netwerken die iedereen opbouwt. Men gaat het liefst om met iemand die op henzelf lijkt. ‘Mensen kennen elkaar van de studentenvereniging, van de Jonge Democraten (de jongerenafdeling van D66, red.), ze hebben een comfortabel netwerk. Nieuwe leden zonder netwerk binnen de partij maar met ambitie die zich bij D66 aansluiten staan ten opzichte van deze witte jongens op 3-0 achterstand. Dat moet gelijk worden getrokken.’

De Diversiteitsbeweging timmert al langere tijd aan de weg, maar het thema diversiteit stuit op te veel weerstand om echt door te pakken, zegt Sundaram: ‘Met veel moeite hebben we gelobbyd voor een diverse Europese lijst vorig jaar. We hebben een mooi resultaat geboekt: Een hele diverse lijst. Helaas viel de uitslag tegen en kregen we maar twee zetels. Wij van de beweging vonden dat zo’n lijst gevierd moest worden. Dat had ons extra stemmen opgeleverd. Maar de partij had er geen oog voor. Er was veel strijd geleverd.’

Sundaram blijft strijdbaar en voelt zich gesterkt door Black Lives Matters. ‘In de top vijf van de D66-lijst moet straks minimaal één persoon van kleur staan, als D66 meeregeert moet er minimaal één minister van kleur zijn. Dat is onze inzet. Het tij is gekeerd en steeds meer mensen in de partij werken hard aan een diversere lijst.’

Beeld: Mpanzu Bamenga

Mpanzu Bamenga, van 2014 tot 2018 voor D66 raadslid in Eindhoven en oud-voorzitter van een D66-commissie die zich met diversiteit bezig hield, benadrukt telefonisch de successen die zijn geboekt. ‘We begonnen als themagroep in een klein zaaltje op het congres, maar elk daaropvolgend congres gingen we naar een grotere zaal, omdat het thema erg leefde in de partij. We kregen van het partijbureau alle ruimte. Ons stokpaardje ‘kansengelijkheid’ werd ook het thema waarmee D66 in 2017 de Tweede Kamerverkiezingen inging.’

‘Geen enkele partij geniet legitimiteit als er geen afspiegeling is’

Bamenga is niet van de harde eisen, maar vindt een diverse Tweede Kamerfractie belangrijk. ‘Ik vind dat de top vijf van een kandidatenlijst een afspiegeling moet zijn van de samenleving. Geen enkele partij geniet legitimiteit als er geen afspiegeling is.’ Bamenga vindt het belangrijk dat diversiteit een stevigere basis krijgt. Partijen, ook D66, moeten actief op zoek gaan naar gekleurd en ander divers talent, stelt hij.

‘Het is een beetje als met voetbal. Eerst moet je ze scouten, daarna moet je ze opleiden, dus de kneepjes van het politieke vak bijbrengen. Vervolgens moet je ze opstellen, bijvoorbeeld op een kandidatenlijst of in een bestuur, en ten slotte moet je de talenten blijven coachen. Het kan niet zo zijn dat je na een verkeerde uitspraak moet ophoepelen. Mensen maken fouten. Je moet in ze investeren.’

Diversiteit op alle niveaus

GroenLinks heeft alvast diversiteitseisen gesteld aan de kandidatenlijst. ‘We hebben de kandidatencommissie duidelijke opdracht gegeven’, zegt GroenLinks-bestuurlid Diversiteit Imane Nadif, tevens raadslid in Amsterdam.

Imane Nadif (Beeld: Gemeente Amsterdam)

‘Zij moeten straks komen met een representatief team, dat inclusief is in de breedste zin van het woord. Dus we kijken niet alleen naar kleur, maar bijvoorbeeld ook naar seksuele oriëntatie, genderidentiteit, opleiding en regio. Als ik nu tegen jou zeg dat er in de top vijf of top tien zoveel personen van kleur moet komen, dan loop ik de commissie in de weg. Ik heb er alle vertrouwen in dat ze zich goed aan hun opdracht houden, en dat we met een diverse lijst komen.’

Diversiteit was al een tijdje een speerpunt voor GroenLinks, en wordt steeds belangrijker, legt Nadif uit. In 2018 was ze in Amsterdam betrokken bij een talentenklas waar vooral personen van kleur aan meededen. ‘We leerden niet alleen over de politiek, maar gingen ook scouten naar nieuw talent.’ Nu heeft de partij ook al sinds een paar jaar een officiële medewerker Diversiteit, een betaalde kracht die werkt voor het landelijk bureau in Utrecht, en een diversiteitsbeleid binnen de partij.

‘GroenLinks kijkt niet alleen naar kleur, maar bijvoorbeeld ook naar seksuele oriëntatie, gender, opleiding en regio’

‘Want GroenLinks wil niet alleen een diversere Kamer, maar diversiteit moet op alle andere niveaus terugkomen. Daarnaast moeten alle GroenLinks-vertegenwoordigers wat kunnen zeggen over diversiteit, niet alleen de aparte woordvoerder hierover. Diversiteit komt immers in alle aspecten van ons werk terug, op de arbeidsmarkt, in het onderwijs, bij de klimaatdiscussie, enzovoort.’

Kapitein Rob

En hoe zit het met de PvdA, de partij die rond 2000 nog heel veel met diversiteit deed? We spraken hierover met John Leerdam, oud-Kamerlid en minister in het eerste kabinet-Bos in de speelfilm Kapitein Rob uit 2007. ‘Kinderen herkennen mij soms omdat ik in die film heb gespeeld’, lacht hij.

Beeld: John Leerdam / ITA

‘2003 was het jaar met de meeste Kamerleden met een biculturele achtergrond ooit. De PvdA had de meest diverse fractie. Zeer te loven allemaal. Ook bestond bij de PvdA het Multi Etnisch Vrouwennetwerk, dat heel veel invloed had. De toenmalige voorzitter was Ing Yoe Tan. Het netwerk streed voor zwarte vrouwen in de politiek en naar de top.’

Vanaf de jaren tachtig van de vorige eeuw was de PvdA bezig met diversiteit, vertelt Leerdam. ‘En zeer actief vanaf 1997, wat terug te zien was op de PvdA-kandidatenlijst van 1998.’ Aanvankelijk was ook Wouter Bos pro-diversiteit. ‘Er waren klasjes om nieuwe mensen te trainen. Daarnaast probeerden we ook om mensen naar de stembus te krijgen, want de opkomst onder niet-witte Nederlanders was laag. Dankzij onze inzet boekten we begin 2006 een groot succes, toen de PvdA de grootste werd bij de gemeenteraadsverkiezingen.’

Er kwamen toen ook veel niet-witte Nederlanders in de gemeenteraden. Omdat Leerdam nauw bij deze campagne betrokken was en veel voor Nederlanders met een biculturele achtergrond deed, werd hij populair bij deze mensen. Toch gingen er dingen mis.

‘Op zich was het niet erg dat we veel nieuwe mensen hadden die niet bepaald partijtijgers waren, want out-of-the-box-denkers helpen een partij juist vaak verder. Maar we hebben al die nieuwe mensen niet goed begeleid in hun werk, wat tot problemen heeft geleid.’

Leerdam zelf werd in 2003 ook in het diepe gegooid, toen hij in de Tweede Kamer terecht kwam. Maar hij leerde het vak van zijn collega Klaas de Vries, die hem onder meer vertelde hoe je moties moet voorbereiden en hoe je op een goede manier een lobby inzet. ’90 tot 95 procent van de moties die ik indiende heeft het ook gehaald.’

Sinds het aantreden van Lodewijk Asscher als partijleider in december 2016 heeft diversiteit als thema weer prioriteit gekregen, vertelt Leerdam. ‘Ik ben nu voorzitter van het Netwerk Diversiteit & Inclusiviteit en werk heel hard om dit vanuit de praktijk en inhoudelijk vorm te geven met een groep van enthousiaste partijgenoten.’

Leerdam vindt net als Sundaram van D66 dat je harde eisen moet stellen om diversiteit op de lijsten af te dwingen. ‘Twee kandidaten van kleur in de top vijf. En vijf in de top tien.’

Leerdam vindt het belangrijker dat er op structureel niveau goed in diversiteit wordt geïnvesteerd. Hij kan zich helemaal vinden in de aanbevelingen van D66’er Bamenga, met zijn scouting, training, opstelling en coaching. ‘En wat betreft de opstelling, daarin moet je inhoudelijk divers zijn. Dus niet alleen maar mensen die zich bezighouden met racisme of vluchtelingen, maar ook economische experts, onderwijsdeskundigen, enzovoort. En ze moeten met beide benen in de samenleving staan, feeling hebben met hun achterban. En ook met de partij.’

Erdogan en Bouterse

Meer diversiteit kan ook nieuwe problemen met zich meebrengen. Zo weigerden Turks-Nederlandse kandidaten van de PvdA en het CDA in 2006 om de Armeense Genocide te erkennen, wat tot grote commotie leidde in beide partijen. Een ander bekend voorbeeld is hoe Tunahan Kuzu en Selcuk Öztürk constant in de clinch lagen met hun mede-PvdA’ers, totdat ze er in 2014 uit stapten, Denk oprichtten en zich relatief pro-Erdogan begonnen te uiten. En in september 2016 werd Ilhan Tekir uit de GroenLinks-fractie van Gorinchem gezet, omdat hij zich positief had uitgelaten over de Turkse president. Hoe moet je als partij met zulke hete hangijzers omgaan?

UvA-politicoloog Liza Mügge hekelt dit soort ‘eeuwige vragen van rechts’ en vindt de kwestie van ‘dubbele loyaliteit’ maar achterhaald. In dit denken is geen ruimte is voor transnationale bindingen die mensen kunnen hebben met het herkomstland of het land waar hun (groot)ouders zijn geboren, vertelt ze. ‘Dubbele loyaliteiten worden vooral gevreesd en afgekeurd met landen die niet-Westers zijn.’

Daarnaast weten we uit onderzoek dat nieuwe Nederlanders die in hun moederland rechtse partijen steunen, in Nederland vaak op een linkse partij stemmen. ‘Politieke voorkeuren zijn dus daadwerkelijk verschillend. De belangen zijn verschillend, maar ook zijn partijsystemen compleet onvergelijkbaar’, zegt ze. ‘Het is juist kwalijk dat alles wat politici van kleur zeggen onder een vergrootglas wordt gelegd en dat er aan hun loyaliteit of democratische gezindheid wordt getwijfeld.’

Ook is er volgens Mügge niets mis met Turkse Nederlanders die zich betrokken voelen bij de politiek in Turkije. Ze noemt als voorbeeld Koerdische Nederlanders, die dankzij hun inzet voor de mensenrechten in Turkije betrokken raakten bij linkse partijen in Nederland, waaronder GroenLinks en de SP. Maar de steun van sommige Turkse Nederlanders aan Erdogan, dan? ‘Als er conflicten zijn in het herkomstland, dan gaat het rommelen.’

GroenLinks-politica Imane Nadif ziet dit anders. ‘Binnen onze partij is er altijd ruimte voor discussie en mensen moeten zichzelf kunnen zijn’, zegt Nadif, ‘maar er zijn wel grenzen. We zijn een linkse partij en staan voor rechtvaardigheid. Daar hoort het ontkennen van de Armeense Genocide niet bij.’ Leerdam beaamt dit: ‘PvdA-aanhanger zijn en Desi Bouterse steunen, dat gaat niet samen. Als PvdA strijden we voor gerechtigheid. Bouterse heeft daar geen boodschap aan.’

‘PvdA-aanhanger zijn en Desi Bouterse steunen, dat gaat niet samen’

D66’er Bamenga neemt een tussenpositie in. ‘Het gaat erom hoe je kwesties benadert. Vanuit het sociaalliberalisme zijn sommige standpunten heel helder, andere niet. Binnen de partij wordt er over bepaalde kwesties anders gedacht. Dat mag. Je moet met elkaar in dialoog gaan en niet meteen roepen dat een bepaald standpunt slecht is, dat is slecht voor diversiteit. Je moet juist begrijpen waarom iemand iets vindt. Begrijp mij niet verkeerd, maar het gaat erom hoe je dit soort discussies voert. En mensen kunnen er na een goed gesprek ook achter komen dat ze helemaal niet bij onze partij en het sociaalliberale gedachtegoed passen.’

Rechtse en christelijke diversiteit

D66, GroenLinks en PvdA zijn progressieve partijen. Maar kunnen rechtse partijen ook voor meer diversiteit zijn?

Forum voor Democratie en PVV hekelen het ‘diversiteitsdenken’, hoewel er bij FvD wel mensen van kleur actief zijn: denk aan het Gelderse Statenlid Armita Taheri en de Amsterdamse kandidaats-raadsleden Yernaz Ramautarsing en Kristina Türkmen, die allebei in opspraak kwamen omdat ze racistische en anti-islamitische uitlatingen zouden hebben gedaan.

De VVD is tegen positieve discriminatie, met als gevolg dat er relatief weinig mensen van kleur bij de VVD zitten en de partij geen diversiteitsbeweging kent. Volgens politicoloog Vermeulen komt dit ook omdat het thema diversiteit is gepolitiseerd. ‘Diversiteit heeft een linkse kleur gekregen, daarom is de VVD er niet zo happig op. Bij het CDA en de ChristenUnie ligt het even anders.’

Het CDA heeft wel een werkgroep diversiteit, maar die reageerde niet op onze mails. We spraken daarom met Kathleen Ferrier, van 2002 tot 2012 parlementariër namens het CDA. Zij vertelt dat in 1999, toen ze bij de partij betrokken raakte, de christendemocraten heel open stonden voor diversiteit. ‘Op de diversiteitsbijeenkomsten die werden georganiseerd was elke keer een partijprominent aanwezig. Of toenmalig partijvoorzitter Marnix van Rij, of fractievoorzitter Jaap de Hoop Scheffer. We werden echt serieus genomen. En waren er niet voor de show.’

Beeld: Kathleen Ferrier

Het CDA was in die tijd nog een klassieke middenpartij, maar is daarna naar rechts opgeschoven. Daardoor werd diversiteit er minder belangrijk, vertelt Ferrier. 2010, het jaar waarin VVD en CDA een gedoogcoalitie sloten met de PVV, was volgens haar een kantelmoment.

‘Het CDA is toen de Rubicon overgestoken door in te stemmen met de gedoogconstructie met de PVV. Het gevaar als je een dergelijke partij in het bestuur van het land haalt is dat je op een glijdende schaal terecht komt. PVV-standpunten, die we als christendemocraten, als democraten, principieel verkeerd vinden, werden steeds meer gewoon gevonden. Terwijl die haaks staan op de fundamenten van de liberale democratie. Dat was voor mij een belangrijk argument om mij tegen die samenwerking te verzetten. Daarnaast kan de grootste partij die religie als uitgangspunt heeft in mijn visie niet samenwerken met partij die de religie van een grote groep burgers in ons land, namelijk de islam, niet als religie typeert, maar als een politiek ideologie.’

Ferrier is om die reden ook geen fan van Mona Keijzer, die de discussie over racisme en Black Lives Matter een discussie van de Randstad noemde en samenwerking met Forum voor Democratie niet uitsluit. ‘Niets geleerd van 2010. Erg betreurenswaardig, dat zij en Piet Hein Donner (die FvD ook niet wil uitsluiten, red.) daarmee de discussie verengen. We moeten juist polarisatie tegengaan en de kracht van het midden benadrukken.’

Volgens Ferrier is diversiteit zeker niet een exclusief thema voor linkse, progressieve partijen. ‘Iedere partij die enig idee heeft van wat er speelt in de wereld, in Europa, in Nederland, moet beseffen dat je geen toekomst hebt als je niet inclusief bent.’ Ferrier, die in 2002 vanuit het niets in de top tien van de CDA-lijst terecht kwam, vindt het een heel goed idee om hoog in te zetten. ‘Een CDA’er van kleur in de top vijf zou zeker goed zijn’, zegt ze. Maar net als Leerdam vindt ze dat diversiteit meer is dan de poppetjes. Het moet ook bij het CDA echt wortel gaan schieten in de hele partij.

‘Iedere partij die enig idee heeft van wat er speelt in de wereld, in Europa, in Nederland, moet beseffen dat je geen toekomst hebt als je niet inclusief bent’

De ChristenUnie heeft geen aparte werkgroep diversiteit, laat partijbureau-directeur Mark de Boer weten. ‘We hebben inmiddels een aantal politici vanuit de breedte van de partij die met elkaar over dit thema nadenken. Dat is niet geformaliseerd, maar dat vinden we ook niet erg. Zo werkt dat binnen de partij ook op allerlei andere thema’s. Men vindt elkaar waar dat nodig is en kan zo invloed aanwenden.’

Er heeft volgens De Boer ‘door de jaren heen een verbreding plaatsgevonden binnen de partij als het gaat om verschillende vormen van diversiteit’. Dit gebeurde ‘op een natuurlijk manier’ en ‘van onderop’, aldus De Boer. Hij noemt de publicatie ‘Beelddragers’, die onlangs door het Wetenschappelijk Instituut is uitgebracht en waarin het thema expliciet aan de orde komt. Daarnaast krijgen selectiecommissies volgens De Boer ‘altijd de opdracht mee om diversiteit te zoeken in leeftijd, culturele achtergrond, deskundigheid, geslacht en regio van herkomst’.

De jongerenorganisatie van de ChristenUnie, PerspectieF, heeft sinds juni een nieuwe voorzitter, de Afro-Nederlandse Bina Chirino. Omdat ze net voorzitter is geworden en zich moet inwerken was ze niet bereid om medewerking te verlenen aan ons verhaal. Ook op onze vraag of haar verkiezing niet gevoelig ligt bij een deel van de achterban – het Gereformeerd Politiek Verbond (GPV), een van de voorlopers van de ChristenUnie, steunde tot diep in de jaren tachtig de apartheidspolitiek van Zuid-Afrika – wil ze geen antwoord geven. Een prominente bron binnen de ChristenUnie laat echter weten dat er naar aanleiding van Black Lives Matter intern gediscussieerd wordt over het apartheidsstandpunt van het GPV en of de ChristenUnie hier officieel excuses voor moet aanbieden.

De toekomst

Diversiteit wordt een belangrijk thema tijdens de Tweede Kamerverkiezingen van maart 2021 en als het aan de geïnterviewden ligt zien we de diversiteit ook meer terug op de kandidatenlijsten. Hebben ze zin in de toekomst?

D66’er Sundaram: ‘Black Lives Matter is voor Den Haag een eyeopener. Dit is veel groter dan D66. Dit is ook veel groter dan Nederland. We moeten hier iets mee doen. De urgentie is duidelijk.’

‘Op dit moment zitten er geen zwarte Nederlanders in de Tweede Kamer. Dat is geen toeval’

CDA’er Ferrier: ‘Het is belangrijk dat biculturele Nederlanders en ook mensen met wortels in de voormalige koloniën zich kunnen herkennen in de volksvertegenwoordiging. Dat men beseft: ‘Politiek gaat ook over mij’. En ja, er is een extra inspanning nodig om goede kandidaten te enthousiasmeren. Maar ze zijn er zeker. Het is te gemakkelijk om te zeggen dat je ze niet kan vinden.’

D66’er Bamenga: ‘Op dit moment zitten er geen zwarte Nederlanders in de Tweede Kamer. Dat is geen toeval, maar een weerspiegeling van wat er eigenlijk speelt. Wij worden uitgesloten. Dit moet anders.’

Politicoloog Mügge: ‘Rapper Akwasi zei op de Black Lives Matter-demonstratie op de Dam dat hij zich niet in Den Haag herkent, omdat er niemand zit die op hem lijkt. Het roer moet om. Diversiteit heeft onderhoud nodig. Als een partij weinig zetels heeft, is er minder ruimte voor kleur en diversiteit. Bij de PvdA was dat verschil heel duidelijk de laatste verkiezingen. Black Lives Matter laat zien dat diversiteit prioriteit moet krijgen.’

Politicoloog Vermeulen: ‘Als je niets doet aan diversiteit gebeurt er ook niets. Als je wilt dat er echt iets gebeurt, dan moet het systeem worden doorbroken.’

GroenLinkser Nadif: ‘Diversiteit en inclusie hadden altijd al de aandacht van GroenLinks, maar zijn dankzij de discussies die we de afgelopen tijd hebben gevoerd en nog moeten gaan voeren belangrijker geworden. Black Lives Matter, de excuses van de gemeente Amsterdam voor haar aandeel in de slavernij, het slavernijmuseum in Amsterdam dat er moet komen, de toeslagenaffaire… We zijn nog niet uitgepraat.’

PvdA’er Leerdam: ‘Diversiteit zal niet snel van de politieke agenda verdwijnen. Het is één van de grote thema’s van deze tijd, net als het klimaatvraagstuk en het vluchtelingenvraagstuk. Maar activisten moeten ook geduld hebben. Je kan wel roepen dat je nu veranderingen wil, maar de marge van democratische politiek is smal. Dit is een strijd van lange adem.’

Nu u hier toch bent...

Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.

Vertel mij meer!
- Advertentie -