De gemeenten Utrecht en Den Haag hebben vorige week ingestemd met een extra budget voor de opvang van daklozen. ‘Als rijksfinanciering nog onzeker is, kun je als gemeente meer regie nemen’, luidt het argument in de Utrechtse gemeenteraad.
Utrecht stelt een extra bedrag van 2 miljoen euro beschikbaar; Den Haag voegt 2,5 miljoen euro toe aan het potje. Beide gemeenten pakken dakloosheid relatief voortvarend aan en vonden de beschikbare middelen onvoldoende.
‘De vraag naar opvang wisselt per dag, en het is wenselijk om snel en flexibel te kunnen handelen bij grote druk op de opvang, ongeacht om welke groep het gaat’, schrijft Ilse Raaijmakers, raadslid namens de PvdA in Utrecht, die het voorstel indiende.
‘De huidige instabiliteit in het landelijke asiel- en opvangstelsel leidt ertoe dat gemeenten vaak op korte termijn moeten inspringen om voldoende en humane opvang te garanderen’, staat in het voorstel, dat met een meerderheid werd aangenomen.
Ook de gemeente Den Haag nam een soortgelijk besluit. Het voorstel kwam van fractievoorzitter Judith Klokkenburg van de ChristenUnie-SGP en kreeg donderdag steun van een meerderheid van de raad.
De 2,5 miljoen euro wordt toegevoegd aan de Reserve Maatschappelijke Opvang, ten behoeve van de uitvoering van het beleidskader Den Haag geeft Thuis. Dat is een gemeentelijk plan met de ambitie om in 2030 een einde te maken aan dakloosheid, zo meldt het Rijswijks Dagblad.
Dakloosheid kent een landelijke, regionale en gemeentelijke aanpak, maar het ambitieniveau verschilt sterk per gemeente. De middelen zijn vaak ontoereikend, en niet iedere gemeente stelt extra budget beschikbaar. In Rotterdam werd het budget de afgelopen jaren zelfs afgeschaald.


