6.7 C
Amsterdam

‘Voor de Taliban is televisie een zonde’

Ewout Klei
Ewout Klei
Journalist gespecialiseerd in politiek en geschiedenis.

Lees meer

Gevluchte journalisten willen in ons land hun werk voorzetten. Dat vertelden ze vrijdagavond 3 mei op een bijeenkomst van de culturele organisatie Secu in Utrecht.

3 mei is de Internationale Dag van de Persvrijheid. Wereldwijd is de persvrijheid achteruitgegaan, maar Nederland steeg twee plekken op de ranglijst van persvrijheidswaakbond Reporters Without Borders (RSF). In Utrecht organiseerde Secu, een culturele organisatie die gelieerd is aan de Turkse Gülenbeweging, een bijeenkomst over de persvrijheid. Drie gevluchte journalisten – een Turkse en twee Afghaanse – deden hun verhaal.

Voormalig tv-presenator Jalil Azad ontvluchtte in 2021 Afghanistan, toen de Taliban de macht in het land weer overnamen. Voor journalisten was het niet langer veilig. ‘Tot 2021 waren er wel zeventig televisiestations in Afghanistan, de meesten commercieel. Maar hoewel we niet voor de vorige regering werkten konden we niet langer in Afghanistan blijven, want voor de Taliban is de televisie een zonde’, legt Azad uit. Hij spreekt vloeiend Engels en inmiddels ook al redelijk Nederlands. Hij woont in het Gooise dorp Laren, tussen Hilversum en Amersfoort.

‘Ik ben ondergedoken, omdat ik anders in de gevangenis zou belanden’

Samen met documentairemaker Nemat Ahmadi, die nog niet zo goed Nederlands en Engels spreekt, werkt hij nu in zijn vrije tijd aan het YouTube-kanaal Ashiana Media, dat onafhankelijk en kritisch nieuws wil brengen over Afghanistan. ‘We kunnen het land natuurlijk niet meer in, maar we hebben er nog wel zo onze bronnen’, zegt Azad. ‘Ook volgen we internationale bronnen, zoals BBC en Voice of America.’ Azad en Ahmadi hopen dat hun YouTube-kanaal uiteindelijk een succes wordt en ze misschien een online tv-station kunnen beginnen. Azad en Ahmadi hebben nog geen uitzendingen gemaakt, wel heeft Ahmadi een mooie intro in elkaar geknutseld. Ook zijn beide journalisten lid geworden van de Nederlandse journalistenvakbond NVJ.

Eerste liefde is de journalistiek

De Turkse journalist Fadil Aksu werkte tot 2016 voor een lokaal tv-station in Istanbul als cameraman en manager. Maar na de mislukte staatsgreep tegen president Recep Tayyip Erdogan in juli 2016 werd hij ontslagen. ‘Het was een hele moeilijke tijd. Ik ben ondergedoken, omdat ik anders in de gevangenis zou belanden. In 2019 heb ik eindelijk Turkije verlaten. In Griekenland heb ik met enkele Koerdische journalisten, die Turkije ook waren ontvlucht, fijn samengewerkt. Maar dat was allemaal op vrijwillige basis. Ook werd ik voor Bold, een aan de de Gülenbeweging gelieerde nieuwssite.’

Uiteindelijk reisde Aksu door naar Nederland. Omdat hij zich verveelde in het azc besloot hij video’s te gaan maken. Daar is hij in 2022 mee gestopt toen zijn familie ook naar Nederland kwam. Aksu kreeg de kans om een ict-opleiding te volgen en werkt nu als ict-ontwikkelaar voor ABN-AMRO. Maar zijn eerste liefde is de journalistiek. In zijn vrije tijd en in de weekenden is hij daarom weer bezig met het maken van video’s. Hij hoopt jongeren te kunnen inspireren met zijn werk.

Nederlandse taal

De drie gevluchte journalisten vinden het jammer dat ze in Nederland niet fulltime als journalist kunnen werken. Een groot obstakel is de taal. De Nederlandse taal is moeilijk om onder de knie te krijgen. Tegelijkertijd zijn ze super gedreven en zitten ze niet bij de pakken neer. ‘We hebben echt geluk gehad dat we naar Nederland konden vluchten toen de Taliban de macht overnamen’, zegt Azad. ‘Ik ben een dankbaar mens.’

Bij Aksu overheerst de strijdbaarheid. Hij vreest dat wat in Turkije gebeurde ook in Europa, in Nederland kan gebeuren. ‘Erdogan is een dictator geworden en heeft de pers gelijkgeschakeld. Hongarije gaat onder leiding van de autoritaire premier Viktor Orban Turkije achterna. En misschien volgt daarna Nederland wel. Op 22 november is de PVV de grootste partij geworden in het parlement. Geert Wilders heeft weinig op met journalisten en wil de bezem door de publieke omroep. Je moet vechten voor je vrijheid.’

Nu u hier toch bent...

Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.

Vertel mij meer!
- Advertentie -