21.5 C
Amsterdam

Waarom we in Europa zo weinig oog hebben voor de burgeroorlog in Jemen

Ewout Klei
Ewout Klei
Journalist gespecialiseerd in politiek en geschiedenis.

Lees meer

De burgeroorlog in Jemen geldt als een ‘vergeten’ conflict, dat veel minder aandacht krijgt dan wat er bijvoorbeeld in Syrië gebeurt. Schrijver Dirk Wanrooij wil daar verandering in brengen. Hij is geboren in Jemen en is getrouwd met een Jemenitische vrouw. Hij schreef een boek over zijn persoonlijke geschiedenis met het land: Het huis in de wolken.

Wanrooij groeide, nadat hij met zijn ouders uit Jemen was vertrokken, op in Twente en Pakistan. Hij studeerde geschiedenis en Arabisch aan de Universiteit van Amsterdam. Van 2009 tot 2016 woonde en werkte Wanrooij in Caïro, onder andere als journalist.

Hij ontmoette daar ook zijn Schots-Jemenitische vrouw en volgde met haar de verschrikkelijke Jemenitische oorlog, die in 2015 uitbrak tussen de sjiitische Houthi-rebellen en de regering, die gesteund wordt door Saoedi-Arabië. De oorlog is nu al acht jaar aan de gang en heeft honderdduizenden dodelijke slachtoffers geëist.

Je bent in 1983 in Jemen geboren. Hoe kwamen je ouders daar terecht?

‘Mijn ouders kenden Jemen van een grote reis door het Midden-Oosten, die ze eind jaren zeventig hadden gemaakt. Ze begonnen hun reis in 1976 en reisden helemaal door naar Jemen, waar ze in 1978 een tijd verbleven. Ze waren verliefd op dat land maar konden er niet langer blijven, omdat ze geen werkvergunning konden krijgen. Enkele jaren later konden ze opnieuw naar Jemen. Daar werd ik geboren, als derde kind van het gezin.’

Hoe beleven je ouders de Jemenitische Burgeroorlog?

‘Ze wonen nu in Nederland, maar voelen een enorme verslagenheid. Dat voelen ze ook bij de Syrische Burgeroorlog, want mijn ouders ontmoetten elkaar in 1974 in Syrië. Dat beide landen, waar ze een sterke band mee hebben, nu uit elkaar worden gerukt door burgeroorlogen, dat raakt hen. Daar worden ze verdrietig van.’

Je vrouw Sara Ishaq komt uit Jemen. Hoe zijn jullie elkaar tegengekomen?

‘We ontmoetten elkaar in 2012 in mijn stamcafé in Caïro. Het was op het hoogtepunt van de Arabische Lente, toen Caïro nog revolutionair was en het leger nog niet wederom de macht had gegrepen. Egypte was een voorbeeld voor Arabieren uit andere landen, en veel revolutionaire jongeren gingen naar Caïro om geïnspireerd te raken. Mijn toekomstige vrouw was betrokken bij de Jemenitische revolutie, die niet hard werd neergeslagen door het regime. Op een avond kwamen we elkaar tegen. Ik vond haar meteen leuk. Toen ik hoorde dat ze uit Jemen kwam vertelde ik haar dat ik er geboren was en liet mijn paspoort zien, waarin dat ook keurig staat. De rest is geschiedenis.’

Hoe beleeft zij de Jemenitische Burgeroorlog?

‘Veel dramatischer dan mijn ouders. Ze voelt geen weemoed, maar intense pijn. Haar familie is in gevaar. Het gaat om een dagelijkse realiteit van pijn. In 2012, toen we elkaar ontmoetten, rommelde het al in Jemen. Maar drie jaar geleden brak de oorlog uit. Mijn boek biedt een verslag van hoe wij daarmee omgaan. We probeerden ons leven, maar ook van haar familieleden die geen Brits paspoort hadden en dus niet gemakkelijk Jemen konden verlaten, draaglijker te maken.’

Want zijn ze nu ook in veiligheid?

‘Uiteindelijk is haar familie naar Nederland gekomen, zoals ik ook in mijn boek beschrijf, en wonen ze in Amsterdam. Mensen uit Jemen krijgen in Nederland nu vrijwel automatisch een verblijfsvergunning.’

Voor buitenstaanders is de Jemenitische oorlog heel ingewikkeld. Hoe is de oorlog ontstaan? En wie strijdt tegen wie?

‘Jemen is nu formeel één land, maar vroeger had je Noord- en Zuid-Jemen. Zij zijn in 1990, na de Koude Oorlog, tot één land verenigd. In Noord-Jemen bestond meer dan duizend jaar het zogenoemde imamaat: een sjiitische theocratie geleid door een imam. Hier kwam in 1962 een einde aan, toen het leger de macht greep. De etnische groep waaruit de imams werden verkozen wordt sindsdien gemarginaliseerd. De Houthi’s in het noorden van Jemen, die nu vechten tegen de Jemenitische regering en de Saoediërs, kun je zien als de erfgenamen van het imamaat.’

En Zuid-Jemen?

‘Dat is een ander verhaal. Dat was tot 1967 een Britse kolonie, en daarna een communistische republiek. In het soennitische zuiden is er ressentiment tegen het noorden. In de jaren negentig woedde er een korte burgeroorlog geweest omdat het zuiden zich opnieuw probeerde af te scheiden. Na die verloren burgeroorlog is het noorden zich als overwinnaar gaan gedragen.’

‘Saoedi-Arabië ziet zichzelf als de grootmacht in de regio’

En hoe zit het met de Saoediërs? Wat is hun rol?

‘Saoedi-Arabië heeft een stevige vinger in de pap. Sinds de militaire staatsgreep van 1962 in Noord-Jemen proberen de Saoediërs hun zuiderbuur te destabiliseren. Saoedi-Arabië ziet zichzelf als de grootmacht in de regio. Jemen moet op eigen benen staan, maar mag niet te onafhankelijk worden en een eigen buitenlandpolitiek voeren, vindt Saoedi-Arabië. Het koninkrijk gedraagt zich als de grote broer van Jemen, die graag de baas wil spelen.’

Hoe zit het met westerse wapenleveranties aan Saoedi-Arabië?

‘De Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk hebben allemaal lucratieve wapendeals met Saoedi-Arabië gesloten. De grootste en meest winstgevende wapendeals van de VS zijn die met Saoedi-Arabië. Beide landen werken al jaren nauw met elkaar samen. In 1945, vlak voor het einde van de Tweede Wereldoorlog, maakte president Roosevelt een deal met de Saoedische koning: in ruil voor een constante toevoer van olie zouden de Amerikanen de Saoedische veiligheid garanderen. Saoedi-Arabië en ook de Jemenitische regering beroepen zich nu ook op de ‘war on terror’-retoriek om wapens van het Westen te krijgen.’

Als het over terroristen gaat bedoelt Saoedi-Arabië natuurlijk in de eerste plaats de sjiitische Houthi’s. Maar hoe zit het met Al Qaida en IS? Zij zijn toch ook actief in Jemen?

‘IS stelt nu weinig meer voor. Sinds de val van het zogenaamde kalifaat heeft de groep nog maar weinig aantrekkingskracht op jihadisten. Al Qaida heeft in Jemen sterkere papieren. De organisatie is al sinds de jaren negentig actief in het land. De Jemenitische president nodigde de Mujahideen uit, de Arabische krijgers die in de jaren tachtig tegen het Rode Leger in Afghanistan vochten. Hij hoopte dat hij deze geharde militairen nog een keer ergens voor kon gebruiken. Een groep veteranen van de Afghanistan-oorlog, onder leiding van Osama Bin Laden, beraamde echter plannen voor terreuraanslagen op Amerikaanse doelen: de ambassades in Kenia en Tanzania in 1998, en de aanslag op het vliegdekschip de USS Cole in 2000. De Jemenitische regering wist hier niets van, maar tolereerde Al Qaida wel.’

En wat doet Al Qaida?

‘Dat is niet altijd even duidelijk. Soms heeft Al Qaida een stadje bezet in Jemen, tot ze er weer uit worden verdreven. De Verenigde Arabische Emiraten, die ook onderdeel waren van de door Saoedi-Arabië geleide coalitie, streden specifiek tegen Al Qaida. Maar strijders van Al Qaida die zich hadden overgegeven aan troepen van de VAE gingen daarna als milities bij de VAE in dienst. Kortom, het is erg ingewikkeld.’

De oorlog in Jemen duurt acht jaar. Waarom zo lang?

‘Dat komt omdat de Saoediërs niet bereid zijn om hun verlies toe te geven. Saoedi-Arabië kondigde in 2015 met veel bombarie aan korte metten te zullen maken met Houthi-rebellen. Maar na acht jaar zijn de Houthi’s nog steeds niet verslagen. Ze bedreigen zelfs de Saoedische olieproductie. De Saoediërs hebben de oorlog feitelijk verloren. Maar het is pijnlijk om dit te accepteren, want dit betekent gezichtsverlies. Je zou Jemen het Vietnam van Saoedi-Arabië kunnen noemen.’

Hoeveel doden zijn er inmiddels gevallen?

‘Dat is heel moeilijk in te schatten, want er zijn veel strijdende partijen en er is geen instantie die het bijhoudt. Een kennis van mij, die werkt voor een Jemenitische organisatie in Libanon, zegt dat de beste manier om het aantal doden te tellen het tellen van graven is. Hij spreekt van honderdduizenden slachtoffers.

Daarnaast is er nog een complicerende factor: wanneer geldt een dode als een oorlogsslachtoffer? Ben je een oorlogsslachtoffer als je overlijdt als gevolg van een cholera-uitbraak? Je bent dan weliswaar geen slachtoffer van bommen of kogels, maar die cholera-epidemie kon uitbreken dankzij de oorlog. En in Jemen vallen nu ook veel verkeersdoden, omdat bruggen in elkaar storten omdat ze niet worden onderhouden. Deze doden kun je ook zien als oorlogsdoden. En natuurlijk de vele kinderen die overlijden door ondervoeding of omdat ze geen medicijnen krijgen. De oorlog in Jemen maakt gruwelijk veel slachtoffers.’

Waarom krijgt de oorlog in Jemen nauwelijks aandacht, in tegenstelling tot de Syrische Burgeroorlog?

‘Er vluchten nauwelijks mensen vanuit Jemen naar Europa. Dat is het grote verschil met Syrië. Voor Jemenieten is het heel moeilijk om hun door oorlog verscheurde land te ontvluchten. Je kunt wel naar Saoedi-Arabië maar dat is niet fijn, want de Saoediërs zijn Jemen binnengevallen. Naar Oman vluchten is moeilijk, vanwege de woestijn. En als je de zee overgaat kom je in Eritrea terecht of in Somalië, landen die veel mensen juist proberen te ontvluchten.

‘Wanneer geldt een dode als een oorlogsslachtoffer?’

Daarnaast moeten we niet vergeten dat Saoedi-Arabië, ondanks alle grove mensenrechtenschendingen, een vriend is van het Westen. Ze werken militair samen, economisch en ook steeds meer in de sport. Veel journalisten, ook in het Westen, volgen de macht. Zij praten dus liever niet over wat Saoedi-Arabië doet in Jemen.’

Uiteindelijk komt er toch een einde aan deze oorlog? Saoedi-Arabië kan deze oorlog niet winnen, zei je eerder.

‘Inderdaad geloof ik dat deze oorlog niet eeuwig zal voortslepen. Ik geloof bovendien dat China nu iets goeds doet door Saoedi-Arabië en Iran – dat de sjiitische Houthi-rebellen steunt – te proberen te verzoenen. Ik hoop dat China druk legt op Saoedi-Arabië om de oorlog te beëindigen. De Houthi’s zullen sowieso als morele winnaar uit dit conflict komen. Zij hebben meer dan acht jaar weerstand kunnen bieden tegen een overmacht, en zijn niet verslagen.’

En dan? Krijgen we dan een sjiitische theocratie in Jemen, een sjiitische Taliban?

‘De Houthi’s bedienden zich aanvankelijk van progressieve Arabische Lente-retoriek, maar ze zijn natuurlijk geen democraten, laat staan feministen. Ze hebben cafés gesloten waar mannen en vrouwen elkaar kunnen ontmoeten. Daarom zijn veel jongeren op de Houthi’s afgeknapt. Tegelijkertijd zijn de Houthi’s niet te vergelijken met de Taliban. Een deel van de Houthi’s bestaat uit woeste strijders uit de bergen, maar een deel is ook afkomstig van de stedelijke intelligentsia. Ze zijn niet zo aartsconservatief als de Taliban. De Houthi’s zijn een diverse groep. Het is nog niet helemaal duidelijk welke kant ze op willen gaan. Maar ze willen het wel heel anders gaan doen dan de zittende, door Saoedi-Arabië gesteunde machthebbers.’

Nu u hier toch bent...

Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.

Vertel mij meer!
- Advertentie -