9.7 C
Amsterdam

Van Pluribus tot Nederland: hoe beschermen we onze democratie?

Mehmet Cerit
Mehmet Cerit
Hoofdredacteur.

Lees meer

Stel je een wereld voor waarin alle 8 miljard mensen met elkaar verbonden zijn. Waar alle mensen hetzelfde denken en voelen, waar twijfel verdwijnt en emoties worden gladgestreken, omdat hun geest is opgenomen in één gedeeld bewustzijn.

Dat is het uitgangspunt van de nieuwe Apple-serie Pluribus: een buitenaards signaal verandert in een virus dat de mensheid samenvoegt tot één collectieve mind. Een wereld zonder conflict of meningsverschil, maar ook zonder individuen. Een wereld van kunstmatig geluk waarin één vraag blijft hangen: als iedereen dezelfde gedachten heeft, wie bepaalt dan welke gedachten dat zijn?

Die fictie lijkt ver weg, maar onze realiteit beweegt subtiel in die richting. Grote techbedrijven, zoals X, Meta, TikTok, Google, Microsoft en Amazon, sturen onze informatievoorziening en beïnvloeden emoties. Niet via dwang, maar via algoritmes die bepalen welke verhalen we zien of juist missen.

Kijk naar X: één miljardair in de Verenigde Staten kan het publieke debat wereldwijd sturen, accounts zichtbaar of onzichtbaar maken en politieke boodschappen versterken. Elon Musk zei zelfs dat hij de extreemrechtse Duitse AfD via zijn platform wil helpen. In Turkije blokkeerde X kritische accounts, waaronder dat van mij, na overleg met het regime. Als één persoon al zo veel digitale macht heeft, wat betekenen al deze bedrijven dan voor de democratische balans in Europa?

Daar komt bij dat techbedrijven nauw verbonden zijn met geopolitiek. Achter Amerikaanse platforms staat de VS; achter TikTok en datastromen van elektrische auto’s staat China. Wie onze data beheert heeft macht. Wie onze feeds beheert bepaalt ons wereldbeeld. En wie algoritmes schrijft beïnvloedt onze emoties.

Wie die macht bezit, bepaalt hoeveel zeggenschap burgers nog hebben

Waar vroeger de trias politica de basis was en later de media de vierde macht vormden, is nu een vijfde macht dominant: technologiebedrijven die bepalen wat we zien, denken en voelen. Zelfs traditionele media vallen onder deze invloed. Denk aan de Washington Post, gekocht door Amazon CEO Jeff Bezos, waar journalisten klaagden over druk. En hoe zeker zijn wij dat Nederlandse media — deels in buitenlandse handen — niet op een dag worden overgenomen door een miljardair? Als zelfs de pers, ooit de waakhond van de democratie, vatbaar is voor digitale macht, hoe vrij zijn burgers dan nog?

De vraag is daarom urgent: hoe beschermen we als Nederland en Europa onze gegevens, onze democratie en onze mentale onafhankelijkheid? Pluribus draait om uniforme veiligheid, maar onze werkelijkheid gaat over afhankelijkheid van buitenlandse techbedrijven die onze autonomie ondermijnen.

Vanuit dat perspectief zijn zorgen over Nederlandse data geen detail. Zo kan een mogelijk overgenomen IT-bedrijf toegang krijgen tot miljoenen gegevens, inclusief DigiD-data. Dat veroorzaakt terecht onrust, zeker nu de Verenigde Staten sinds de Trump-jaren minder en vanzelfsprekende bondgenoot zijn. ‘Doen wij iets wat Trump niet bevalt? Dan zet hij de Nederlandse overheid uit’, zei GroenLinks-PvdA-Kamerlid Barbara Kathmann.

Het besluit om de Chinese topman van chipbedrijf Nexperia het land uit te zetten werd door sommigen overdreven genoemd, maar is in dit licht – ‘wie heeft onze data?’ – logisch en noodzakelijk.

We zagen zelf hoe verkeerd datagebruik kan uitpakken. De Toeslagenaffaire toonde hoe ouders met een migratieachtergrond of laag inkomen door ambtenaren én algoritmes als fraudeur werden bestempeld. De schade werkt nog steeds door. En de problemen reiken verder: mensen met een islamitische naam ervaren soms dat betalingen worden tegengehouden of rekeningen worden geblokkeerd, omdat een AI-systeem hen als risico aanmerkt. In de Kanttekening schreven we hier vaker over.

Nu AI steeds vaker optreedt als alwetende autoriteit voelt dit als een waarschuwing. Volledige gelijkschakeling is in landen als China en Rusland nooit een pad naar vrijheid geweest. Uniformiteit lijkt veilig, maar is makkelijk te misbruiken.

De kern blijft: data zijn de nieuwe wereldmacht. En wie die macht bezit, bepaalt hoeveel zeggenschap burgers nog hebben. Daarom moeten we ons afvragen of het verstandig was strategische voorzieningen te privatiseren of te verkopen aan buitenlandse partijen: onze digitale infrastructuur, energievoorziening, havens, telecomnetwerken, datacenters, cloud, chips en kritieke technologie.

Zijn dit niet precies de voorzieningen die een land soeverein maken? En als zulke systemen in buitenlandse handen vallen, soms zelfs in die van individuele miljardairs — hoe beschermen we ons dan nog tegen politieke druk, economische chantage of digitale manipulatie?

Europa moet die vraag nú stellen, voordat een Pluribus-achtige wereld werkelijkheid wordt en we onze eigen wil verliezen.

Nu u hier toch bent...

Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.

Vertel mij meer!
- Advertentie -