9.9 C
Amsterdam
Home Blog Pagina 141

Waar de Dodenherdenking voor bedoeld is

Het staat me nog bij als de dag van gisteren. De Dodenherdenking op De Dam. Ik was uitgenodigd om mijn aandeel te leveren aan de plechtige bijeenkomst in de Nieuwe Kerk, voorafgaand aan de officiële kranslegging buiten. De instructies werden met ‘militaire precisie’ gegeven. Mij werd de tekst voorgehouden van de toespraak van de krijgsmacht-aalmoezenier die de preekstoel vóór mij moest betreden. ‘Rabbijn, wanneer de aalmoezenier aan deze voorlaatste alinea begint loopt u alvast tot de zevende trede van de preekstoel, zodat u onmiddellijk met het uitspreken van psalm 23 kunt beginnen zo gauw de aalmoezenier aan zijn afdaling begint.’

Gedurende de hele dienst dacht ik helemaal niet aan herdenken. Ik luisterde met gespannen oren of de geestelijke vóór mij al bij zijn alinea was aangekomen. Daarna, precies volgens het aangegeven ritme, betrad ik de zeven eerste treden van de kansel.

Nee, herdenken was er niet bij. Ik werd verwacht met andere dingen bezig te zijn. Met heel veel respect voor de organisatie, zeker overtuigd van de noodzaak van een Nationale Dodenherdenking op De Dam, nam ik mij die avond één ding voor. Zelf zal ik deze unieke jaarlijkse momenten in het vervolg toch liever op een andere plek doorbrengen.

Zoals mijn ouders, staande voor het raam, uitkijkend op het niets, twee minuten in stilzwijgen? Mijn gedachten geordend en gericht op hen voor wie de herdenking werkelijk is bedoeld?

Voor mijn twee broertjes? Zelf heb ik hen nooit gekend. De weg naar Auschwitz was al voor hen uitgestippeld.

Misschien ga ik naar dat kleine monumentje aan de kant van het bospad

Of voor een opa en een oma ergens in een klein dorpje in de Gelderse Achterhoek? Door de politieman werden zij van huis gehaald om daarna aan die lange treinreis te beginnen, die uiteindelijk eindigde in alweer een klein dorpje. Maar dan een dorpje aan de oostgrens van het verre Polen. Een klein dorpje met pal daarnaast een heel groot kamp, waar de schoorstenen dag en nacht zwarte rook uitbraakten.

Of misschien ga ik naar dat kleine monumentje aan de kant van het bospad, waar die drie helden uit het verzet door de bezetter werden doodgeschoten? Of naar nog een van die talloze andere herdenkingsplekken die ons land rijk is? In ieder geval naar een plek waar het er niet toe doet op welk moment je welke voet op de eerste trede van het spreekgestoelte zet. Omdat het herdenken van de doden daar zo strikt volgens de regels moet gaan.

Herdenken met militaire precisie, waar voor de eerste keer ook gefouilleerd moet gaan worden. En waar wij ons, door de omstandigheden gedwongen, voor moeten opgeven.

De Nationale Dodenherdenking op De Dam in Amsterdam moet blijven. En met veel respect kijk ik op naar die gezagsdragers en autoriteiten die de bijna onmogelijke taak op hun schouders hebben genomen om dit grootse landelijke gebeuren ondanks alles toch zo ongeschonden mogelijk door te kunnen laten gaan.

Maar, ik kan het niet helpen. Meer nog dan toen ik die preekstoel moest betreden, vraag ik mij nu af in hoeverre dit gebeuren met al die noodzakelijke beperkende maatregelen nog echt verbonden is met het herdenken van de gevallenen. Met die jonge gesneuvelde militairen helemaal aan het begin van de oorlog op de Grebbeberg. Met de doden in de Nederlandse straten na de bombardementen door nazi-Duitsland, of later door onze bevrijders.

Kan zo’n herdenking vanaf deze zwaar bewaakte Dam nog wel het verhaal vertellen van de meer dan tweehonderd zigeuners uit ons land die net als hun Joodse lotgenoten in de gaskamers hun einde vonden? Van de honderden mannen die tijdens de razzia werden weggesleept uit hun woonplaats Putten, om omgebracht te worden in Neuengamme en andere concentratiekampen? Denken we daar, op die zo veilig mogelijk gemaakte Dam, nog wel aan die arme vader die tijdens de hongerwinter van 1944 vanuit Amsterdam op zijn fiets helemaal naar het verre Friesland was getrokken, om eten voor zijn gezin te vinden? Die arme kerel, die op de terugweg, lang voordat hij thuiskwam, uitgeput aan de kant van de weg in elkaar zakte, om daar in de bittere kou zijn einde te vinden? En kunnen onze gedachten ook nog zijn bij die jonge Marokkaanse soldaten in het Franse leger die in 1940 sneuvelden en in Zeeland begraven liggen?

Staan wij dit jaar tussen 7 en 8 uur ’s avonds, daar op die plek, nog wel stil bij die rijen opgestapelde doden in het kamp Bergen-Belsen? En bij diegenen die door de brute hand van de Japanse bezetters de kampverschrikkingen niet mochten overleven, maar wiens verhalen ook eigenlijk nauwelijks verteld konden worden in dit deel van ons koninkrijk?

De Nationale Dodenherdenking in het hart van de Nederlandse hoofdstad moet blijven. Maar laten we wel met z’n allen nadenken hoe wij blijven bij datgene waar de Dodenherdenking voor bedoeld is: het levend in herinnering houden van hen die een Bevrijdingsdag nooit mochten meemaken.

We hebben nu een jaar de tijd om in dit huidige tijdsgewricht hier zorgvuldig over na te denken.

‘Vooral rechtse kiezers zijn voor inperken demonstratierecht’

0

Uit het EenVandaag opiniepanel blijkt dat vooral rechtse kiezers willen dat het demonstratierecht ingeperkt wordt. Van de bijna 29.000 ondervraagden is de helft voor inperking en zij zijn vooral rechts, meldt EenVandaag

De rechtse kiezers lijken daarin overigens geen onderscheid te maken tussen demonstraties met een linkse of rechtse signatuur. Van de snelwegblokkades van Extinction Rebellion tot de boerendemonstraties in de provincies, het mag allemaal een onsje minder, volgens deze panelleden.

Het demissionaire kabinet onderzoekt momenteel of er grenzen gesteld kunnen worden aan de protesten, omdat demonstranten bewust de grenzen van de wet zouden opzoeken. Maar ook die wens van het kabinet is ‘juridisch ingewikkeld’, reageert hoogleraar staatsrecht Wim Voermans tegen EenVandaag.

‘Ons demonstratierecht is niet alleen vastgelegd in de Grondwet, maar ook in het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. Daarin staat bijvoorbeeld dat de overheid demonstraties moet faciliteren en dat protest binnen gezichts- en gehoorsafstand moet kunnen plaatsvinden. Als je het demonstratierecht wil inperken, moet je dus naast de Grondwet óók dat verdrag proberen aan te passen, of er helemaal uit stappen’, legt hij uit.

Voermans voegt toe dat alleen Rusland uit het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens is gestapt.

Komt er een deal tussen de VS en Saoedi-Arabië?

0

De Verenigde Staten en Saoedi-Arabië staan op het punt om een megadeal te sluiten, maar de Gaza-oorlog dreigt roet in het eten te gooien. Dit bericht de CNN.

De deal bestaat uit drie componenten, zei woordvoerder Matthew Miller van het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken gisteren volgens de nieuwszender. De eerste component bestaat uit een pakket overeenkomsten tussen de VS en het koninkrijk; een tweede component omvat de normalisatie tussen Saoedi-Arabië een Israël; de derde component een traject naar de oprichting van een levensvatbare Palestijnse staat. ‘Ze zijn allemaal met elkaar verbonden’, zei Miller.

Hoewel normalisatie tussen Saoedi-Arabië een Israël voor 7 oktober een reële optie was, is dit nu het grootste struikelblok. Minister van Buitenlandse Zaken Anthony Blinken is deze week in Riyad om met de Saoediërs te onderhandelen. Hij zei dat er pas van normalisatie sprake kan zijn als het weer rustig is in Gaza en er een geloofwaardig perspectief is op een Palestijnse staat.

De Israëlische premier Benjamin Netanyahu zit niet op een onafhankelijke Palestijnse staat te wachten. Ook wil hij de oorlog in Gaza niet stopzetten, totdat Hamas is geëlimineerd. De onbuigzame opstelling van Israël dreigt roet in het eten te gooien. Analisten denken dat Saoedi-Arabië mogelijk aanstuurt op een plan-B, een deal met de VS zonder een normalisatieovereenkomst met Israël. Dat ligt echter gevoelig in de Verenigde Staten, dat zich nog steeds vierkant achter Israël schaart.

Als er een normalisatieovereenkomst komt, zal deze naar verwachting worden gemodelleerd naar de Abraham-akkoorden, de verdragen die vier Arabische staten in 2020 met Israël sloten dankzij bemiddeling van de VS.

Dronten verandert Eskimolaan in IJsbaanlaan, straatnaam racistisch

0

De Eskimolaan in de gemeente Dronten is veranderd in de IJsbaanlaan. De straatnaam zou racistisch zijn. Zo meldt de regionale krant De Drontenaar.

Volgens De Drontenaar wilde de gemeente de reden achter de straatnaamwijziging aanvankelijk niet vrijgeven. ‘Dat gebeurde pas na een verzoek op basis van de Wet Open Overheid (WOO)’, meldt de krant.

Ook de opiniesite Joop meldt op basis van een vermoedelijk verwijderd bericht in Omroep Flevoland dat de Eskimolaan voortaan als ‘IJsbaanlaan’ door het leven gaat. Een inwoonster van de gemeente Dronten was van mening dat Eskimolaan ‘echt niet door de beugel’ kon.

‘De term eskimo is een achterhaalde, racistische term, bedoeld om de Inuit-bevolking in Canada en Groenland aan te duiden. De Inuit zelf hekelen de naam al tijden. In 2020 werd bijvoorbeeld ook de naam van het Canadese football-team Edmonton Eskimo’s gewijzigd naar The Elks (De Eelanden), na jarenlange felle kritiek vanuit de Inuit-gemeenschap’, schrijft Joop.

Niet iedereen in Dronten is het eens met de straatnaamwijziging. De Kanttekening heeft de gemeente Dronten om een reactie gevraagd.

Heeft persvrijheid een kleur?

0

Op 3 mei vieren we de Internationale Dag van de Persvrijheid. Bij uitstek het moment om stil te staan bij de gevaren en uitdagingen waar media en journalisten vandaag de dag mee te maken hebben. In grote delen van de wereld, waaronder ook democratische landen, staan de persvrijheid en de vrijheid meningsuiting onder druk.

In Turkije, onze NAVO-bondgenoot, zitten nog altijd tientallen journalisten gevangen, waaronder vrienden en collega’s van mij. Sommigen zelfs levenslang. Afgelopen maand werden er negen Koerdische journalisten gearresteerd.

Ook de prominente Turkse schrijver en journalist Ahmet Altan zat jarenlang vast. Sinds kort is hij vrij, maar een nieuwe gevangenisstraf van zes jaar hangt boven zijn hoofd.

Altan, een van de dapperste (linkse) intellectuelen van Turkije is nu opvallend stil. De stilte van Altan is beangstigend en een grote klap in het gezicht van jonge kritische Turken, die door zijn lef en scherpte werden geïnspireerd.

Niet alleen in Turkije, ook in democratische landen staat de persvrijheid op de tocht. Zo zien we in Duitsland een verontrustende vorm van persbreidel ontstaan. Denk aan het beleid van het grote mediabedrijf Axel Springer, dat journalisten expliciet vraagt ‘pro-Israëlisch’ te zijn. Het bedrijf stelde in 1967 vijf beginselen op waaraan medewerkers zich verplicht moeten houden. Een van die beginselen is de ‘verzoening tussen Joden en Duitsers en de ondersteuning van de rechten die van levensbelang zijn voor de staat Israël’.

De westerse gemeenschap beschouwt zichzelf als hoeder van vrijheid van meningsuiting

Begrijpelijk gezien de Holocaust, maar het ene onrecht wist het andere niet uit. Ik ben teleurgesteld in Duitsland. Heeft het land niet geleerd van de geschiedenis? Wat zijn die grote woorden over mensenrechten, rechtvaardigheid en gelijkwaardigheid nog waard?

Naar mijn mening proberen de meeste media in Nederland de oorlog in Gaza gebalanceerd te behandelen. Ze trachten alle geluiden, vooral het leed, naar voren te brengen. Natuurlijk zijn er altijd lezers en kijkers ontevreden. Te pro-Palestijns, of juist te pro-Israëlisch.

Er zijn journalisten opgestapt vanwege vermeend gebrek aan onafhankelijkheid. Telegraaf-journalist Fadime Demir nam ontslag omdat er geen ruimte was voor de Palestijnse kant van het verhaal. De Telegraaf volgt inderdaad een expliciete pro-Israël lijn.

Een andere trieste ontwikkeling is dat in Gaza journalisten doelbewust worden vermoord. Sinds de aanslag van Hamas op 7 oktober zijn er 103 journalisten en andere mediawerkers omgekomen door Israëlisch geweld. De westerse gemeenschap beschouwt zichzelf als hoeder van vrijheid van meningsuiting, maar blijft opvallend stil over deze misdaden. Dit roept de vraag op: hoe evenwichtig en neutraal zijn onze westerse journalistieke bolwerken eigenlijk? Het antwoord kan wel eens ongemakkelijk klinken: persvrijheid heeft mogelijk een politieke kleur.

Dit dwingt ons tot het stellen van de kernvraag: hoe zien fundamentele persvrijheid, vrijheid van meningsuiting en mensenrechten eruit in de huidige internationale en nationale context? Als we toestaan dat persvrijheid en vrijheid van meningsuiting selectief worden toegepast en mensenrechten geschonden mogen worden, openen we de deur voor autoritaire leiders en regimes, ook in Europa en de VS. Ook in ons land is de indirecte censuur al lang begonnen. Vorige week waren journalisten van onder meer de Volkskrant en de Groene niet welkom bij een conservatief congres in Boedapest waar Wilders en Viktor Orbán spraken.

We hebben sterke instituties in ons land, waaronder sterke, onafhankelijke media. Die status is geen garantie, persvrijheid vraagt elke periode opnieuw een open oor, een scherp oog en een waakzame pen.

Tong Tong Fair gaat dit jaar niet door

0

De Tong Tong Fair gaat dit jaar niet door. Dit culturele evenement voor en door de Indische gemeenschap zou op 24 mei plaatsvinden in Den Haag, maar er is te weinig geld om de fair te organiseren.

Dit jaar zou de 64e editie van de Tong Tong Fair zijn. ‘Wij begrijpen dat dit besluit voor velen een schok zal zijn’, schrijven de teleurgestelde organisatoren op de website van de Tong Tong Fair. ‘We hebben er tot het allerlaatst alles aan gedaan om dit te voorkomen.’

De Tong Tong Fair heette jarenlang de Pasar Malam Besar (Indonesisch voor ‘grote avondmarkt’), maar heette oorspronkelijk Pasar Malam Tong Tong. Een tong tong is een uitgeholde boomstam die in Indonesië werd gebruikt als seininstrument. De maat van de tong tong gaf aan welk bericht het betrof. De organisatie van de Tong Tong Fair wil met deze benaming zeggen: ‘Kom samen en geef de Indische cultuur door.’

In 1959 werd in Den Haag de eerste Tong Tong Fair georganiseerd in het Moors Paleis van de voormalige Haagse Dierentuin. Jarenlang werd het event op het Malieveld georganiseerd in grote, met elkaar verbonden paviljoens. De fair van 2006 werd geopend door toenmalig minister van Buitenlandse Zaken Ben Bot en trok een recordaantal van 128.000 bezoekers.

De herdenking is van ons allen

0

De met de Booker Prize bekroonde dystopische roman Prophet Song van Paul Lynch, laat zien hoe gemakkelijk een democratie kan transformeren in een fascistoïde gewelddadige staat. Het boek vertelt over een land waar heersers dankzij een ongrijpbare bureaucratie mensen uitsluiten, om ze daarna op een gruwelijke manier om te brengen. Lynch zet het heel geloofwaardig neer.

Juist omdat veel van die mechanismen nu zo herkenbaar en actueel zijn. Door de opkomst en dreiging van extreemrechts bijvoorbeeld in Duitsland, Italië, waar de fascistengroet weer trots herhaald wordt door mannen strak in het gelid. Of kijk naar onze eigen Wilders, die liever gisteren de hele rechtsstaat door de wc had gespoeld en vervangen door een puur wit uitgevallen clubje leiders dat onwelgevalligen hun vrijheid ontneemt.

‘Wat door de profeten wordt gezongen is slechts hetzelfde lied dat door de tijd heen wordt gezongen, de komst van het zwaard, de wereld verslonden door vuur, de zon ondergegaan in de aarde op de middag en het woord in duisternis geworpen´, schrijft Lynch. Het gewelddadig elimineren van andere mensen is van alle tijden, is zijn sombere conclusie. En zal altijd doorgaan, zij het in verschillende vormen.

Heel Holland ruziet nu over welke vormen dat zijn. Dezer dagen zouden we stil moeten staan bij de bezetting van de nazi’s, de slachtoffers van de Holocaust en de mensen die de moed en moraal hadden om hiertegen in het verzet te gaan. Maar de clubjes pros en cons hebben zich ingegraven. Stil is niemand meer.

Door het enorme gekrakeel dat is ontstaan over de Dodenherdenking, waarin geen verwijzing naar het leed in Gaza mag worden geuit, is het onmogelijk geworden dat je twee minuten stilte in acht neemt en een toespraak hoort met kritiek op Israël. Dat je tegelijkertijd Joden die slachtoffer waren herdenkt en eert en Israël in de beklaagdenbank van het Internationaal Gerechtshof wil hebben. Dat je en stil wil staan bij de genocide toen en de mogelijke nu.

De clubjes pros en cons hebben zich ingegraven

Maar de driehoek van Amsterdam en het Comité 4 en 5 mei kozen voor repressie van de discussie over Gaza, in plaats van voor debat. Bij Nieuwsuur werd burgemeester Femke Halsema gevraagd of zij in haar speech op 4 mei Gaza zou noemen. ‘Nee, want het gaat om ons land, onze doden, onze oorlog in het verleden’, antwoordde ze beslist. Waarop Mariëlle Tweebeeke zei: ‘Maar twee jaar geleden noemde u wel Oekraïne.’ Halsema: ‘Dat weet ik niet meer’.

Dat Nederlandse bestuurders inmiddels open zijn over hun handicap van geheugenverlies wisten we al. Maar waarom zouden de vele slachtoffers uit Gaza niet herdacht mogen worden en Oekraïners wel? Is de ene soort meer waard dan de ander?

Mensen die de herdenking willen bijwonen moeten zich voor het eerst sinds 1987 aanmelden, het aantal belangstellenden is beperkt, controle staat op scherp. Terwijl de stem van het verdriet en de woede over de vele Palestijnse burgerslachtoffers luider is gaan klinken moet deze nu worden gesmoord. Zeker niet serieus genomen. They do not practice what they preach. Op de site van het Comité lezen we dat een van de doelen educatie is en studenten ‘met elkaar in gesprek laten gaan over vrijheid en onvrijheid’. Liever mijdt het zelf de dialoog.

De herdenking van de Holocaust is nooit een statisch evenement geweest, maar altijd in ontwikkeling, zegt voormalig NIOD-directeur en emeritus hoogleraar Frank van Vree. De herdenking is in de loop der jaren uitgebreid van verzetslieden en Joden, naar Sinti, Roma, slachtoffers van vredesmissies, de Korea-oorlog, het kolonialisme in Indonesië en nu ook van de slavernij. Gaza had daar best bij gekund. Temeer daar Nederland zelf deelneemt aan de oorlog, door wapens te sturen naar Israël waarmee Palestijnse slachtoffers worden gemaakt.

Nederland is niet meer het land van 1987, toen de eerste Nationale Dodenherdenking plaatsvond. Het is een land met een gemengde bevolking, door globalisering, door de komst van immigranten. Er zijn nu vele nieuwe Nederlanders die zich verwant voelen met volkeren in het Midden-Oosten. En internet houdt niet op bij de grens.

Sorry, ‘onze’ herdenking? Van ons land? Van wie is die dus nu? Die herdenking is van alle Nederlanders: ja, inmiddels ook van de Nederlandse Surinamers, de Nederlandse Indonesiërs, Nederlandse Hindoestanen, Nederlandse Turken, Nederlandse Marokkanen en Nederlandse Palestijnen. En zij mogen ook meepraten over wie herdacht moet worden.

Nee, we moeten nooit vergeten dat de Holocaust de grootste industriële genocide was. En van die fundamentele schending van mensenrechten moeten we leren. Maar dat gaat niet lukken als de bestuurders met twee maten meten waar het een bevriende natie aangaat, om vervolgens krampachtig protesten in de kiem te willen smoren. De wij-zij-cultuur die de organisatoren creëren, Halsema met haar ‘onze’ voorop, zorgt zelf voor de kakofonie bij de herdenking.

De fatbike als motor van de vooruitgang

Hoe het voelt om in de stad te wonen met de duurste parkeerplaatsen? In de binnenstad wordt een inpandige garageplek voor een half miljoen te koop aangeboden. De wijk waar ik woon was tot voor kort een parkeerparadijs. Maar dat is sinds kort ook niet meer, de prijzen zijn opgeschroefd.

Er was een tijd dat je zowat overal in Amsterdam gratis kon parkeren. Die tijd is voorbij. U kunt me niet betrappen op nostalgie want dat vrij parkeren leidde ook tot enorme overlast. Een stad met minder voertuigen is mij lief. U vraagt zich af waarom ik dit allemaal schrijf. Ik ben tot het inzicht gekomen dat mobiliteit de sleutel tot succes is. Mobiliteit is het nieuwe goud. Je bent waar je komt. Wie een auto heeft verruimt zijn bewegingsruimte enorm. Maar de fatbike is de werkelijke motor van vooruitgang.

In mijn wijk word ik links en rechts ingehaald door Marokkaanse meisjes op opgevoerde fatbikes. De snelheid van het voertuig heeft ook hun brutaliteit opgevoerd. Soms worden ze achterna gezeten door een jongen op een fatbike. Soms worden ze achterna gezeten door een heel peloton fatbikes. Niks nieuws onder de zon. Een keer riepen twee fatbikende pubers keihard ‘boe!’, toen ze me passeerden. Ik was aan het hardlopen en schrok me rot. Zij lachen. Ze zorgen ook voor gevaarlijke verkeerssituaties omdat ze gebruik maken van de fietspaden. Reden te over om deze fatbikes hardgrondig te haten. Maar ik hoorde laatst iets dat mijn blik op deze zwarte monsters deed kantelen. Ik was weer eens aan het hardlopen en er was weer eens een fatbike die me inhaalde. Bij het passeren hoorde ik het meisje dat achterop zat tegen de bestuurder zeggen: ‘We kunnen de stad in.’ Dat bleef hangen.

Als ik nu al die meisjes op fatbikes zie dan zie ik vooral vrijgevochtenheid

Het is bekend dat Nederlandse moslims een hardgrondige afkeer hebben van fietsen. Het is maar heel zelden dat ik een moslima op een tweewieler zie. Maar de fatbike is en masse omarmd. Ik liet de woorden van het meisje op me inwerken. In dat zinnetje zat een enorme belofte verpakt. Wat ze met het openbaar vervoer veel minder snel zouden doen, deden ze nu wel: zich toegang verschaffen tot de binnenstad. Is dat dan zo’n grote zaak? Dat is het wel. Ik kom vaak in de grachtengordel. Of in Zuid. Of de Rivierenbuurt. Of de Pijp. Dat zijn de witte bastions van deze gesegregeerde stad, en steeds meer door de enorm toegenomen huizenprijzen. Daar zal je niet zoveel Amsterdammers met een niet-westerse achtergrond zien, op de Marokkaanse schoonmaaksters na dan. Nederlanders met wie ik in contact kwam na een lezing begonnen vaak over hun Marokkaanse schoonmaakster. Maar ook die tijd is voorbij, schoonmaken is geen strikt Marokkaanse aangelegenheid meer. Iedereen is tegenwoordig schoonmaker.

De fatbike stelt jonge mensen in staat om de barrières die tussen de wijken liggen te overbruggen. Ze kunnen langer van huis wegblijven zonder vervelende vragen te moeten beantwoorden. Als ik nu al die meisjes op fatbikes zie dan zie ik vooral vrijgevochtenheid. Baas over eigen wielen. Niemand kan ons tegenhouden. De Marokkaanse fotograaf Hassan Hajjaj heeft een prachtige serie gemaakt van de brommervrouwen van Marrakech. Ze staan dan heel stoer, gesluierd, met de brommer in de hand. Hell’s Angels. Ze stralen de trots uit van mensen die weten dat de wereld aan hun voeten ligt – deze vrouwen. Hassan Hajjaj zou Amsterdam moeten bezoeken.

Waar de jeugd wint aan mobiliteit, verliezen de oudere allochtonen. Die gaan er graag op uit met de wagen, bijvoorbeeld om in het stadspark te barbecueën. Maar wanneer je aan parkeerkosten enkele tientjes kwijt bent dan vergaat je de lust tot grillen.

Meer oorlogspuin in Gaza dan in Oekraïne

0

Er ligt momenteel meer oorlogspuin in Gaza dan in Oekraïne, zo is de inschatting van de UN Mine Action Service (UNMAS).  De organisatie denkt dat er medio april 37 miljoen ton puin was opgehoopt in de Gazastrook, wat overeenkomt met 300 kilogram puin per vierkante meter.

‘Er ligt meer puin in Gaza dan in Oekraïne’, zegt Mungo Birch van UNMAS. ‘Om dit in perspectief te plaatsen: de frontlinie van Oekraïne is ongeveer 1.000 kilometer lang, terwijl Gaza 40 kilometer lang is.’

Het opruimen van al dit puin is niet zonder risico. Puinruimers kunnen gewond raken of sterven door munitie die niet is ontploft, maar kunnen ook ziek worden van giftige stoffen zoals asbest. Birsch schat dat er meer dan 800.000 ton asbest in het puin zit.

Volgens het Palestijnse ministerie van Volksgezondheid zijn er meer dan 33.000 Palestijnen omgekomen sinds 7 oktober. Meer dan twee derde is vrouw of kind.

Gabon eist onderzoek naar dood zwarte studente in Turkije

0

De dood van een 17-jarige zwarte studente in het noordelijk gelegen Turkse stadje Karabük blijft de gemoederen bezighouden in Gabon. Het Afrikaanse land eist een ‘grondig onderzoek’ naar de dood van Jeannah Danys Dinabongho Ibouanga vorig jaar.

De Gabonese zou volgens haar advocaat seksueel zijn misbruikt door een groep mannen die haar daarna hebben vermoord. Zo meldt de Turkse nieuwssite Duvar.

De studente verbleef vorig jaar op de compound van de Karabük Universiteit. Ze zou het
laatst vluchtend voor haar leven uit het appartementsgebouw zijn gezien.

In de moordzaak waren er initieel acht verdachten. Na de derde zitting is er nog maar een
verdachte over, maar er is nog steeds geen oordeel van de rechter.

Ook een groepje Turkse feministen, ‘Femisten voor Dina’, nemen het op voor de Gabonese
studente. Ze zien in de dood het verlengde van de vele gevallen van ‘femicide’, maar ook
racisme in Turkije. Het aantal vrouwenmoorden en migrantenmoorden is rap toegenomen de afgelopen jaren.

‘De weg naar de dood van Dina is geplaveid met racisme en patriarchie’, zegt Damla Ayar,
woordvoerder van de feministische groep.