In gesprek met de Kanttekening duidt oud-minister Laurens Jan Brinkhorst de formatie, de verschuivende machtsverhoudingen en de rol van D66. Volgens hem biedt deze politieke fase een unieke kans voor D66 om het initiatief te grijpen én te behouden.
Laurens Jan Brinkhorst (88) heeft bijna alles in de Nederlandse politiek meegemaakt: staatssecretaris in het kabinet-Den Uyl, fractievoorzitter van D66, minister van Landbouw en later van Economische Zaken. Hij kent de politieke verhoudingen, de valkuilen en de grote ego’s als geen ander. In zijn appartement in Den Haag spreken we met hem over de risico’s én kansen voor D66, die nu voor het eerst de grootste partij is geworden.
U volgt de formatie met bovengemiddelde belangstelling. Hoe kijkt u naar de huidige patstelling?
‘Verkenner Wouter Koolmees heeft het verrassend scherp gezien. Het echte probleem is dat je óf een meerderheid met GroenLinks-PvdA en de VVD moet zoeken, óf met VVD en JA21. En dat laatste is funest voor D66 én voor Europa. Daarom is het logisch om eerst te kijken naar wat CDA en D66 samen kunnen. Die twee partijen kunnen het op dit moment goed met elkaar vinden, zowel inhoudelijk als persoonlijk.’
Hoe kijkt u naar de rol van VVD-leider Dilan Yesilgöz?
‘Zij heeft zich ernstig verkeken op de situatie. Ze dacht D66 en CDA te kunnen overtroeven. Daarom staat ze nu meer buitenspel dan GroenLinks-PvdA-leider Jesse Klaver. Klaver wil niet per se in een kabinet, maar Yesilgöz denkt dat je wint door hard te zijn. En ze heeft eerder een opening gegeven richting de PVV, dat wil niemand. Door het uitsluiten van GroenLinks-PvdA heeft ze zichzelf klemgezet.’



Aan welke kabinetsformatie uit het verleden doet u deze situatie denken?
‘Aan de formatie van 1994, van het eerste Paarse kabinet. Dat een heel succesvol kabinet zou worden. Aanvankelijk was het ook niet vanzelfsprekend dat PvdA en VVD met elkaar zouden regeren. Toch lukte het. Premier Wim Kok zette een nieuwe lijn uit. Het CDA stond bijna een decennium buitenspel. Dat kan nu de VVD overkomen als Yesilgöz koppig blijft. D66 is nu de grootste partij. Voor het eerst! Dat geeft Rob Jetten de kans om een nieuw centrumlinks kabinet vorm te geven.’
U zat zelf bij de beroemde Des Indes-beraden van de JOVD, waar het paars van de jaren negentig werd voorbereid. Wat herkent u daarvan nu?
‘Aan dit beraad deed ik ook mee en op het laatst ook Jan Terlouw (D66-leider van 1973 tot 1982, red.). Het was een vrijplaats voor ideeën. Ik stond dicht bij Anneke Goudsmit, die kritisch was op de koers van Hans van Mierlo. Er was toen al de vrees dat D66 te veel een aanhangwagen van de PvdA zou worden. En Van Mierlo zei vaak: ‘Met het pistool op de borst kies ik voor de PvdA.’ Dat was niet handig. En hiermee marginaliseerde D66 zichzelf.
‘Ooit moesten wij bewijzen dat we een zelfstandige partij waren. In 1972 gingen we van elf naar zes zetels. Maar daarna kwamen we terug, met acht zetels in 1977 en maar liefst zeventien in 1981. Waarom? Omdat we onze eigen positie koesterden, los van de PvdA. We waren de vierde stroming (naast de christendemocratie, de sociaaldemocratie en het liberalisme, red.) en het redelijk alternatief.’
Maar in 1982 verloor D66 weer dramatisch, van zeventien zetels naar zes.
‘Dat kwam omdat we in 1981 per se met de PvdA wilden regeren. Daarmee manoeuvreerden we ons in een onmogelijke positie. We waren nog niet helemaal los van de PvdA. Nu wel.’
Ook het door D66 zo gewenste paarse kabinet leidde niet tot een sterker D66. In 1998 verloor de partij tien van de 24 zetels.
‘Dat kwam mede door Hans van Mierlo, die minister van Buitenlandse Zaken was geworden en daarom vaak in het buitenland was. Hij wilde graag dit ministerie, maar voor D66 was het beter geweest dat hij Binnenlandse Zaken had gekozen, dan waren we als partij in het kabinet minder onzichtbaar geweest.’
‘Je zou Henri Bontenbal eigenlijk de Pechtold van het CDA kunnen noemen’
In 2006 scheerde D66 langs de afgrond. In de peilingen stond de partij op nul zetels.
‘Ja, dat was een moeilijk moment. Gelukkig won toen Alexander Pechtold de lijsttrekkersverkiezingen. En wisten we drie zetels te behouden. En daarna werd D66 weer een groot succes, mede vanwege zijn stevige kritiek op Geert Wilders. Vanuit het niets maakte hij D66 weer groot. Je zou Henri Bontenbal eigenlijk de Pechtold van het CDA kunnen noemen. Ook hij heeft een partij die door haast iedereen werd afgeschreven een nieuw leven ingeblazen.’
Hans van Mierlo vergeleek de electorale successen en nederlagen van D66 met de vlucht van de kwikstaart. Net als het kleine vogeltje ging D66 dan weer pijlsnel omhoog en dan weer omlaag. Hoe komt dat eigenlijk?
‘Wij zijn geen volkspartij. Wij bewegen, versnellen, zijn flexibel. Wij vertegenwoordigen niet het volk, maar het meer elitaire deel van de samenleving, de middenklassen en de hogere klassen. En toch hebben we voor het eerst een stevige band met het CDA. Dat is bijzonder. We waren altijd de anti-CDA-partij! Maar het CDA is veranderd, minder confessioneel geworden. En Jetten en Bontenbal kunnen het persoonlijk uitstekend vinden.’
Is de uitslag van 29 oktober een ‘nee’ tegen polarisatie?
‘Absoluut. Middenpartijen CDA en D66 hebben gewonnen. Samen kunnen zij stabiliteit bieden. In het verleden was D66 altijd de bijwagen in de coalitie. Zelfs tijdens het eerste kabinet-Kok waren we de juniorpartner, want PvdA en VVD waren groter. Nu is D66 de grootste.’
‘D66 moet het kabinet vormgeven. Dan krijg je een premierbonus. Maar je moet niet te veel eigen standpunten opgeven’
Wat is het beste scenario, voor een kabinet?
‘D66 moet het kabinet vormgeven. Dan krijg je een premierbonus. Maar je moet niet te veel eigen standpunten opgeven. Want daarop worden we afgerekend. Een centrumlinks kabinet met D66 en CDA als de stabiele kern is daarom wenselijk. Het is slecht voor D66 én slecht voor Europa als VVD én JA21 meeregeren. JA21 is zoals ik zei zeer kritisch over de EU. Wij zijn dat niet — wij zijn een Europese partij.’
En een minderheidskabinet, wat vindt u daarvan?
‘Hans Borstlap heeft dat voorgesteld en ik begrijp de aantrekkingskracht, maar het is riskant. Een minderheidsakkoord moet dicht bij de kern van D66 liggen. Niet te rechts. Anders verlies je alle kiezers die nu op Jetten hebben gestemd: sociaaldemocraten en teleurgestelde VVD’ers die niets moesten hebben van Yesilgöz.’
‘Jetten doet het verstandig door te erkennen dat er iets moet gebeuren aan migratie’
Migratie is een heet hangijzer. En er is veel kritiek van links op D66, omdat ook Jetten een rechtsere koers op dit dossier is ingeslagen.
‘Jetten doet het verstandig door te erkennen dat er iets moet gebeuren aan migratie. Maar hij doet dat anders dan PVV, BBB of anderen: genuanceerd, met oog voor arbeidsmigranten. Dat onderwerp laat bijna niemand liggen, behalve D66. Dat is een pre.
En dan is er nog de persoonlijke ontwikkeling van de partijleider zelf: is Jetten veranderd? Hij begon eerst als een ‘klimaatdrammer’ en zwaait nu met de Nederlandse vlag.
Op het eerste gezicht klopt die observatie wel. Maar feitelijk is het geen tegenstelling. Je kunt Europeaan én Nederlander zijn. Hij claimt de vlag terug van de PVV.
‘Net als Pechtold volgt Jetten een zelfstandige koers. Sigrid Kaag was anders: uitstekend in speeches, maar ze was geen partijpolitica. Ze kwam van buiten en werd toen leider, terwijl Jetten echt uit de partij komt. Hij kent de mensen en heeft het netwerk. Ik zei hem jaren geleden al: ‘Jouw tijd komt nog wel.’ En dat blijkt.
Wat zouden de drie hoofdlijnen van een nieuw kabinet moeten zijn?
‘De eerste hoofdlijn, die is voor mij heel belangrijk, moet Europa zijn. D66 blijft de uitgesproken pro-Europese partij, maar ook Bontenbal (CDA) en Klaver (GroenLinks-PvdA) profileren zich als overtuigd pro-Europees. Dat brede draagvlak binnen het politieke midden biedt rust en continuïteit in een tijd van geopolitieke onzekerheid.
‘De tweede hoofdlijn, waar we het ook al eerder over hadden, is migratie. De tijd van wegkijken is voorbij. Migratie, ook arbeidsmigratie, vraagt om een realistische en nuchtere aanpak, niet om symboliek of uitstelgedrag.
‘De derde hoofdlijn is economische groei. Het is van belang dat het bedrijfsleven niet wordt weggezet als probleem, maar als partner in de oplossing. Economische groei moet terugkeren als gedeeld doel, niet als ideologisch twistpunt.’

GroenLinks en PvdA fuseren. D66 doet niet mee aan deze fusie. Maar blijft D66 altijd wel zelfstandig? Ik herinner mij een bijeenkomst in De Balie, een kleine twintig jaar geleden alweer, met GroenLinks-ideoloog Dick Pels en PvdA-politica Mei Li Vos over een nieuwe Vrijzinnig-Democratische Bond. Zijn zulke ideeën nog relevant?
‘Nee. Dankzij Pechtold is D66 gered. We hoeven niet te fuseren met een andere partij. We voeren een eigen koers. En wij moeten een duidelijk D66-stempel zetten op het kabinetsbeleid. Dan krijg je straks ook de premierbonus bij de volgende verkiezingen.’
Net als het CDA ten tijde van Ruud Lubbers en Jan Peter Balkenende, of de VVD onder Mark Rutte. Maar schuilt hierin niet een gevaar? Bij het CDA zeiden ze ‘We rule this country’. En toen verloren ze in 1994 twintig zetels.
‘Dat gevaar bestaat altijd. Maar Rob Jetten heeft geen last van hybris. Buma en Weijers ook niet. Dat maakt me gerust.’
‘Maar als Yesilgöz vasthoudt aan het uitsluiten van GroenLinks-PvdA dan zet zij de VVD buitenspel’
Over hybris gesproken: Dilan Yesilgöz gedraagt zich alsof ze de verkiezingen gewonnen heeft…
‘Veel VVD’ers zijn niet enthousiast over Yesilgöz, want ze vinden haar geen stabiele figuur. Ze mocht VVD-leider blijven omdat de nederlaag uiteindelijk meeviel. Maar als Yesilgöz vasthoudt aan het uitsluiten van GroenLinks-PvdA dan zet zij de VVD buitenspel. En dat is misschien wel de grootste strategische misrekening van deze formatie.’
En Jetten maakt niet zulke strategische fouten?
‘D66 bestaat nu bijna 60 jaar, omdat we ons steeds opnieuw hebben uitgevonden. Als Jetten nu het centrum pakt, verstandig onderhandelt en niet te veel weggeeft dan kan dit het begin zijn van een nieuw tijdperk. Een kabinet dat staat.’

Ten slotte, wat is het gevolg van het onverwachte opstappen van D66-informateur Hans Wijers, op vrijdag de veertiende, voor het formatieproces? Nu blijft alleen voormalig CDA-leider Sybrand Buma over.
‘Het vertrek van oud-minister van Economische Zaken Hans Wijers was ook voor mij volledig onverwacht, maar het hoeft het proces niet te belemmeren. Omdat hij meteen is opgestapt zijn er geen extra spanningen met de VVD en kan de VVD ook geen extra eisen stellen. Opvallend is wél dat D66 niet kiest voor een nieuwe eigen informateur, maar instemt met alleen Sybrand Buma. Dat zegt iets over het vertrouwen dat Jetten inmiddels heeft in Bontenbal. Die twee hebben al een goede werkrelatie opgebouwd, en nu komt hun samenwerking nog steviger te staan. Nu kunnen ze samen aan het werk.
‘Het wegvallen van Wijers betekent niet dat zijn ideeën verdwijnen. Hij heeft waardevolle contacten met het bedrijfsleven en zijn inzichten kunnen gewoon worden meegenomen, ook al is hij niet meer betrokken bij het formatieproces. Ik sluit ook niet uit dat hij achter de schermen nog een rol speelt. Maar het praktische effect is dat Jetten en Bontenbal nu als een hechter blok verder kunnen, zonder extra personen aan tafel.’
Nu u hier toch bent...
Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.
Vertel mij meer!

