15.4 C
Amsterdam
Home Blog Pagina 182

De bipolaire moslim

0

Goede vriend Akram belde me totaal overstuur. ‘Dit land maakt moslims bipolair.’

‘Wat bedoel je daar nu weer mee?’

‘Het ene moment vieren we een overwinning, het andere moment worden we de grond in getrapt. Soms op een en dezelfde dag. En daar word ik bipolair van. Volgende generaties zullen dikke boeken over onze strijd voor gelijkheid schrijven.’ Erop rekenen dat de volgende generatie dikke boeken over je zal schrijven is natuurlijk geen goed teken. Wanneer erkenning uitblijft dan moet die nog komen. Dat houdt de mens hoopvol.

‘Watskeburt, Akram?’

‘Ook Femke Halsema is overstag. Boa’s mogen een hoofddoek dragen.’ Goed nieuws voor moslima’s die als handhavers aan de slag willen gaan. Het succes heeft alleen een bittere schaduwzijde.

‘Prompt komen de islamofoben uit hun holen gekropen om ons terug het hok in te duwen. De islamisering zou in volle gang zijn. Heb je de tweets van Mona Keijzer gezien? Ze ontpopt zich tot een tweede Geert Wilders. Alsof we er aan een niet genoeg hebben.’ Ik zag inderdaad de tweets van Mona Keijzer langskomen.

‘Maar is X niet gewoon het afvoerputje der doorgedraaiden geworden, probeer ik zijn angst wat te relativeren.

‘Joh, Abdelkader, jij zit hoog en droog. Ik zal je neutrale blik even bijkleuren. Die bestuurlijke draai jegens religieuze uitingen vier ik als een kleine overwinning, terwijl ik door het moeras van nederlagen ga. Moslims worden hoogstens getolereerd in de openbare ruimte. We moeten onze plek kennen. Door de aanslagen in Israël worden we weer met terrorisme geassocieerd. Onze identiteit is een open wond. Dat boa’s ook een hoofddoek mogen dragen maakt onze positie kwetsbaar. Dat is de kwaadaardige paradox. En ik kom er niet uit.’ Akram belt me om zijn hart te luchten, daarnaast verwacht hij van mij ook dat ik hem wat positiever stem.

‘Valt toch wel mee. Iedereen geniet van ons lekkere eten. Steeds meer Nederlanders doen mee aan de Ramadan als teken van goodwill.’

Maar is er een museum voor moslims?

‘Het ene maakt het andere nog niet goed.’ Akram switcht naar Facetime. Ik moet zijn woede kunnen zien.

‘In Amsterdam heeft een op de vijf bewoners een moslimachtergrond. Maar is er een museum voor moslims? Is er een cultureel centrum voor moslims? Er is wel een museum voor katten. Er is zelfs een museum voor handtassen. Maar een plek waar mensen met een moslimachtergrond in de historische spiegel kunnen kijken?’

‘Moet je niet een brief schrijven aan de burgemeester?’

‘Joh, alles wat iets wil doen aan representatie van moslims wordt na de verkiezing van Wilders met argusogen bekeken. Niemand die het aandurft.’ Ik opper dat de zwarte Amsterdammers ook jarenlang hebben gestreden voor hun slavernijmuseum.

‘Neem daar toch een voorbeeld aan.’

‘Er zijn ook veel zwarte moslims. Maar daar gaat het niet om. We zouden ons niet aan het lijden van een andere community moeten optrekken om onze doelen waar te maken.’

‘Hoe wil je het dan doen? Er zijn toch ook veel schrijvers, dichters en theatermakers met een moslimachtergrond? Die brede representatie groeit en bloeit.’

Hij schudt met zijn hoofd.

Deels is hij het met me eens. Dan komt het hoge woord eruit.

‘Ik ben moe van het vechten tegen de tijdsgeest. Dit benauwende, verstikkende land, waar ik keer op keer moet bewijzen dat mijn naam geen bedreiging is maar een verrijking.’ Dan hangt hij op; hij moet zijn cursus in, Tuinieren en de Islam.

Telegraaf journalist stapt op vanwege eenzijdige berichtgeving Gaza-oorlog

0

Journaliste Fadime Demir stopt bij De Telegraaf vanwege de ‘eenzijdige berichtgeving rondom Israël-Palestina’. Dit schrijft ze in een bericht op LinkedIn.

De Turks-Nederlandse journaliste werkte de afgelopen twee jaar voor De Telegraaf. Hier schreef ze human-interestverhalen, onder andere over de slachtoffers van de aardbeving in Turkije vorig jaar en hun nabestaanden. Maar ze vond werken bij De Telegraaf na 7 oktober steeds lastiger worden.

‘De eenzijdige berichtgeving rondom Israël-Palestina is journalistiek niet in evenwicht. De grote verantwoordelijkheid die wij journalisten hebben, het voorzichtig en zorgvuldig maar bovenal feitelijk benoemen van de gebeurtenissen en deze van verschillende kanten belichten, is onze fundamentele plicht. Onze journalistieke integriteit staat op het spel in mijn optiek.’

Toch heeft ze geen spijt van haar werk voor De Telegraaf, schrijft Demir. ‘Ik heb met verschillende goede journalisten en leuke collega’s samengewerkt en mooie belangrijke verhalen geschreven. Vooral de verhalen die ik vanuit het aardbevingsgebied in Turkije heb gemaakt, draag ik voor altijd met mij mee. Journalistiek is voor mij geen werk, het is wie ik ben, het is hoe ik mij verhoud tot de wereld waarin ik leef en mijn zoons in grootbreng.’

Broederschap bestaat nog

0

Het gebeurde in Grenoble, waar ik met mijn Palestijnse zoon op bezoek was bij mijn Soedanese petekind annex statushouder Abdelrahim. We dineerden in een piepklein huiselijk Algerijns restaurantje, waar gasten aan twee verlengde tafels het menu van de dag konden nuttigen.

Omdat mijn zoon en Abdelrahim Arabisch met elkaar spraken, vroeg iemand uit het groepje Algerijnen dat naast ons zat, waar ze vandaan kwamen. Toen mijn zoon vertelde dat hij Palestijns was barstte de Algerijn in tranen uit, schoot op van zijn stoel en vroeg of hij een kus op mijn zoons voorhoofd mocht geven. En zo geschiedde. Hij zei dat hij het zo vreselijk vond wat er gebeurde in Gaza. Algerijnen, Palestijn, Soedanees en een Nederlandse, we stonden daar allemaal te huilen en te huggen.

Er waren maar weinig woorden nodig, de naam Israël viel niet, het was een gouden moment van intens gevoelde solidariteit, die troostend was. Van broederschap. Ja, hoe hoogdravend klinkt dat in moderne oren. ‘Het idee van menselijke broederschap, ooit heilig, is recentelijk begraven door de grafdelvers van alle landen in oorlog, begraven onder de miljoenen lichamen van de gedode mensen’, schreef Stefan Zweig bijna een eeuw geleden.

Maar het was niet alleen het leed in Gaza dat onze landsgrenzen oversteeg en ons verbond.

De Algerijnse eigenaresse kwam achter de toonbank vandaan en legde haar hand op de schouder van de geëmotioneerde Abdelrahim: ‘Onze Afrikaanse broer, we voelen ook met jou.’

Mijn zoon en ik bezochten Abdelrahim om zijn nieuwe appartement te bewonderen, dat hem is toegewezen omdat hij  zich hopelijk binnenkort kan herenigen met zijn vrouw, die nog in Soedan is. Dat wil zeggen, als ze nog leeft, want hij heeft al tien dagen geen contact meer met haar gehad en verkeert in grote ongerustheid.

Afkomstig uit de goudrijke regio Darfur, vluchtte hij zes jaar geleden voor de oprukkende milities die genocide pleegden op zijn volk. Abdelrahims dorp werd in brand gestoken, zijn vader en broer werden vermoord, vrouwen werden verkracht. Hijzelf verzette zich en de guerrilla’s martelden hem. Hij belandde in een uitzichtloos vluchtelingenkamp. Abdelrahim besloot de overtocht naar Europa te wagen.

Abdelrahims dorp werd in brand gestoken, zijn vader en broer werden vermoord

Zijn verhaal is inmiddels helaas geen uitzondering meer: mensensmokkelaars dwongen hem onder schot eerst in Libië als slaaf te werken op het land. ’s Avonds brachten de milities hem en anderen naar een loods waar ze hen hompen brood toewierpen. Hij wist te ontsnappen, maakte de tocht in een gammel bootje naar Italië, ging als verstekeling met de trein naar Parijs, bivakkeerde in het beruchte tentenkamp de Jungle en vroeg de vluchtelingenstatus aan. In afwachting daarvan kreeg hij een kamer toegewezen in Grenoble, waar hij het immense geluk had dat hij een plaats kreeg aan de universiteit om colleges recht bij te wonen in het Engels. Wat Abdelrahim wilde was dit: recht doen aan zijn volk, meehelpen de milities te vervolgen en hen voor het Internationaal Strafhof te brengen.

Aan de universiteit leerde hij mijn zoon kennen. In de klas was Abdelrahim de enige zonder computer. Toen zijn studiegenoten zijn achtergrond begrepen, zamelden ze in no time geld in voor een laptop. Bij het plechtige moment van overhandiging sprak Abdelrahim: ‘Eerst was ik niemand, nu hebben jullie van mij iemand gemaakt.’

Het was een enorme klap toen zijn eerste aanvraag voor asielstatus werd afgewezen, omdat hij niet genoeg papieren uit Darfur kon tonen. We hielpen hem met het opvragen van de juiste documenten. De tweede poging slaagde wel. Hij was vooral blij omdat hij zijn familie kon gaan ondersteunen. Met zijn baantje als bordenwasser wist hij toch zoveel geld te sparen dat hij een huis in Khartoem voor hen kon kopen. Waar ze veilig zouden zijn, dacht hij.

Kort leek het erop dat in Soedan een regering van nationale eenheid functioneerde en vrede mogelijk was. Totdat dezelfde milities zich weer te buiten gingen aan dezelfde wreedheden. En de genocide op mensen in Darfur zijn gangetje gaat terwijl de wereld het weet.

Abdelrahim moest machteloos toezien dat zijn familie weer op de vlucht sloeg. In het pas gebouwde huis kunnen ze niet meer wonen.

Compassie bestaat uit drie elementen, las ik in een boek van de filosoof Khen Lampert: oog hebben voor het leed van de ander; om dat te voelen zich in hem of haar kunnen verplaatsen en ten slotte actie ondernemen om leed ten einde te brengen.

Te midden van oorlogen en genocides zijn er lichtpuntjes van hoop van mensen die anderen belangeloos beschermen en broeders voor elkaar zijn. Mensen die woorden gebruiken, schrijven, demonstreren, mensenrechtenschendingen aan het licht brengen. Mensen die geld inzamelen door bezittingen te verkopen, voor vluchtelingen, voor de UNRWA.

Liefde in oorlog met haat, schreef Zweig. Broederschap kun je afleren, maar ook aanleren. Het bestaat tussen burgers onderling. Nu de regeringen nog.

Zestig jaar Turkse migratie

0

De formatiebesprekingen tussen VVD, BBB, PVV en NSC zijn voorlopig gestopt. Het is wachten op de volgende militaire actie van Israël, een verwoestend grondoffensief in Rafah. De Russische oppositieleider Navalny is in gevangenschap overleden. Deze en andere sombere berichten domineren het nieuws. Maar ik wil deze maand een ander actueel thema belichten, een onderwerp dat leidde tot de val van het kabinet afgelopen zomer en waar de verkiezingen van 22 november om draaide: migratie.

Dit jaar is het precies zestig jaar geleden dat de eerste Turkse gastarbeiders naar Nederland kwamen. Op 19 augustus 1964 sloten Nederland en Turkije een verdrag, waardoor het mogelijk werd voor Nederlandse bedrijven om in Turkije personeel te werven. Het heeft de levensloop van vele duizenden Turkse jonge mannen bepaald – en generaties Turken na hen. In plaats van in de Turkse samenleving, belandden ze in het koude Nederland.

Ook mijn vader kwam zo naar Nederland. Je hoefde alleen maar gezond en sterk te zijn, vertelde hij ons vroeger. Hij werd in zijn blootje gekeurd door Nederlandse artsen die hem goed bevonden. In Hengelo ging hij aan de slag bij metaalfabriek Holec. Daar werkte hij dag en nacht. Taalcursussen waren er niet, maar dankzij zijn extraverte en sociale karakter kreeg hij binnen een jaar de Nederlandse taal onder de knie en begon hij te tolken voor anderen.

Je hoefde alleen maar gezond en sterk te zijn

Het was wel een Turkse mannenwereld. Hij woonde samen met tientallen anderen in een pension. Zijn leven bestond toen alleen maar uit werken, eten, drinken en slapen, iedere dag opnieuw. Zijn plan was om een tijdje te werken, totdat hij genoeg geld had om een tractor te kopen om daarmee het lapje Turkse familiegrond te bewerken.

Maar toen kwam mijn moeder ook naar Hengelo, samen met de kinderen. Zij ging aan de slag in een kippenslachterij. Doordeweeks logeerde ik als kleuter bij een Nederlandse familie. Mijn ouders haalden mij ieder weekend op.

De spoedige terugkeer naar Turkije bleek een mythe. Ons gezin begon te wennen aan de kou hier. Nederland voelde mettertijd als thuis. Mijn ouders woonden hier bijna vijftig jaar. Mijn vader kwam als jonge, sterke man naar Nederland, oud en ziek keerde hij terug naar Turkije.

Het verhaal van mijn ouders is ook de geschiedenis van duizenden andere Nederlanders met een migratieachtergrond. Velen bleven, lieten hun vrouw en kinderen overkomen, of stichtten hier een gezin. Dit is ook het verhaal van de arbeidsmigranten die in de kassen van het Westland werken. De meesten gaan terug naar de landen waar ze vandaan komen, zoals Polen en Roemenië, maar anderen blijven.

Ons land is al lang afhankelijk van migranten. Willen we onze rijkdom en welvaart behouden, dan hebben we migratie nodig. Misschien kunnen we Den Haag van ons belang voor de economie en samenleving overtuigen door een maand lang collectief te staken. Zonder biculturele Nederlanders blijven de vakken van supermarkten leeg, worden postpakketten niet bezorgd, stagneert de bouw. En is er een tekort aan artsen, onderwijzers, ambtenaren, IT’ers, bestuurders enzovoort. In 2023 startten 23 duizend niet-Nederlanders bovendien een bedrijf, aldus cijfers van het CBS.

Technologiebedrijf ASML maakte het nog eens duidelijk. Als het nieuwe kabinet met plannen komt om de arbeidsmigratie te beperken, vertrekt de chipmachinemaker naar het buitenland. De fabriek draait op hoogopgeleid personeel, dat in Nederland moeilijk te vinden is. Ook de Adviesraad Migratie zegt dat er jaarlijks 50 duizend arbeidsmigranten nodig zijn om huidige welvaart te behouden.

Het is goed om stil te staan bij de zegeningen van de migratie. Den Haag spreekt neerbuigend over migranten, helemaal na 22 november, maar dat is niet terecht. Natuurlijk, er zijn ook problemen. Maar alles in het leven heeft positieve en negatieve kanten. Ook migratie.

De progressie die de Nederlands-Turkse gemeenschap heeft gemaakt, sinds Ali Cerit – mijn vader – in 1964 in Hengelo aankwam, is groot. Twee procent van het bruto nationaal product in Nederland wordt verdiend door Turkse ondernemers. Zij creëren samen meer dan 50 duizend banen. 46 procent van Turks-Nederlandse volwassenen heeft een eigen huis. In 2020 had 26 procent van de Turkse Nederlanders ouder dan 15 jaar een hbo- of wo-niveau, zo blijkt uit cijfers van het Sociaal en Cultureel Planbureau. In de jaren dat Nederland multicultureler werd, is de economie hard gegroeid. Dat is ook de schuld van migranten.

Somalië sluit militaire deal met Turkije

0

Turkije heeft militaire deal gesloten met Somalië. De Turkse defensie-industrie krijgt toestemming om in het volgende decennium de Somalische marine en verdedigingswerken op te bouwen. Zo meldt de Arabische nieuwssite Middle East Eye.

‘Deze overeenkomst zal een einde maken aan terrorisme, piraterij, illegale visserij, vergiftiging, misbruik en bedreigingen uit het buitenland’, zei de Somalische premier Hamza Abdi Barre verheugd over de overeenkomst met Turkije die hij als ‘historisch’ bestempelt.

Aan de Turkse kant van de deal is men voorzichtiger over de inhoud van het verdrag. Volgens een defensiefunctionaris zal die pas openbaar worden gemaakt nadat deze is geratificeerd door het parlement en de Turkse president. ‘Er is nog een lange weg te gaan voor de ratificatie’, zei de functionaris tegen Middle East Eye.

De Turkse marine opereert al sinds 2009 voor de kust van Somalië en in de Golf van Aden in het kader van een VN-missie om piraterij en gewapende overvallen te bestrijden. Ook is Turkije, naast China en Rusland, een steeds belangrijkere speler in Afrika, waar de aloude invloed van Europa tanende is.

Beyoncé geeft countryhitlijst kleur met nieuwe song

0

De Afro-Amerikaanse zangeres Beyoncé heeft geschiedenis geschreven. Als eerste zwarte vrouw staat ze op nummer 1 in de Amerikaanse countryhitlijst met haar song Texas Hold ‘em

Het is een mijlpaal, want country is een muziekgenre dat gedomineerd wordt door witte mannen en vrouwen, zoals Johnny Cash, Dolly Parton en Taylor Swift. Beyoncé, die haar roots heeft in Texas en haar zangcarrière begon in een kerkkoor, is de eerste vrouwelijke artiest die zowel de R&B-hitlijst als de countryhitlijst in de Verenigde Staten heeft aangevoerd.   

Niet alle radiostations in het zuiden van de Verenigde Staten draaien het nummer van Beyoncé. Sommigen vinden dat haar song geen echt countrynummer is. Volgens 3FM is dat onterecht, want countrymuziek is ontstaan in de zwarte gemeenschap. Het is een combinatie van Afrikaanse muziekinstrumenten en liedjes die de tot slaaf gemaakten zongen op de plantages. Witte mensen pasten deze muziek een beetje aan en zo ontstond ‘country’, dat bijna uitsluitend door witte artiesten wordt gemaakt. De fans van Beyoncé hopen dat ze met haar song country opnieuw claimt voor de zwarte gemeenschap.

Vermiste Syrische activist opgepakt in Turkije

0

Turkije heeft de kritische Syrische mensenrechtenactivist Ahmed Katie opgepakt op verdenking van spionage voor de Franse inlichtingendienst. Hij werd al sinds november vermist en had openlijk kritiek op de verslechterde behandeling van vluchtelingen in Turkije. Zo meldt de nieuwssite Turkish Minute.

De vermissing van de prominente voorvechter van Syrische vluchtelingenrechten in Turkije deed alle alarmbellen afgaan bij mensenrechtenorganisaties. Zijn advocaat, Halim Yılmaz, bevestigt nu aan Middle East Eye dat Katie op 12 december werd gearresteerd op ‘beschuldiging van spionage’.

De vrouw van Katie gaf echter aan dat ze haar man vanaf 30 november niet meer kon bereiken. Naar verluidt werd hij voor het laatst gezien toen hij zijn werk in Istanbul verliet voor een onderzoek van de Turkse politie. Volgens zijn vrouw zou hij onder druk zijn gezet door de Turkse autoriteiten vanwege zijn kritische berichtgeving.

Ook blijkt dat Katie voor zijn detentie al asiel had aangevraagd in Frankrijk. Turkse woordvoerders van de politie hebben geweigerd commentaar te geven op de zaak van Katie in antwoord op vragen van Middle East Eye.

In Turkije is de behandeling van vluchtelingen sinds langere tijd verslechterd. Aan het begin van de Syrische burgeroorlog was de islamistische regering van Erdogan nog welwillend tegenover Syriërs, die weer zouden terugkeren als het Assad-regime omver was geworpen. Toen dit niet gebeurde, sloeg de stemming bij islamistische Turken om. Onder seculiere Turken is het anti-Arabische sentiment al langer gemeengoed.

India verandert naam metrostation: van moskee naar tempel

0

Het Jamia Masjid metrostation in de Indiase stad Agra, genoemd naar de Jamia Moskee, heeft een nieuwe naam gekregen. Het metrostation is nu vernoemd naar de hindoeïstische Mankemeshwar tempel, die ook in de buurt van het station ligt. Dit schrijft Pakistan Today. 

De naamswijziging was een idee van de eerste minister van de Indiase deelstaat Uttar-Pradesh, Yogi Adityanath, die bekend staat bekend om zijn islamofobe uitlatingen. Hij is lid van de hindoe-nationalistische partij BJP van minister-president Narendra Modi.

Het station kreeg een nieuwe naam omdat het metronetwerk in Agra is aangepast. Volgende week zal premier Modi het vernieuwde netwerk feestelijk openen.

De hindoe-nationalistische machthebbers in India wissen de islamitische geschiedenis van het land steeds meer uit. Vorige maand opende Modi in Ayodha een hindoetempel op een plek waar eeuwenlang een moskee stond. Deze moskee, de Babri moskee, werd in 1992 gesloopt door een woedende hindoe-extremistische menigte.

Waarom is de hoofddoek bij ambtenaren een discussiepunt?

0

In navolging van Arnhem, Den Haag, Tilburg en Utrecht staat de gemeente Amsterdam nu  toe dat boa’s een hoofddoek dragen. Het onderwerp is een heet hangijzer dat raakt aan discussies over secularisme, neutraliteit en islamofobie.  

Met het besluit om de hoofddoek bij buitengewone opsporingsambtenaren (boa’s) toe te staan geeft het Amsterdamse College van B&W – na tweeënhalf jaar – uitvoering van een motie van Denk, die door de gemeenteraad van Amsterdam werd gesteund. 

Sheher Khan, de fractievoorzitter van Denk in Amsterdam, zei tegen de Kanttekening dat hij hoopte dat de politie in de toekomst ook religieuze symbolen toestaat. Een besluit waar de gemeente niet over gaat, maar de minister van Justitie. ‘Ik hoop dat de publieke opinie gaat schuiven.’ Maar ondanks het succes van DENK in Amsterdam zijn de meningen in Nederland hierover verdeeld. 

Socioloog Hans de Vries is voor een neutrale publieke ruimte als principiële secularist, en daarom tegen de hoofddoek bij boa’s. Hij was van 2012 tot 2022 voorzitter van de Atheïstisch Seculiere Partij (ASP), een politieke partij die een strikt seculiere samenleving voorstond en enkele keren – tevergeefs – geprobeerd heeft om in de gemeenteraad van Deventer verkozen te worden. ‘Wij waren als ASP heel duidelijk’, vertelt De Vries hierover. ‘We stonden voor het seculiere, verlichte standpunt. Hiermee zijn we de politiek ingegaan. Onze standpunten werden door andere seculiere partijen wel verdedigd, maar niet zo expliciet en vaak ook niet zo consequent.’ 

‘Ik leg mijn opvattingen niet aan anderen op, dat doe je wel als je statements maakt’

Maar waarom is De Vries tegen de hoofddoek bij boa’s? ‘In Nederland zijn staat en kerk gescheiden’, legt hij uit. ‘Als je werkt bij de politie, de brandweer of de rechtbank dan behoor je religieus neutraal te zijn. Het begrip ‘uniform’ zegt het eigenlijk al. Dat is uniform, geldt voor iedereen. Religieuze uitingen – zoals een hoofddoek, een tulband, een keppeltje of een kruisje – brengen deze neutraliteit in gevaar. Het is religieuze propaganda, religieuze colportage.’ 

De Vries ziet geen principieel verschil tussen religie en ideologie. ‘Voor mij is dat eigenlijk hetzelfde’, legt hij uit. ‘Ik mag als ambtenaar in functie ook geen reclame maken voor Extinction Rebellion of de boerenprotesten. En dat is volkomen terecht.’ Hij illustreert zijn punt met een persoonlijke anekdote. ‘In de jaren zeventig was ik gemeenteambtenaar. Ik was en ben pacifist. Mijn handtekening bevatte vroeger het vredessymbool, daar ondertekende ik ook officiële documenten mee. Totdat een leidinggevende hier iets over zei, dat ambtenaren in functie neutraal moeten zijn. Toen heb ik mijn handtekening aangepast. Want ik begreep dat hij gelijk had. Je moet je eigen overtuigingen thuislaten als je voor de overheid werkt.’ 

De Vries benadrukt dat hij niet tegen religie is. ‘Geloof is een individuele keuze. Ik ben een atheïst en een pacifist. Maar ik leg mijn opvattingen niet aan anderen op. Dat doe je wel als je statements maakt, zoals het dragen van een kruisje of een tulband, het verwerken van het vredesymbool in je handtekening of het dragen van een hoofddoek. Dit mag je doen trouwens, maar niet namens de overheid.’    

Waarom is religie een probleem? 

Jurist en arabist Maurits Berger, hoogleraar Islam en het Westen aan de Universiteit Leiden, ziet dit toch anders. ‘We fixeren ons, als het over neutraliteit gaat, heel erg op religie, niet op gender of andere vormen van identiteit’, zegt hij. ‘We willen juist meer gekleurde en vrouwelijke rechters. Maar als ze een hoofddoek dragen is dat een probleem.’

Het argument dat religie een keuze is, in tegenstelling tot je huidskleur of gender, vindt Berger niet valide. ‘Als religie inderdaad een keuze is, dan begrijp ik de achterliggende argumentatie nog steeds niet. Waarom moet alleen religie geproblematiseerd worden? Als ik een witte man ben en voor de rechter sta, en alle rechters zijn van kleur, is dat dan een probleem? Of een man die beschuldigd wordt van verkrachting die voor moet komen bij vrouwelijke rechters? Rechters hebben hun opvattingen en emoties, maar zij zijn professionals, zij zijn getraind om daarmee om te gaan. En als rechters zelf het gevoel hebben dat ze een zaak niet kunnen doen omdat ze te emotioneel betrokken zijn, dan kunnen ze vragen of iemand anders het wil doen.’

‘Kun je professioneel zijn als je gelovig bent? Natuurlijk’

Het principe van neutraliteit is ‘een abstractie, een politiek-juridische constructie’ aldus de hoogleraar. ‘Ik wil weten wat mensen bedoelen als ze beginnen over de scheiding tussen kerk en staat. Dit principe staat niet eens in de wet.’ Waar het volgens Berger om gaat is dat je neutraal bent in je professionaliteit, hoe je mensen behandelt. ‘Neutraliteit als leuze is betekenisloos. Het moet gaan om ons vertrouwen in geüniformeerde dienst. Kun je professioneel zijn als je gelovig bent? Natuurlijk. Een officier van justitie, een diepgelovig christen, kreeg een keer een dossier over abortus en euthanasie in handen, zaken waar hij principieel moeite mee heeft. Zijn collega’s vroegen hem of hij dit wel aankon. Hij antwoordde bevestigend. Hij maakte een scheiding tussen zijn persoonlijke overtuiging en zijn professie. En hij schijnt dat uitstekend gedaan te hebben.’ 

Volgens islamofobie-onderzoeker Ineke van der Valk, tot haar pensionering verbonden aan de Universiteit Leiden, moeten we het debat over de hoofddoek niet los zien van twintig jaar hetze tegen de islam. ‘In Media als GeenStijl en PowNews bijvoorbeeld werd de islam jarenlang aangevallen, zo liet mijn onderzoek uit 2018 zien. De islam als politieke bedreiging en de islam als culturele bedreiging waren twee frames waarin dit gebeurde. Voor het laatste is de hoofddoek een belangrijk symbool. Op GeenStijl heetten hoofddoeken onder meer ‘SS uniformen van de moslim meisjes’. 

Van der Valk spreekt over een ‘krankzinnig discours’,  waarmee de lezers van GeenStijl jarenlang zijn bestookt. ‘Bewust of onbewust heeft het moslimvijandige discours waar dit een voorbeeld van is, veel invloed gehad op de meningsvorming over de hoofddoek.’ De onderzoeker wijst in dit verband op het feit dat VVD-minister van Justitie Dilan Yesilgöz, die het toestaan van de hoofddoek bij de politie nu tegenhoudt, vroeger een graag geziene gast was bij PowNews.  

‘Het tijdperk van de witte mannen is voorbij’

Veranderde samenleving

De samenleving is veel meer divers geworden, vervolgt Berger. ‘Het tijdperk van de witte mannen is voorbij. Zij bepalen niet meer hoe de geüniformeerde diensten eruitzien. Vroeger waren agenten allemaal man en wit. Nu zijn de hoofden boven het uniform allemaal anders. Die diversiteit aan uiterlijkheden is uniek. Maar dan zou je ook een hoofddoek moeten toestaan of een tulband. Dat is trouwens wel zo praktisch, want je kunt veel nieuwe mensen aannemen die anders geen agent worden.’ 

De politie en andere werkgevers mogen van Berger wel voorschrijven dat werknemers bijvoorbeeld geen piercings dragen, zichtbare tatoeages of blauw haar. ‘Dat heeft met decorum te maken. Ik kan dat begrijpen, al vind ik dat soort uiterlijkheden persoonlijk geen probleem. Ook agenten met piercings of tatoeages kunnen professioneel hun werk doen.’ 

Van der Valk: ‘Het is heel treurig dat het onderwerp zo gepolitiseerd is. De link die tegenstanders van de hoofddoek leggen met partijdigheid is onzin. Neutraliteit gaat over gedrag, niet over hoe je eruitziet. Want hoe neutraal waren die agenten eigenlijk, die op de vingers werden getikt vanwege racisme?’ 

Armeense dichter wordt bijgezet in Pantheon

0

De Armeense dichter Missak Manouchian, overlevende van de Armeense Genocide tijdens de Eerste Wereldoorlog en communistische verzetsstrijder tijdens de Tweede Wereldoorlog, krijgt een plekje in het Franse Pantheon, een eregalerij voor ‘belangrijke Fransen’. Zo meldt Trouw.

Zo is Manouchian, bijna tachtig jaar na zijn executie door de Duitsers, alsnog Frans geworden. Het land waar hij in zijn leven bewust voor koos én voor stierf als (stateloze) verzetsstrijder. Twee eerdere verzoeken voor een postume naturalisatie werden geweigerd.

Manouchian werd in 1906 in het Ottomaanse Adiyaman (zuidoosten van het huidige Turkije) geboren. Toen tijdens de Eerste Wereldoorlog het jong-Turkse regime een vernietigingscampagne startte tegen de Armeniërs, werd Manouchians vader voor zijn ogen doodgeschoten. Niet veel later kwam zijn moeder om van de honger in de door de Turken georkestreerde dodenmarsen naar de Syrische woestijn.

Uiteindelijk kwam hij, zoals zoveel overlevende Armeense kinderen, terecht in een Frans weeshuis in Libanon. Daar ontwikkelde hij zijn liefde voor de Franse literatuur en besloot hij dichter worden. Op zijn achttiende vertrok hij naar Frankrijk met zijn broer Garabed.

Als arbeider bij een autofabriek raakte hij betrokken bij de antifascistische beweging, waar hij zijn vrouw Mélinée Manouchian, eveneens een Armeens weeskind en genocide-overlever, ontmoette. Tijdens de Tweede Wereldoorlog sloot hij zich via het vreemdelingenlegioen van Frankrijk aan bij het verzet.

In november 1943 werd Manouchian opgepakt en samen met 22 kameraden gefusilleerd. Zijn vrouw, die in 1989 stierf, zal na de bevrijding van Frankrijk nooit meer trouwen en haar leven aan haar overleden man wijden als zijn belangrijkste biograaf.