12.4 C
Amsterdam

Zijn Marokkaanse Nederlanders de nieuwe Joden?

Ewout Klei
Ewout Klei
Journalist gespecialiseerd in politiek en geschiedenis.

Lees meer

Naar aanleiding van de veelbesproken 4 mei-lezing van Arnon Grunberg spraken wij met vier prominente Marokkaanse Nederlanders over discriminatie. ‘Mijn Marokkaanse vader kwam in 1966 naar Nederland. Geert Wilders zat toen nog zijn luier vol te kakken. Dat is een beeld waar ik graag aan denk als ik me weer eens té kwaad dreig te maken over het Nederlandse integratiedebat.’

Bij discussies over nationale identiteit, moslimhaat en antisemitisme lopen de emoties vaak hoog op. Helemaal als deze grote thema’s bij een bepaald concreet onderwerp allemaal tegelijk spelen. Dat gebeurde deze maand, naar aanleiding van de 4 mei-voordracht van schrijver Arnon Grunberg. De Nationale Dodenherdenking is altijd een waarschuwing, zei hij. En: ‘Als ze het over Marokkanen hebben, dan hebben ze het over mij.’

Op social media en op rechtse blogs zorgden de uitspraken van Grunberg voor veel commotie. Een dag later besloot PVV-leider Geert Wilders te reageren: ‘Minder, minder, minder’, twitterde hij. Hiermee refereerde hij naar zijn beruchte uitspraak ‘Willen we meer of minder Marokkanen?’ Ook dit leidde uiteraard tot ophef.

De Kanttekening sprak met vier Nederlanders met een (deels) Marokkaanse achtergrond over deze controverse. Zijn Marokkaanse Nederlanders de nieuwe Joden? Hoe ga je om met discriminatie en racisme? Voel je je wel geaccepteerd door de Nederlandse samenleving? En zijn de Tweede Wereldoorlog, de Duitse bezetting en de Holocaust ook jouw geschiedenis?

‘Er hoeft maar iets te gebeuren’

Abbie Chalgoum woont in Amsterdam en is acteur en docent. Hij geeft les in marketing & sales. Op Twitter spreekt hij zich op humoristische wijze tegen racisme en discriminatie uit. Maar toen Wilders op 5 mei ‘Minder, minder, minder’ twitterde, besloot Chalgoum om aangifte te doen.

Abbie Chalgoum (Foto: Jean-Pierre Jans)

‘De politie gaf aan mijn aangifte niet in behandeling te zullen nemen. Want ‘Minder, minder, minder’ kan in principe overal op slaan. Juridisch gezien zal dit vast correct zijn, maar iedereen weet natuurlijk wat Wilders bedoelt. In 2014 deed Wilders zijn beruchte ‘minder Marokkanen’-uitspraak. De zaak daarover loopt nog steeds. Dat hij hier uitgerekend op 5 mei naar refereerde was echt vals. Dat is hetzelfde als ik tijdens de Dodenherdenking opeens iets zou roepen met ‘gas’. Eigenlijk wil Wilders zeggen: bevrijd ons van de Marokkanen.’

Op de middelbare school heeft Chalgoum veel meegekregen over de Tweede Wereldoorlog, vertelt hij. ‘Het is een enorme tragedie. Mensen werden vermoord op basis van hun religie. Het is onwerkelijk dat een land tot zo’n genocide in staat is. Maar de Tweede Wereldoorlog leert ons ook dat honderdduizenden mensen hun leven gegeven hebben om de democratie te herstellen. En dit maakte mogelijk dat mijn vader naar Nederland kon gaan. Als Nederland nog door de nazi’s was bezet, dan was hij hier nooit naartoe geëmigreerd. Dankzij onze bevrijders ben ik hier nu, heb ik drie prachtige kinderen en een mooi huis.’

‘We worden niet gedeporteerd, maar wel gehaat en weggezet’

Zijn Marokkanen nu de nieuwe Joden? ‘Het begint altijd ergens’, antwoordt Chalgoum. ‘Het duurde jaren voordat de Joden werden gedeporteerd. Daarvoor werden ze door de politiek en in de media gedemoniseerd en werden er wettelijke maatregelen tegen de Joden genomen. Je moet daarom discriminatie keihard aanpakken. Marokkaanse Nederlanders worden gediscrimineerd op de arbeidsmarkt en op de woningmarkt. Als er een grote groep is die Marokkanen uitsluit, dan is er wel een gevaar. Er zijn tekens die we moeten kunnen lezen. We worden niet gedeporteerd, maar wel gehaat en weggezet.’

Chalgoum maakt zich vooral zorgen over de aanhang van Geert Wilders en Thierry Baudet. ‘Zij voelen zich geruggesteund door hun ‘leiders’ en gaan dan nog een stapje verder. Denk aan al die anonieme trollen op Twitter, die mensen uitschelden en bedreigen.’ Maar is de moslimhaat nu niet minder erg dan enkele jaren geleden, omdat Afro-Nederlanders dankzij de discussie over Zwarte Piet en het Nederlandse slavernijverleden ook een doelwit zijn geworden van radicaal-rechts? Chalgoum antwoordt dat hier wel iets voor te zeggen valt, ‘maar er hoeft maar iets te gebeuren, een terroristische aanslag, een tweet van Wilders of iets anders – en de haat tegen moslims en tegen Marokkanen explodeert weer.’

Voelt Chalgoum zich ook geaccepteerd door de Nederlandse samenleving? ‘Op social media krijg ik veel haat, maar ook veel positieve reacties van mensen. Een groot deel van Nederland heeft de multiculturele samenleving omarmd, omdat onze samenleving nu eenmaal zo is. Ik ben op mijn vierde naar Nederland geëmigreerd, maar Nederland voelt alsof ik er geboren ben. Ik kom naar Marokko als toerist. Het voelt als verre liefde. Je kunt in Marokko lekker eten, maar Nederland is mijn land. Ik droom in het Nederlands.’

‘F*** this shit’

Het Amersfoortse GroenLinks-raadslid Youssef el Messaoudi is er helemaal klaar mee, vertelt hij. ‘Als Nederlander met Marokkaanse wortels word je met argusogen bekeken. We zouden niet loyaal zijn aan Nederland. We zouden antisemitisch zijn. Ook in deze tijd, rond 4 en 5 mei, krijgen we vervelende vragen naar ons hoofd geslingerd. F*** this shit. Genoeg is genoeg. We weten het nu wel. Een deel van Nederland zal ons toch niet accepteren, behalve als we assimileren en onze identiteit inleveren. Maar dat zullen we nooit doen.’

Youssef el Messaoudi (Foto: Remko Schotsman)

‘Iedere keer weer die gare ‘discussies’ over ‘Marokkanen’’, twitterde El Messaoudi op 6 mei boos naar aanleiding van Wilders’ ‘Minder, minder, minder’-tweet: ‘ Schijtziek word ik er van. Nog 1 keer. Ben de zoon van een hardwerkende arbeider die de honger is ontvlucht. Ben geboren en getogen in Amersfoort, Nederlander en Marokkaan. Moslim en Amazigh. En ik blijf hier. Voor altijd.’

Aan de telefoon legt hij uit wat hij precies bedoelt. ‘Het is bekrompen als mensen mij vertellen dat ik een ‘Nederlander’ moet zijn. Ik ben Nederlander en Marokkaan. Marokkaanse Nederlanders zijn nu onderdeel van de Nederlandse geschiedenis. Mijn vader is hier in de jaren zeventig van de vorige eeuw naartoe geëmigreerd. Hij heeft Nederland mede helpen op te bouwen. Hij werkte in de metaalindustrie, in drie ploegendiensten. Keihard werken. Dertig jaar lang. Ik vind dat mensen eens moeten ophouden met zeuren.’

Het probleem is een gebrek aan acceptatie, legt El Messaoudi uit. ‘Kinderen hebben dit al op jonge leeftijd in de gaten. Laatst vertelde mijn zoontje mij dat hij een Nederlands vlaggetje op zijn fiets wilde. Toen ik hem vroeg waarom, legde hij uit dat de mensen dan wisten waar hij vandaan kwam en hem niet iedere keer hoefde te vragen waar hij vandaan komt. Uit Nederland. We wonen in een witte wijk. Mijn zoontje is acht, maar krijgt nu en dan mee dat hij er niet helemaal bij te horen. In Marokko is hij nog nooit geweest. Hij is Nederland geboren en getogen. Maar mensen zien dit toch anders.’

‘Marokkaanse Nederlanders zijn nu onderdeel van de Nederlandse geschiedenis’

Zelf heeft El Messaoudi ook veel te maken gehad met zogeheten microagressie. ‘Lang geleden, heel lang geleden, had ik nog haar. Zo’n mooie bos krullen, net als Ali B. Mensen vroegen mij op feestjes – ik had relatief veel witte vrienden – waar ik vandaan kwam. Ik antwoordde dan dat ik uit Amersfoort kwam, maar dan vroegen ze mij waar ik echt vandaan kwam. Ze bedoelden het niet slecht misschien, maar vervelend was het wel.’

Vanwege alle ‘shit’ heeft El Messaoudi ervoor gekozen om strijdbaar te zijn, de strijd aan te binden met racisme, discriminatie en moslimhaat. ‘Mijn collega’s in de raad van D66 en de VVD vragen mij wel eens of ik niet moe word van al dat gedoe. Maar als ik geen weerwoord geef, wie doet het dan wel?’

Het is ontzettend belangrijk om 4 en 5 mei te blijven herdenken en te vieren, vindt hij. ‘Iedereen, ook Nederlandse Marokkanen, hebben de vrijheid te danken aan de helden van de Tweede Wereldoorlog.’ Het is volgens hem van bijzonder belang om te blijven praten over dit duistere verleden, waarbij onder meer miljoenen Joden zijn vermoord. ‘Door te blijven herdenken en de vrijheid te vieren blijven wij er ons van bewust wat we in vrijheid leven en dit te danken hebben aan helden. Nederland is ook mijn land, dus huil en lach ik mee.’

‘Bloed, zweet en tranen’

Ook ondernemer Abdelbasset (Bas, voor ‘autochtone Nederlanders’) Zaghdoud vindt de eeuwig terugkerende discussie over ‘Marokkanen’ erg vermoeiend, vertelt hij. ‘Op dit moment spelen er veel belangrijkere zaken in Nederland.’

Foto: Abdelbasset Zaghdoud

‘In elke sector drijven Marokkanen naar boven. Er is echt heel veel talent. Je ziet ze het overal goed doen. Veel Marokkaanse Nederlanders werken keihard, ‘Met bloed, zweet en tranen’, zoals André Hazes zong. Maar we worden constant aangesproken op de zogenoemde kutmarokkanen. Daar moet de Nederlandse samenleving eens overheen stappen. Die negatieve beelden, bij een deel van de Nederlandse bevolking, krijg je helaas niet weg. Je kunt er moedeloos van worden.’

De les van de Tweede Wereldoorlog is volgens Zaghdoud dat wat de Joden is overkomen in principe iedereen kan overkomen. ‘Er zijn ook andere genocides en etnische zuiveringen geweest. Denk aan de Palestijnen die nu worden onderdrukt. De Armeense Genocide. Of wat de Indianen in Amerika is overkomen. En de trans-Atlantische slavenhandel en wat de Belgische koning Leopold II in de Congo allemaal heeft uitgehaald. Het is heel goed dat we op 4 mei aandacht besteden aan de Holocaust, maar we moeten die andere misdaden niet vergeten. Racisme, geweld, genocide, discriminatie, het is niet uniek. ‘Red éen mensenleven en je redt daarmee de gehele mensheid’, zei de profeet Mohammed. Dat was ook de boodschap die Arnon Grunberg in zijn speech aan ons wilde meegeven.’

‘In elke sector drijven Marokkanen naar boven. Er is echt heel veel talent’

Geert Wilders herdenkt de Tweede Wereldoorlog selectief, vindt Zaghdoud. ‘Hij is tegen antisemitisme – terecht – maar is tegelijkertijd racistisch. En dat is eigenlijk best wel raar. Ik snap dat koketteren met de Holocaust wel, gezien het schuldgevoel over de deportatie van veel Joden uit Nederland. Maar ik vind het hypocriet door hen nu te gedenken en eren, maar een paar tellen later een andere bevolkingsgroep weg te zetten. En dan verklaren dat je niet racistisch bent.’

Net als Chalgoum en El Messaoudi heeft Zaghdoud het regelmatig met PVV-twitteraars aan de stok gehad. ‘Maar in tegenstelling tot El Messaoudi heb ik de strijdbijl maar begraven. Het gescheld, de bedreigingen, het werd mij echt een beetje te veel. Mensen schreven mij – anoniem natuurlijk – dat ze mij zouden opzoeken en neerknallen. Dankzij die bruinhemden heb ik Twitter vaarwel gezegd. Het slokte te veel van mijn energie op, het leverde mij niets op, behalve haat. En die haat, dat is in de wereldgeschiedenis helaas een constante. We hebben te weinig geleerd van ons verleden.’

‘Ik moet – nu ik Joost Erdmans met Arnon Grunberg en Abdelkader Benali samen bij Op1 aan tafel zie – denken aan Jeroen Krabbé. Hij is oer-Hollands en Joods, maar blijkt ook van Marokkaanse origine te zijn. Het kan écht, alle identiteiten samen verenigen. Ik ben van Marokkaanse origine, maar al 45 jaar een echte Hollander. Er is geen Eerdmans, geen Wilders en zeker geen Thierry Baudet die dat van mij kan afpakken.’

‘Maar het zijn wel ónze kutmarokkanen’

Schrijver Jamal Ouariachi is naar eigen zeggen ‘een halve Marokkaan maar ook een halve Nederlander’. De Nederlandse tak van zijn familie heeft zijn eigen geschiedenis van oorlogsleed, vertelt hij. Zijn grootvader van moederszijde werd tijdens de oorlog in een wapenfabriek in Berlijn tewerkgesteld. Maar ook als je zo’n familiegeschiedenis niet hebt kun je je met de oorlog verbonden voelen, door verhalen over de oorlog te lezen, zoals het dagboek van Anne Frank, en films en documentaires te bekijken.

Jamal Ouariachi (Foto: Maartje Geels)

‘Je kunt beseffen dat het land waarin wij leven, is zoals het is dóór die oorlog en dóór de lessen die we daaruit hebben getrokken. Maar dan moet je wél het gevoel hebben dat je een volwaardig burger van dat land bent. En dat is lang niet voor iedereen het geval.’

Grunbergs uitspraak ‘Als ze het over Marokkanen hebben, dan hebben ze het over mij’ is geen handreiking aan Marokkaanse Nederlanders, zegt Ouariachi. ‘Hij heeft het over de groep waar hij zelf toe behoort, over Joden — en terecht. Voor de zoveelste maal in de geschiedenis loopt die bevolkingsgroep gevaar, mede door een klimaat waarin het normaal dreigt te worden om generaliserend en negatief over minderheidsgroepen te spreken. Het zondebokdenken ten aanzien van één minderheidsgroep is ook altijd bedreigend voor andere minderheidsgroepen. Dát was naar mijn idee Grunbergs analyse, geen moment was hij de maatschappelijke positie van Marokkanen nu aan het vergelijken met het lot van Joden tijdens de Tweede Wereldoorlog.’ En ook als het niet tot genocide leidt is zondebokdenken iets wat te allen tijde bestreden moet worden, vindt Oariachi.

‘Rechtse partijen zien Marokkanen niet als ‘onze’ Marokkanen’

Ouariachi heeft een aantal jaren geleden – als nadenkertje – een ‘Handleiding antisemitisme voor beginners’ geschreven voor het literaire tijdschrift Das Magazin. ‘Als basis voor die tekst heb ik voor minstens de helft het partijprogramma van de PVV gebruikt, letterlijk, en slechts de woorden ‘Marokkaan’, ‘Oost-Europeaan’ of ‘Pool’ vervangen door ‘Jood’. En dan krijg je bijvoorbeeld het voorstel om een Jodenmeldpunt in te stellen. Dat roept bij iedereen logischerwijs huivering op, maar het daadwerkelijk door Wilders voorgestelde ‘Polenmeldpunt’ kon hij ongestraft propageren.’

Populisten werpen vaak tegen dat je de problemen moet benoemen en het daarom over die specifieke bevolkingsgroep moet hebben. Maar volgens Ouariachi wordt hier een valse tegenstelling gemaakt. ‘Je kunt het prima over de oververtegenwoordiging van een heel specifieke groep in de misdaadcijfers hebben en je afvragen wat daar precies gebeurt. Maar dat vergt analyse, onderzoek, diepgang. Dat is van rechtse populisten doorgaans teveel gevraagd. Integratieproblemen zijn hardnekkig. Het kost jaren, decennia, om ze te bestrijden. Dat irriteert mij misschien wel het meest aan de retoriek van populistisch rechts: de suggestie dat zij het wel even gaan oplossen.’

In het debat van Op1 over deze kwesties memoreerde Joost Eerdmans van Leefbaar Rotterdam de beruchte uitspraak van Rob Oudkerk over ‘kutmarokkanen’. Maar volgens Ouariachi zijn we het antwoord van Job Cohen vergeten: ‘Maar het zijn wel ónze kutmarokkanen.’ Cohen komt hiermee tot de kern van het probleem. ‘Rechtse partijen zien Marokkanen niet als ‘onze’ Marokkanen. Wilders heeft eens geroepen dat criminele Marokkanen het land uit moeten. Dat is zo ongeveer de definitie van discriminatie: mensen op basis van etniciteit niet hetzelfde behandelen als anderen.’

‘Tot slot: mijn Marokkaanse vader kwam in 1966 naar Nederland. Geert Wilders zat toen nog zijn luier vol te kakken. Dat is een beeld waar ik graag aan denk als ik me weer eens té kwaad dreig te maken over het Nederlandse integratiedebat.’

Nu u hier toch bent...

Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.

Vertel mij meer!
- Advertentie -