Als nieuwe Nederlander valt het niet altijd mee om werk te vinden. Je wordt al snel afgerekend op je achternaam, ook al ben je in Nederland geboren. Dat zorgt voor een oneerlijke arbeidsmarkt, terwijl die juist vol zit met vacatures en er al gesproken wordt over het halen van gastarbeiders. Maar we hebben al genoeg mogelijke kandidaten in Nederland – tenminste als de overheid, bedrijven en gemeentes een beetje meewerken, zeggen experts en ervaringsdeskundigen.
Voor de echte nieuwkomers begint het probleem al bij de gemeente. Als je dan eindelijk een verblijfsvergunning hebt, dan moet je zo snel mogelijk de bijstand uit. De eenvoudigste oplossing lijkt schoonmaak- of productiewerk te zijn en daar wordt veel op aangestuurd. Maar is dat ook een goede oplossing? Zijn mensen die in het land van herkomst op een hoog niveau werkten echt geschikt om hier op een laag niveau te werken?
Eugène van den Hemel helpt als zelfstandige bedrijven aan passende werknemers die net een verblijfstatus hebben gekregen. Hij zegt dat er zijn enorm veel vooroordelen bij bedrijven zijn. ‘Deze werknemers zullen wel trauma’s hebben opgelopen, waardoor er later problemen komen, denken bedrijven vaak. Terwijl sommigen nota bene in Nederland geboren zijn. De laatste jaren zijn er vooral veel Syriërs naar Nederland gekomen. Ik heb mij verdiept in die groep, dat land heeft een enorm hoog niveau qua opleiding, techniek en kennis. Daar zouden we wat mee moeten doen. Deze mensen zijn ook nog eens heel erg gemotiveerd om in Nederland een nieuw leven op te bouwen, daar kunnen we dan toch alleen maar beter van worden als land? Dat helpt heel Nederland naar een hoger niveau.’
Ook Glenny Sijlbing, een Surinaamse die op Aruba werd geboren en op haar negende jaar naar Nederland kwam, ziet veel vooroordelen en problemen door verkeerd besteed geld. ´Een cursus aan een nieuwkomer over hoe je iemand een stevige hand geeft, is niet echt zinvol om een goede baan te krijgen. Ook het UWV kan veel meer doen. Overal is er wel geld voor subsidies, maar het wordt aan de verkeerde dingen besteed, waar niemand iets mee opschiet. Werkgevers zien de mogelijkheden niet en blijven met hun eigen vooroordelen zitten. Als de politiek de werkgevers laat zitten en de UWV op de verkeerde gebieden cursussen geeft, verandert er weinig.’
Er is een gesprek nodig tussen werkgevers en nieuwkomers, vindt Sijlbing. Elkaar leren kennen helpt. ‘Laat de bedrijven en werkgevers zien welke vooroordelen ze hebben, die zijn vaak ook onbewust. Dat alle Marokkanen crimineel zouden zijn, bijvoorbeeld. Dat beeld krijgen werkgevers vooral vanuit de media, waardoor ze niet verder gaan kijken of dat ook echt zo is. Nieuwkomers worden niet uitgenodigd voor een gesprek, dus hoe kunnen ze dan een werkgever overtuigen van hun kunnen? Ze krijgen de kans niet om te laten zien wat ze kunnen. Gelukkig zijn er een paar UWV-vestigingen bezig met projecten die wel werken.’
‘Werkzoekende nieuwe Nederlanders schieten soms in de slachtofferrol’
Persoonlijke video
Mourad el Moussati kon ook geen baan vinden. Hij besloot het solliciteren op een andere manier aan te pakken en maakte daar zijn bedrijf van: Sollicitatiemarkt, waar hij mensen helpt die problemen hebben met het vinden van werk. Werkzoekende nieuwe Nederlanders schieten soms in de slachtofferrol, zegt hij. ‘Dat snap ik wel, maar ik wil dat mensen inzien dat dat niet helpt. Je geeft zo de regie uit handen, de kunst is juist om die zelf te houden. Toen het mij niet lukte om met brieven bij een bedrijf binnen te komen, heb ik gekeken naar wat bij het bedrijf past en daar mijn sollicitatie op aangepast. In mijn geval werd dat een video, ook omdat ik communicatief heel sterk ben.’
Het aanboren van sterke punten in jezelf en dat op en passende manier bij een bedrijf brengen, dus. Dat adviseerde el Moussati ook aan een meisje dat bij een groot make-upmerk stage wilde lopen. Een video had gekund, maar omdat dat minder paste bij het meisje, kozen ze voor het schrijven van een brief met de hand, waarbij ze de brief mooi opmaakten. Het meisje verzond de brief in een gouden envelop, belde van tevoren nog even dat er een brief aankwam en ze werd uitgenodigd voor een gesprek. ‘Nu loopt ze daar stage’, vertelt El Moussaiti trots.
Schrijf niet over wat je kunt, maar laat het zien. Dat is wat El Moussati preekt. Dat kan in een video, maar dat moet wel bij je passen. Maak een korte video van een minuut: dat vraagt improvisatie en daar moet je van tevoren goed over nadenken en aan werken. Maak een persoonlijke video, voor iedere sollicitatie een andere. Een algemene video werkt niet. Maak een bedrijf nieuwsgierig.
El Moussati: ‘Als je het kort en krachtig houdt, wil een bedrijf meer zien van jou en word je uitgenodigd voor een gesprek. Met lange video’s verveel je bedrijven en bereik je het omgekeerde van wat je wilt.’ Als je laat zien wat je kunt en wat je doet, wordt het voor bedrijven minder belangrijk hoe je eruitziet en uit welk land je komt. Het gaat dan niet meer om uiterlijkheden, waar iedereen in eerste instantie op afgaat, maar om je skills. Daarom is vaak een andere aanpak nodig. Gelukkig leven we nu in een tijd die dat veel beter mogelijk maakt.
Ook Soft skills worden in deze tijd steeds belangrijker. Te weinig studenten benutten hun maximale potentieel. Precies daar wordt volgens El Moussati te weinig aandacht aan besteedt. Hogeschool Rotterdam vroeg hem, na diverse samenwerkingen, om een vak te ontwikkelen en te komen onderwijzen. Dat liet hij zich geen twee keer zeggen, vertelt hij enthousiast. ‘Ik heb een jaar gewerkt aan de ontwikkeling van het vak ‘Succes na(ast) je studie’ en ik geef dat met veel plezier. Het gaat over succes naast je studie, maar ook na je studie, zoals je uit de naam kunt halen. Veel scholen op alle niveaus zijn te theoretisch ingericht en geven veel te weinig aandacht voor soft skills. Die zijn juist steeds belangrijker. Netwerken is verstandig, dat zeggen ze wel, maar hoe doe je dat?’ Het gaat hierbij om doelen stellen, innovatief solliciteren, omgaan met problemen en bereiken wat je wilt bereiken.’
Nederlands
Nienke van Dijk is HR-adviseur en komt in haar werk regelmatig met nieuwe Nederlanders in aanraking. ‘Bedrijven roepen vaak dat ze alleen mensen willen die goed Nederlands kunnen schrijven en spreken. Maar er zijn veel autochtone Nederlanders die onze taal slecht beheerden. Natuurlijk zijn er cultuurverschillen, ik zie bijvoorbeeld vaak dat de geboortedatum ontbreekt op de cv. Dat komt omdat ze dat in het land van herkomst nooit doen. Ook zijn er mensen die alleen hun cv sturen, dat is in Nederland niet de gewoonte. Een motivatiebrief hoort erbij. Maar als niemand hen dat ooit vertelt… Als het je niet lukt om een baan te vinden, neem dan eens contact op met een wervings- en selectiebureau. Daar kunnen ze je bij allerlei dingen helpen en ook met het zoeken naar een passende baan. Ze kijken je cv na en ze helpen je met solliciteren.’
Het werkt volgens Van Dijk averechts als je een brief in perfect Nederlands stuurt, maar tijdens het sollicitatiegesprek niet zo goed Nederlands spreekt. ‘Verschuil je daarom niet, kom uit voor wie je bent en bespreek eventuele gaten in je cv bij zo’n bureau. Die gaten kunnen zijn ontstaan doordat je op de vlucht was, doordat je in een asielzoekerscentrum zat of doordat je heel lang op een vergunning moest wachten om weer naar school te kunnen of om te werken. Dat zijn heel plausibele verklaringen, maar bedrijven vullen die niet zelf in, zij zien gaten als problemen. Ook dat is een vooroordeel, maar het is niet anders.’ Mensen met een buitenlandse achtergrond kunnen een aanwinst zijn voor een bedrijf. Zeker internationale bedrijven die ook telefoontjes en mails uit andere landen krijgen. Zulke bedrijven hebben juist baat bij internationale medewerkers.
Eugène van den Hemel, die mensen met een verblijfstatus aan een passende baan helpt, vertelt trots dat hij een Syrische tandarts in contact gebracht heeft met een Nederlandse tandarts. ‘Toen bleek dat tachtig procent van hun kennis overeenkwam. En voor de overige twintig procent bleken ze elkaar juist goed aan te vullen. De Syrische tandarts had erg veel ervaring met herstelwerk, zoals wortelkanaalbehandelingen, terwijl in Nederland veel meer aan preventie wordt gedaan. De Nederlandse tandarts had er nu een collega bij die heel ervaren was met deze lastige behandeling, terwijl hij hem wat bij kon leren over preventie.’ De Syrische tandarts is stage gaan lopen bij de Nederlandse tandarts en heeft zo zijn BIG-registratie gehaald, waardoor hij zijn eigen praktijk kon beginnen.
Diversiteit
Ook het onderwijs kan helpen om studenten naar de arbeidsmarkt door te laten stromen. Gyzlene Kramer-Zeroual, programmamanager Strategie en Externe Betrekkingen bij ROC Albeda in Rotterdam, vertelt: ‘Als we studenten leren om weerbaarder te zijn en hun bewust te maken van wat ze kunnen en nodig hebben, dan staan ze sterker op de arbeidsmarkt.’ Volgens Kramer-Zeroual is arbeidsdiscriminatie een feit. ‘Zolang de overheid niet ingrijpt en een standpunt inneemt, zal dat ook niet snel veranderen. We kunnen aan het zelfvertrouwen van de studenten werken en ze tools aanleren om met tegenslagen om te kunnen gaan. Dan stappen ze met zelfvertrouwen de arbeidsmarkt op.’
‘Je groeit juist door diversiteit’
Kramer-Zeroual vervolgt: ‘We leiden niet alleen werknemers op, maar ook werkgevers. Daarom moet het bewustzijnsproces al in de klas beginnen, dat is de maatschappij in het klein. Ook is het nodig om veel meer met elkaar in gesprek te gaan. Dat lijkt basaal, maar het is belangrijker dan ooit om een inclusieve maatschappij op te bouwen waarin iedereen meedoet. Ook al zijn we het niet met elkaar eens, dan kunnen we elkaar nog wel respecteren en luisteren naar de mening van anderen. Leer de studenten accepteren dat hun waarheid niet altijd de waarheid is. Een student had geleerd dat je uit respect volwassenen niet rechtstreeks aan mag kijken, terwijl dat in Nederland juist wel de gewoonte is en fatsoenlijk is om te doen. Dat kan heel lastig zijn voor iemand die nog moet wennen aan de gewoontes in Nederland.’ Kramer-Zeroual vindt dat je niet mag invullen wat iemand denkt, maar open minded moet zijn. ‘Het is tijd om te accepteren dat ongeacht of Jip, Amin of Stanislaw komt solliciteren, het alle drie gelijkwaardige Nederlanders zijn.’
Vooroordelen ontstaan juist door niet met elkaar in gesprek te gaan. Doe je dat wel, dan blijkt dikwijls dat je aanvankelijke indruk helemaal niet klopte. Kramer-Zeroual benadrukt daarom het belang van bewustwording. ‘Als mensen zijn we gevormd om mensen die op ons lijken aardig te vinden, maar dat helpt je niet verder. Door alleen maar mensen aan te nemen met dezelfde kleur, dezelfde opleiding, dezelfde sportclub en dezelfde mening verandert er helemaal niets in je bedrijf. Je groeit juist door diversiteit.’ Maar daarmee zijn we er nog niet, benadrukt Kramer-Zeroual. Iedereen moet gezien en gehoord worden, want inclusiviteit maakt een organisatie sterker, vindt ze. ‘De jongeren uit vluchtelingenlanden zijn vaak erg gemotiveerd om de wereld beter te maken. Dat licht moeten we met elkaar laten vlammen.’
Nu u hier toch bent...
Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.
Vertel mij meer!