15.1 C
Amsterdam

Voor Marokko dreigt een Arabische winter

Gert Jan Geling
Gert Jan Geling
Publicist. Kernlid van de denktank Liberales. Onderzoeker aan het Leids Universitair Centrum voor de Studie van Islam en Samenleving dat verbonden is aan de Universiteit Leiden.

Lees meer

Het jaar 2025 is het jaar dat generatie Z de straat op ging. Eerder dit jaar waren er grote protesten van jongeren tegen overheidsbezuinigingen in Indonesië, tegen het socialemediaverbod in Nepal, protesten tegen corruptie in de Filipijnen en Kenia, en tegen de regering in Madagaskar en Peru. De meest recente protesten vinden as we speak plaats in Marokko, waar jongeren massaal de straat op gaan voor betere zorg en onderwijs.

Mijn Marokkaanse vrienden delen momenteel weinig anders dan beelden van deze protesten op hun sociale media: beelden van demonstranten die de straat opgaan, steunbetuigingen voor deze protesten, de eisen van beter bestuur, beter onderwijs en betere zorg, en beelden van politiegeweld tegen demonstranten. Veel jonge mensen in Marokko zijn klaar met de uitzichtloosheid, de corruptie in het land en het slechte beleid dat er gevoerd wordt.

Marokko is een prachtig vakantieland, en een gewone toerist zal er weinig van merken, maar in veel opzichten verkeert het nog steeds in slechte staat. De economische groei van de laatste jaren, waar met name de grote steden van profiteren, maskeert naar buiten toe de harde realiteit: de enorme ongelijkheid tussen de welvaart in de grote steden en de armoede in grote delen van het platteland, de hoge jeugdwerkloosheid, de migratie van zowel werkloze jongeren als hoogopgeleide afgestudeerden, de slechte staat van het onderwijs en de gezondheidszorg, en het falen van de overheid om jongeren in Marokko hoop te bieden op een betere toekomst.

De Marokkaanse overheid zal inspelen op de angst voor instabiliteit die de Arabische wereld heeft getroffen na de Arabische Lente

Dit zijn de voedingsbodems van de huidige protestgolf die door Marokko raast. De trigger was de bouw van voetbalstadions voor de Afrika Cup deze winter en het WK voetbal van 2030. Deze voetbaltempels, die al gebouwd waren of nog moesten komen, en waarvoor soms hele dorpen of woonwijken moesten wijken, zijn voor veel Marokkaanse jongeren symbolen van ongelijkheid. Want waarom zijn er wel miljarden om een WK te organiseren, maar geen geld voor het aanpakken van de vele problemen van het land?

De eisen die de demonstranten hebben, zijn niet bepaald onredelijk: beter onderwijs en betere gezondheidszorg, betaalbare huizen, goed openbaar vervoer, lagere voedselprijzen, hogere salarissen en meer werkgelegenheid. En ook, zeer interessant, Engels als tweede taal van het land in plaats van Frans, waarmee Marokko, net als veel andere Afrikaanse landen, zich uit de francofone sfeer zou verwijderen. Niet bepaald eisen waar een regering heel veel problemen mee zou kunnen hebben, zou je denken.

Maar Marokko is geen democratie. De macht ligt uiteindelijk bij de koning. Het land heeft een parlement en vrije verkiezingen, maar op vrijwel alle terreinen heeft de koning ofwel de volledige macht, ofwel het laatste woord. Bovendien wordt hij omringd door een Marokkaanse elite die er geen belang bij heeft haar eigen welvaart te delen met het volk. De vergelijking met hoe het afliep met eerdere protesten in Marokko dringt zich dan ook op. In 2011 gingen, in de context van de Arabische Lente, Marokkanen ook massaal de straat op. De koning van Marokko beloofde toen, in reactie op deze protesten, meer democratie en een nieuwe grondwet. De protesten hielden toen op, in de hoop op betere tijden, maar van de gedane beloftes kwam uiteindelijk vrij weinig terecht.

In 2016 en 2017 ging de bevolking van de noordelijke Rif-regio massaal de straat op om te protesteren tegen corruptie en politiegeweld, en voor beter onderwijs en gezondheidszorg. Ook dit waren allesbehalve onredelijke eisen. Maar in plaats van dat de Marokkaanse regering ze inwilligde, werden de protesten met grof geweld neergeslagen. De leiders van de protesten verdwenen voor decennia achter de tralies, en veel Riffijnen durfden uit angst niet meer de straat op te gaan om op te komen voor hun rechten.

Een soortgelijk scenario lijkt ook nu in de maak. De eerste doden zijn inmiddels al gevallen in confrontaties met de politie. De regering zegt open te staan voor dialoog met de demonstranten. Ongetwijfeld zal het paleis ervoor kiezen om de regering te hervormen, en er zal beloofd worden om aan de eisen van demonstranten tegemoet te komen. De protesten die daarna nog voortduren, zullen hard neergeslagen worden, en de leiders die niet meewerken, zullen achter de tralies verdwijnen. De Marokkaanse overheid zal inspelen op de angst voor instabiliteit die de Arabische wereld heeft getroffen na de Arabische Lente, en daarmee brede steun voor voortzetting van de protesten ondermijnen. De positie van de koning zelf zal überhaupt niet ter discussie komen te staan.

Het gevolg: amper verandering en het voortduren van de uitzichtloosheid. Marokkaanse jongeren die proberen de zaken in eigen land te veranderen, zullen dit opgeven en in plaats daarvan proberen te migreren naar oorden waar hen een betere toekomst wacht: voor hogeropgeleide talenten via bedrijven in Europa en de Golfstaten, en voor werkloze jongeren via de boten over de Middellandse Zee. Het is absoluut te hopen voor de toekomst van Marokko en haar inwoners dat deze protesten tot positieve verandering zullen leiden, maar de recente geschiedenis van het land stemt echter weinig hoopvol. Ook voor Marokko dreigt eerder een Arabische winter dan een Arabische lente.

Nu u hier toch bent...

Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.

Vertel mij meer!
- Advertentie -