24.6 C
Amsterdam
Home Blog Pagina 31

Mijn Riffijnse kinderen kunnen zichzelf zijn

0

De deuren van OBS De Kleine Wereld staan maandagochtend wijd open. Anders dan anders moet iedereen via de voordeur naar binnen. Mijn dochtertje vraagt, terwijl ze aan haar roze djellaba trekt, of haar kroontje goed zit. Het glinstert mooi in het ochtendlicht en haar broer rent al vooruit, opgewonden over wat hem te wachten staat. Het is een dag waarop we vieren wie we zijn en waar we vandaan komen. Onze Riffijnse wortels en Imazighen-identiteit zijn zichtbaar, net als alle andere culturen op deze bijzondere dag.

Bij binnenkomst worden we begroet door een onvergetelijk tafereeltje. De juffen en meesters staan op de trap, elke leraar op een eigen trede. Ze beginnen te zingen: ‘Iedereen is van de wereld en de wereld is van iedereen.’ Het is een hartverwarmende gebeurtenis. De woorden van het lied klinken krachtiger dan ooit, en het is een boodschap van acceptatie die alle ouders en kinderen raakt.

Ook doet het me denken aan het nieuws van enkele dagen geleden, waarin een 15-jarige jongen in Vlaardingen van school werd gestuurd omdat hij een djellaba droeg. De schoolleiding eiste dat hij het traditionele gewaad uittrok, anders zou hij geschorst worden. Het contrast met de aanpak hier kan niet groter zijn. De Kleine Wereld laat namelijk zien dat scholen ook een plek van acceptatie en viering van diversiteit kunnen zijn, in plaats van uitsluiting. Dit soort momenten biedt een krachtige tegenstem tegen de onverdraagzaamheid die vaak de boventoon voert. Want wie bepaalt eigenlijk wat ‘normaal’ is in onze samenleving?

Ook denk ik aan mijn eigen schooltijd, die zo anders was

Mijn kinderen zijn omringd door deze warmte en acceptatie. Mijn zoon ontdekt iets dat hem laat juichen. Hij rent naar een klasgenootje dat trots een Amazigh-vlag vasthoudt, met de blauw-groen-gele kleuren en het rode Tifinagh-symbool. Daar staat hij, mijn zoon, in zijn blauwe abaya, vol trots met de vlag van zijn identiteit in een school in Nederland.

Ook denk ik aan mijn eigen schooltijd, die zo anders was. Hoe vaak moest ik me verantwoorden? Hoe vaak werd mijn cultuur als ‘anders’ bestempeld? De strenge blikken en vragen vol onbegrip blijven me bij. Maar nu zie ik mijn kinderen opgroeien in een school die actief ruimte maakt voor wie ze zijn. Dit geeft me hoop en maakt me dankbaar. Eigenlijk hoef ik dat niet te zijn, want uiteindelijk moet dit normaal zijn. Het is een recht dat we allemaal hebben in Nederland.

Daarom krijgt de Week tegen Racisme voor mij een diepere betekenis. Het gaat niet alleen om het tegengaan van discriminatie, maar ook om het vieren van diversiteit. Het creëren van een wereld waarin mijn Riffijnse kinderen zonder schaamte kunnen zijn wie ze zijn, is voor mij erg belangrijk.

Vandaag klinkt de boodschap van De Kleine Wereld door de gangen en maakt hiermee inclusie meer dan alleen een mooi woord. Dit gebeurt door de deur open te zetten voor alle culturen en identiteiten. Hiermee wordt een sfeer van acceptatie gecreëerd, door de toekomst van de grote wereld te omarmen.

Vandaag is niet alleen een viering van cultuur, maar ook van de belofte van een betere toekomst. Maar laten we onszelf de vraag stellen: wat kunnen wij doen om ervoor te zorgen dat deze boodschap van acceptatie en inclusie niet alleen op De Kleine Wereld, maar ook in de hele samenleving wordt omarmd? Het is namelijk aan ons om de deur wijd open te zetten en te zorgen dat niemand ooit meer het gevoel heeft dat hun identiteit niet welkom is.

Ex-PVV’er en moslim Van Klaveren: Westen en islam heel goed verenigbaar

0

Joram van Klaveren, voormalig PVV-parlementariër en bekeerling tot de islam, onthult in zijn nieuwste boek Vergeten Verleden de diepe historische banden tussen de islam en het Westen, en weerlegt daarmee het idee van hun onverenigbaarheid.

‘Oh, East is East, and West is West, and never the twain shall meet’, dichtte Rudyard Kipling in 1889. De islam en het Westen worden vaak als onverzoenlijke tegenpolen gezien, door Geert Wilders cum suis, maar ook door veel moslimjongeren. In zijn boek Vergeten Verleden: 30 onbekende verhalen over de islam in het Westen betoogt Joram van Klaveren het tegendeel. De islam is diep geworteld in het Westen – al lang voordat landen als Nederland en de Verenigde Staten bestonden. De Kanttekening gaat met de voormalige PVV-parlementariër, die zich begin 2019 bekeerde tot de islam, hierover in gesprek.

‘Een heleboel verhalen in dit boek ben ik tegengekomen bij mijn onderzoek voor mijn eerste boek Afvallige, waarin ik beschreef hoe ik als tegenstander van de islam mij tot islam bekeerde’, vertelt Van Klaveren. ‘Ik merkte in mijn gesprekken met niet-moslims dat velen van hen geloofden dat de islam en het Westen onverenigbaar zijn. Het dominante perspectief, de kijk van de PVV, is dat de islam niet past bij de westerse manier van leven, wezensvreemdheid is aan Nederland, aan Europa, aan het Westen. Ook veel islamitische jongeren geloven dit narratief. Maar het is een onjuist perspectief. De verwevenheid tussen de islam en het Westen is namelijk heel groot. En daarom wilde ik hierover een boek schrijven, want deze verhalen zijn het waard om verteld te worden.’ Van Klaveren heeft zijn boek geschreven voor zowel moslims als niet-moslims, legt hij uit. ‘De islam bestaat in Nederland veel langer dan je denkt. In het geschiedenisonderwijs wordt invloed van de islam echter niet genoemd. Dat moet veranderen.’

Sympathie van Goethe

In Vergeten Verleden wordt onder andere verhaald dat er in 1610 wellicht een moskee stond in Amsterdam, gesticht door de uit Spanje gevluchte Moriscos. Verder schrijft Van Klaveren ook over de rol van het Ottomaanse Rijk tijdens de Tachtigjarige Oorlog tegen Spanje (de leuze ‘Liever Turks dan Paaps’), het dorpje Turkeye in Zeeuws-Vlaanderen, de tot de islam bekeerde Nederlandse piraat Murat Reis (Jan Janszoon), de sympathie die de beroemde Duitse schrijver Goethe had voor de islam en Tuan Guru, de door Nederland verbannen Indonesische rebel die de islam bracht naar Zuid-Afrika.

‘De islam bestaat in Nederland veel langer dan je denkt’

‘Dat laatste verhaal is best wel bijzonder’, vertelt Van Klaveren enthousiast aan de telefoon. ‘Tuan Guru was een prins en een zoon van een qadi, een islamitische rechter. Hij schreef in gevangenschap op het Robbeneiland (het eiland waar het apartheidsregime later Nelson Mandela zou vasthouden, red.) de eerste Zuid-Afrikaanse Koran. Hij kon dit doen, omdat hij als geleerde de Koran helemaal uit zijn hoofd geleerd had. Hij vroeg een cipier om pen en papier en schreef toen alles op. Ook de eerste moskee in Zuid-Afrika is naar verluidt door Tuan Guru gesticht. De Nederlanders hebben onbedoeld de islam naar Zuid-Afrika gebracht. Mijn oud-collega Martin Bosma, die een boek schreef over Nederland en Zuid-Afrika, zal dit verhaal vast niet leuk vinden. Haha.’

Ziet Van Klaveren zichzelf als een bruggenbouwer, die Oost en West weer wil verbinden? ‘Ik heb – helaas – bijgedragen aan het islamofobe klimaat dat nu in Nederland heerst’, zegt de oud-politicus berouwvol. ‘Ik heb spijt van de rol die ik in het verleden heb gespeeld. Maar het beeld dat ik van islam had was ook feitelijk incorrect.’

‘Ik ben streng-gereformeerd opgevoed met het idee dat Mohammed de antichrist was’

Van Klaveren groeide op in een praktiserend, gereformeerd gezin. Allen waren gedoopt, men las uit de Bijbel, ging naar de kerk en opa was ouderling van dienst. Het theologisch kader speelde een grote rol bij zijn latere keuze voor de PVV. ‘Daarom zat ik ook bij de PVV. Dat deed ik vanuit mijn christelijke overtuiging. Toen ik in 2014 uit de PVV stapte, maar nog wel steeds in de Tweede Kamer zat, had ik eindelijk tijd om een kritisch boek over de islam te schrijven. Daar ben ik totaal drieënhalf jaar mee bezig geweest. Maar tijdens het schrijven van dit boek kwam ik steeds meer dingen tegen, die haaks stonden op wat ik meende te weten. Ik keek aanvankelijk met een streng-gereformeerd perspectief naar de islam. Maar als je die bevooroordeelde bril afzet en objectief naar de islam kijkt, krijg je een heel ander beeld.’

Logisch

Voor Van Klaveren is de islam de waarheid. ‘Zeker als je kijkt naar hoe de godsdienst is opgebouwd. Het christendom is niet logisch en de Bijbel bevat veel latere toevoegingen, zoals de drie-eenheid in 1 Johannes 5:7–8. Die stond niet in de oorspronkelijke tekst. De islam is in tegenstelling tot het christendom logisch en gaat uit van taweed, de eenheid van God. Bovendien is de Koran in één keer geschreven in één taal, het Arabisch. De Bijbel daarentegen bestaat uit verschillende boeken, in het Hebreeuws, Aramees en Grieks, en er zijn verschillende versies van in omloop. De protestantse bijbel kent 66 Bijbelboeken, de Ethiopisch-orthodoxe meer dan 80. Ik probeerde te geloven in het christelijk geloof, terwijl ik wist dat het niet helemaal klopte. Bij de islam kwam ik die inconsistenties niet tegen. Het was voor mij daarom thuiskomen.’

Wat Van Klaveren ook overtuigde was het leven van de profeet Mohammed. ‘Hij is de meest invloedrijke persoon ter wereld. Hij stichtte niet alleen een nieuwe godsdienst, maar was ook als staatsman erg succesvol. Zijn opvolgers stonden aan het hoofd van een wereldrijk. Mohammed was heel complementair met de wereld. Naast profeet en staatsman was hij ook legeraanvoerder, vader, buurman, leraar, enzovoort. Dat sprak mij heel erg aan. Ik ben streng-gereformeerd opgevoed met het idee dat Mohammed de antichrist was en het islam het geloof van de duivel. Moslims waren een gesel Gods, die gestuurd waren om ongehoorzame christenen te straffen. Maar Mohammed was juist barmhartig. Hij liet Hind, een vrouw die Mohammeds oom Hamza had laten vermoorden, in leven. Later bekeerde zij zich ook tot de islam. Mohammed was niet uit op wraak en misbruikte zijn machtspositie niet. Ook weigerde hij te leven in weelde. In de Bijbel, in Deuteronomium 18:20-22 wordt verteld over de kenmerken waaraan je een echte profeet herkent. Mohammed voldoet aan alle eigenschappen van een ware profeet, meer nog dan profeten uit de bijbel. Ik heb op een rationele manier besloten, nadat ik alles goed had onderzocht, om moslim te worden. Er is geen God dan Allah en Mohammed is de boodschapper.’

53 doden bij Amerikaanse bombardementen op Houthi-doelen

0

Bij Amerikaanse bombardementen op Houthi-doelen in Jemen zijn 53 doden gevallen, waaronder vijf kinderen, en raakten 98 mensen gewond. Dit meldt de Turkse nieuwssite Diken.

Vanuit de door Iran bewapende Houthi’s klonken de afgelopen dagen dreigementen richting Israël. Als er binnen vier dagen geen einde kwam aan de blokkade van Gaza, zouden beschietingen weer beginnen.

De Amerikaanse president Donald Trump was de Houthi’s voor en gaf het bevel tot grootschalige bombardementen op door Houthi’s gecontroleerde gebieden in Jemen, waaronder de provincie Saada in het noorden.

De Houthi’s voerden vervolgens een ‘wraakactie’ uit tegen een Amerikaans vliegdekschip, maar misten hun doel. Een raket kwam in zee terecht, en drones werden door Amerikaanse straaljagers uit de lucht geschoten.

De Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken, Marco Rubio, stelt dat deze aanvallen in Jemen ‘de gehele wereld’ ten goede komen. Volgens hem hebben de Houthi’s in de afgelopen anderhalf jaar de Amerikaanse marine 174 keer en het internationale vrachtverkeer 145 keer aangevallen.

De minister van Defensie, Pete Hegseth, meldt dat de Amerikaanse bombardementen doorgaan totdat de aanvallen stoppen. ‘Laat me duidelijk zijn, deze campagne gaat over de vrijheid van de vaart en het opschalen van afschrikking’, zei hij.

De Houthi’s begonnen hun aanvallen op Israël, Amerika en internationaal vrachtvervoer direct na de nieuwste Gaza-oorlog.

De val van Granada: indrukwekkend theater

Theatervoorstelling De val van Granada van Abdelkader Benali kent een triest einde. Het verhaal gaat over hoe de moderne, tolerante stad Granada, ooit het centrum van het grotendeels islamitische Spanje, aan het eind van de vijftiende eeuw in christelijke handen viel

De term toneelstuk dekt de lading niet voor deze uitvoering van Hotel Modern en Abdelkader Benali. Want er gebeurt van alles op het podium. De goedbezochte première in Theater Rotterdam eindigde met een staande ovatie.

Abdelkader Benali heeft eigenlijk geen introductie meer nodig. Deze schrijver, columnist en programmamaker timmert al een flinke tijd aan de weg en richt zich op onderwerpen die te maken hebben met migratie, de multiculturele samenleving, identiteit en verbinding.

Dat laatste woord is zeker van toepassing op het onderwerp van deze voorstelling. In Granada leefden christenen, Joden en moslims vreedzaam samen. Het culturele leven vierde hoogtij, de lat lag hoog in Granada. Dat blijkt bijvoorbeeld uit de korte scènes waarin Benali en de spelers van Hotel Modern een bibliotheek in Granada nabootsen. Mensen kwamen van heinde en ver naar Granada. In die bibliotheek stond alles wat je maar verzinnen kon. In het stuk komt een Duitssprekende dame voor, die er een reis van liefst achttien maanden voor over had om in Granada deze bibliotheek te bezoeken. Dat was in die tijd geen uitzondering. ‘En ik ben onderweg maar twee keer beroofd’, meldt ze bloedserieus.

Toch zijn het precies die dingen die ervoor zorgen dat je je binnen de kortste keren in 1492 waant. Of liever gezegd iets vóór 1492, het rampjaar bij uitstek voor Granada. In januari van dat jaar viel de stad in de handen van de nieuwe Spaanse machthebbers. Die tolereerden slechts één geloof: het christendom – of beter gezegd, het katholicisme. Voor de overige bevolkingsgroepen waren er drie mogelijkheden: koffers pakken, zich laten bekeren of de doodstraf. Het was gedaan met de tolerantie. De koning moest de sleutel van de stad afgeven en vertrekken. Granada was de plek waar hij was geboren, maar waar hij niet zou sterven.

Tussen twee werelden

Tijdens de voorstelling zweef je als toeschouwer tussen twee werelden. Allereerst ga je naar de jaren tachtig van de vorige eeuw. Toen ging de jonge Abdelkader naar Marokko, waar hij van een oom voor het eerst de verhalen over Granada hoorde. De man kan ontzettend goed vertellen. De verhalen zijn een toneelstukje op zich. Oom maakt poppetjes van zand, vangt octopus en roostert de lekkernij. In zijn verhalen zit heel veel visserslatijn. De jonge jongen smulde hiervan. Met de Arabisch klinkende muziek van Chris Saris op de achtergrond ga je in gedachten mee naar het Marokkaanse strand, samen met die spannende oom en de jongen die aan zijn lippen hangt.

De andere wereld is het Granada van voor, tijdens en na de val. Daar spelen zich de verhalen van de oom af. De vraag of Granada zal vallen houdt de bewoners al langer bezig, vooral de moslims en de Joden. Die voelen het onheil naderen. Als toeschouwer word je deelgenoot gemaakt van allerlei situaties. Je proeft het goede leven van voor de val en de faam die Granada ten deel viel, gevolgd door de onzekere toekomst. Sommige burgers hadden er alle vertrouwen in dat Granada stand zou houden, maar dat lukte niet.

De val van Granada ging gepaard met cultuurvernietiging. Alle huizen, instellingen en bibliotheken werden onderworpen aan een grondige huiszoeking. Ieder teken van het Jodendom en de islam moest worden vernietigd. Alle boeken over deze onderwerpen werden naar een plek gebracht waar ze in brand werden gestoken. Vanaf dat moment was het in het bezit hebben van dergelijke boeken of voorwerpen verboden. Een Joodse man laat zich braaf met zijn kinderen christelijk dopen. Maar of ze dan ook christen zijn? De reacties uit de zaal spreken boekdelen.

De techniek zorgt ervoor dat het publiek getuige is van een bijna levensechte brandstapel

Doorlopend iets te zien

Tijdens de voorstelling is er doorlopend iets te zien, ook als er even niets verteld wordt. Dat is te danken aan de samenwerking tussen Benali en Hotel Modern. De twee hebben eerder samengewerkt voor de televisieserie Jan Janszoon (NTR), die is uitgezonden in februari 2024. Benali trad daar op als verteller. Hij raakte in gesprek met de makers van Hotel Modern over de rijke culturele en religieuze uitwisseling tussen Noord-Afrika en Europa. Zo ontstond vervolgens het idee om ook samen De val van Granada te gaan maken.

Hotel Modern brengt in die voorstellingen met allerlei technieken, zoals maquettes die op een scherm worden geprojecteerd, het verleden tot leven. Dat maakt de voorstelling levendig. Hotel Modern verzorgde ook een deel van de teksten. Op het toneel staat een wit scherm waarop veel van de maquettes sterk uitvergroot in het zwart worden geprojecteerd. Het kunnen voorwerpen zijn die met het verhaal te maken hebben, van dienblad tot huizenblok, maar ook denkbeeldige dieren zoals vlinders, vogels en inktvis – wat eind vijftiende eeuw gold als een lekkernij. De geschiedenis wordt theatraal gebracht, maar de voorstelling blijft trouw aan de historische feiten.

Triest einde

Aan het einde van de voorstelling laten de nieuwe machthebbers hun ware gezicht zien. De tijd van aanpassing is voorbij. Wie nog dingen doet die verwijzen naar iets anders dan het christelijke leven, kan op de ergst mogelijke maatregelen rekenen, met als uitschieter de brandstapel. Helaas geen uitzondering. Je ziet de overgang van een moderne, tolerante en hoogstaande islamitische samenleving naar een katholieke eenheidsworst. Niemand mag meer afwijken van de christelijke norm, wat tot in de kleinste details wordt geregisseerd. Alles wat ook maar ruikt naar iets anders is verdacht. De brandstapel is nooit ver weg, ongeacht hoe welgemeend mensen excuses aanbieden voor een zogenaamde ‘misstap’. De techniek zorgt ervoor dat het publiek getuige is van een bijna levensechte brandstapel. Zo brengt de voorstelling op een niet alledaagse manier de geschiedenis tot leven.

CvRM waarschuwt voor wetsvoorstel dat organisaties dwingt om donaties openbaar te maken

0

Op 20 maart stemt de Tweede Kamer over de ‘Wet transparantie maatschappelijke organisaties’ (Wtmo), die organisaties verplicht grote donaties en financiële gegevens openbaar te maken. Het College voor de Rechten van de Mens waarschuwt dat de wet het recht op vrijheid van vereniging kan beperken.

Kort gezegd gaat de wet over de regels voor het ontvangen van donaties uit het buitenland, met als doel buitenlandse beïnvloeding tegen te gaan. Een ander deel van de wet richt zich op stichtingen en de risico’s van financieel-economisch misbruik, zoals witwassen en terrorismefinanciering.

Burgemeesters, het openbaar ministerie en andere aangewezen overheidsinstanties moeten de bevoegdheid krijgen om bij een maatschappelijke organisatie gericht navraag te doen naar buitenlandse giften. Het wetsvoorstel werd al in 2020 ingediend door toenmalig minister voor Rechtsbescherming Sander Dekker.

Naast de Raad van State is ook het College zeer kritisch over het wetsvoorstel en zou deze juist de democratische rechtsstaat kunnen bedreigen. Ten eerste omdat er geen wettelijke grondslag voor lijkt te zijn, schrijft het in een brief deze week. ‘Ondanks het advies van de Raad van State om hier duidelijkheid over te scheppen, is er geen eenduidige interpretatie van het begrip ‘een maatschappelijke organisatie die activiteiten ontplooit die erop gericht zijn de Nederlandse democratische rechtsstaat of het openbaar gezag (klaarblijkelijk dreigen te) ondermijnen. Welke activiteiten of wat voor type organisatie het betreft, is onduidelijk.’

Bovendien biedt het wetsvoorstel geen waarborgen voor het recht op bescherming van privacy. ‘Donoren worden verplicht om persoonsgegevens te verstrekken, ongeacht of daar een gerechtvaardigde reden voor is’, stelt het College. ‘Als burgemeesters de bevoegdheid krijgen om informatie over religieuze en filosofische overtuigingen te verwerken, kan dat maatschappelijke organisaties met een religieus of filosofisch karakter buitenproportioneel raken. Daarmee kan dan ook het recht op vrijheid van godsdienst of levensovertuiging in het geding komen.’

‘In een democratische rechtsstaat is het van groot belang dat er ruimte is voor maatschappelijke organisaties om zich te verenigen en zich uit te spreken. Zij brengen mensen bij elkaar en moeten kunnen deelnemen aan het publieke debat om de stem van iedereen te laten horen. Dat is in het belang van burgers, en ook in het belang van de overheid bij een goed functionerende rechtsstaat. Wetgeving die deze organisaties belemmert bij het spelen van hun rol, staat daarmee op gespannen voet’, zo luidt de conclusie.

VNG: schrappen voorrangsregel voor statushouders is onuitvoerbaar

0

Door te stoppen met voorrang op huisvesting voor asielzoekers, zal de asielketen nog meer vastlopen en daar zullen de gemeenten de gevolgen van ondervinden, zegt de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG).

Het wetsvoorstel van minister Marjolein Faber is volgens de VNG dan ook onuitvoerbaar. ‘Als we mensen niet huisvesten, verlaten ze de asielzoekerscentra niet, waardoor er geen doorstroom is en er een groot probleem ontstaat in Ter Apel. Asielzoekers, die wellicht getraumatiseerd zijn, gaan dan rondzwerven op straat en kunnen problematisch gedrag vertonen’, zei VNG-voorzitter Sharon Dijksma in tv-programma Buitenhof afgelopen zondag.

Daarnaast zullen gemeenten allerlei problemen krijgen, verwacht de VNG. Veel statushouders zullen alsnog proberen aanspraak te maken op andere urgentieregelingen, wat weer voor administratieve drukte bij gemeenten zorgt. Ook moet er meer toezicht en handhaving komen. Bovendien is er geen grip op het aantal statushouders, waardoor het lastig zal zijn om te anticiperen op het aantal inburgeraars, waarvoor gemeenten budget aanvragen bij de overheid.

Statushouders, die opeens zelf moeten zorgen voor onderdak, zullen belanden in ondermaatse huisvesting, in de maatschappelijke opvang of in het ergste geval: dakloos worden, verwacht de VNG.

‘Het gekke is dat PVV-stemmers waarschijnlijk hebben gestemd op deze partij omdat ze bang waren voor overlast van asielzoekers en de onbeheersbare migratiestroom in dit land. Maar dit beleid jaagt dit juist aan’, zei Dijksma. Volgens haar is dit maar moeilijk uit te leggen aan de minister. ‘We praten wel, maar we vinden elkaar niet.’

Turkse droneaanval in Noord-Syrië doodt Koerdisch gezin

0

Bij een Turkse droneaanval in de Noord-Syrische stad Kobane zijn zeker negen Koerdische burgers omgekomen. Het gaat om een echtpaar en hun zeven kinderen. Dit meldt het X-account van de Koerdische strijdgroepencoalitie SDF, die beelden van de lichamen heeft gedeeld.

Ook zijn twee andere familieleden van het gezin gewond geraakt bij de aanval.

De aanval komt op een gevoelig moment. In Turkije vinden vredesgesprekken plaats tussen Koerdische en Turkse partijen. Zo is vandaag de pro-Koerdische Dem-partij op bezoek bij de extreemrechtse MHP.

Dem heeft de aanval op sociale media in ‘de strengste bewoordingen’ veroordeeld en ziet het als ‘sabotage’ van het nieuwe vredesproces. ‘Deze massamoord is een oorlogsmisdaad die het geweten van de mensheid ten diepste verwondt’, aldus het partijbestuur.

De Turks-Koerdische toenadering vindt plaats onder hoge spanning, vooral door de ontwikkelingen in Syrië. SDF-leider Abdi Kobane ondertekende recentelijk een akkoord met de door Turkije gesteunde Syrische regering, een dag nadat alawieten slachtoffer werden van sektarische slachtingen in Latakia en Tartous.

Deze boeken laten zien hoe een democratie ten onder gaat

0

‘Zo komt het fascisme naar Amerika – niet met laarzen en saluutschoten, maar met een televisie-oplichter, een nep-miljardair, een schoolvoorbeeld van een narcist die inspeelt op volkswoede en onzekerheden, terwijl een hele nationale politieke partij – uit ambitie, blinde loyaliteit of angst – zich achter hem schaart.’

Deze beschrijving, gepubliceerd in The Washington Post in 2016 door historicus Robert Kagan, een voormalig Republikein, bleek profetisch. Nu we de derde maand van Trumps terugkeer naar het presidentschap ingaan, wakkeren zijn acties alleen maar de angst aan voor een wereldwijde golf van fascisme.

Wat we wél weten, is dat democratie sinds de Koude Oorlog de enige duurzame regeringsvorm is gebleken, bedoeld als fundament voor een wereldorde gebaseerd op waarden. Toch is die visie een illusie gebleken. Rechten, vrijheden en optimisme over de toekomst vervagen langzaam maar gestaag.

Keert het fascisme terug op plekken waarvan we dachten dat ze immuun waren? Herhaalt de geschiedenis zich? Welke gevolgen kunnen we verwachten nu neo-barbaren via de stembus aan de macht komen?

Mijn vooruitzicht is somber, omdat ik dit proces uit eerste hand heb zien ontvouwen. In Turkije ontstond, zoals Kagan het beschreef, een sadistische staatsstructuur die werd gevoed door intolerantie. Sinds de Gezi-parkprotesten – een cruciaal moment – heb ik gezien hoe het autoritarisme zijn greep verstevigde. Mijn ervaringen brachten me ertoe om Die Hoffnung stirbt am Bosporus (2018), de hoop sterft aan de Bosporus, te schrijven terwijl ik in ballingschap was.

Mijn verhaal was onvermijdelijk somber: niet alleen over hoe islamisten en ultranationalisten de macht grepen, maar ook over hoe de oppositie – verdeeld door interne vijandigheid – een historische kans verspeelde om Turkije richting democratische hervormingen te sturen. Het boek beschrijft deze totale nederlaag en de gevolgen ervan, waardoor de Turkse samenleving zich nu in een hulpeloze staat bevindt, vergelijkbaar met Venezuela. Nog tragischer is dat de meeste Turken de realiteit niet onder ogen willen zien en liever zondebokken zoeken dan hun eigen rol erkennen. Herinnering is een ongemakkelijk woord.

‘Zij die het verleden niet herinneren, zijn gedoemd het te herhalen’, schreef historicus George Santayana. De dreiging van autoritarisme doemt vandaag de dag opnieuw op en vertoont griezelige parallellen met het verleden. Nergens is dit duidelijker dan in de Verenigde Staten, waar Trump ongekende stappen zet om de basis te leggen voor een despotisch bewind. Zijn wraakzuchtige retoriek, openlijke minachting voor democratische instituties, expansionisme en puur transactionele politiek wijzen allemaal op een gevaarlijke verschuiving. De gevolgen strekken zich uit naar Europa – het is de hoogste tijd om ons voor te bereiden op de nachtmerrie die voor ons ligt.

Routekaart voor de democratie

Mijn boek was misschien een vroege waarschuwing, een noodsignaal van de tijdgeest. Meer academisch gezien bood Timothy Snyder’s On Tyranny (2017) een soortgelijke waarschuwing. Trumps benadering sluit aan bij de bevindingen van twee andere recente boeken: Anne Applebaum’s Autocracy, Inc. (2024) en Marcel Dirsus’ How Tyrants Fall (2024). Deze werken onderzoeken hoe moderne autocraten macht consolideren – en cruciaal: hoe ze kunnen worden bestreden. Samen schetsen ze een huiveringwekkend beeld van sluipend autoritarisme, maar bieden ze ook een routekaart voor wie vastbesloten is de democratie te beschermen.

Applebaum’s Autocracy, Inc. laat zien hoe moderne machthebbers, ongeacht hun ideologische façade, één gemeenschappelijk doel hebben: macht en rijkdom vergaren. Van Chávez’ strategische corruptie in Venezuela tot Poetins doelbewuste inzet van conservatieve retoriek om verdeeldheid te zaaien in westerse democratieën, ze onthult de transactiegedreven aard van autocratisch bewind.

Deze regimes, hoe cultureel en politiek verschillend ook, ondersteunen elkaar in een web van wederzijdse versterking. Wanneer de ene dictator met sancties wordt geconfronteerd, schiet een andere te hulp met financiële reddingsboeien of surveillancetechnologie, zodat hun onderdrukkende systemen in stand blijven. Applebaum waarschuwt dat autocraten niet alleen een bedreiging vormen voor hun eigen landen – hun corruptie sijpelt democratieën binnen, vergiftigt instituties en manipuleert het publieke debat. Trumps connecties met buitenlandse autocraten en zijn uitbuiting van juridische mazen voor persoonlijk gewin passen perfect binnen dit model van moderne autoritaire macht.

Gezamenlijk brengen deze boeken een harde realiteit aan het licht: geen enkele democratie is immuun

Dirsus richt zich daarentegen op de kwetsbaarheden van tirannen. In How Tyrants Fall identificeert hij de paradoxen die autoritaire regimes verzwakken. Dictators moeten hun getrouwen belonen, maar tegelijkertijd voorkomen dat ze te machtig worden. Ze vertrouwen op propaganda, maar isoleren zichzelf van eerlijke feedback. Historisch gezien zijn vreedzame opstanden de succesvolste manier geweest om tirannen omver te werpen, maar moderne surveillance maakt verzet riskanter dan ooit. Dirsus waarschuwt dat, hoewel tirannen vaak gewelddadige eindes kennen, het digitale tijdperk nieuwe tactieken vereist voor effectief verzet.

Vanuit het huidige perspectief lijkt hij echter de macht van techoligarchen te hebben onderschat – vooral Elon Musk, Peter Thiel en Jeff Bezos, die erop lijken uit te zijn een politieke verdedigingsmuur op te werpen tegen democratische oppositie wereldwijd.

Hier komt Snyder’s On Tyranny het best tot zijn recht, met praktische strategieën om autoritaire machtsuitbreiding te weerstaan. Zijn twintig lessen – van het verdedigen van instituties en het steunen van onderzoeksjournalistiek tot het actief bestrijden van propaganda en deelnemen aan protesten – vormen een handleiding voor burgers om tirannie tegen te gaan voordat deze zich nestelt. Zijn nadruk op ‘lichamelijke politiek’ – fysiek aanwezig zijn bij demonstraties en betrokken blijven bij civiele processen – onderstreept dat democratie geen abstract begrip is, maar een actieve strijd. Als Trump, of een leider zoals hij, moet worden gestopt, dan moet het verzet zowel intellectueel als fysiek zijn.

Gezamenlijk brengen deze boeken een harde realiteit aan het licht: geen enkele democratie is immuun. Applebaum benadrukt hoe zelfgenoegzaamheid autoritaire invloed laat doorsijpelen, terwijl Dirsus ons herinnert aan de zwakke plekken van dictators. Snyder geeft ons vervolgens de concrete stappen die nodig zijn om democratische achteruitgang te voorkomen – voordat het te laat is.

Hoe Bashar al-Assad van onverwachte leider in een wrede dictator veranderde

0

Bashar al-Assad had nooit gedacht leider van Syrië te worden, maar na de dood van zijn broer volgde hij zijn vader op. In plaats van veranderingen bracht hij onderdrukking en oorlog. Zijn harde aanpak leidde uiteindelijk tot de val van zijn regime, schrijft Roos Wagener.

Bashar al-Assad had nooit gedacht dat hij de leider van Syrië zou worden. In zijn jongere jaren was hij een verlegen, bescheiden jongen met weinig interesse in de politiek. Hij studeerde geneeskunde en specialiseerde zich later als oogarts in Londen. Nee, de troonopvolger was zijn oudere broer Basel.

Vader Hafez, die al sinds 1970 met harde hand het land regeerde, voedde Basel, een typische macho die dol was op vrouwen en snelle auto’s, op met het idee dat hij de nieuwe leider van Syrië zou worden. Alles veranderde in 1994, toen Basel overleed in een auto-ongeluk. Hoewel Hafez eigenlijk het liefste zijn enige dochter, Bushra, als opvolger wilde benoemen, wist hij dat de conservatieve Syrische maatschappij geen vrouw als leider zou accepteren. Dus koos Hafez voor zijn tweede zoon als opvolger. Het was een opvallende keuze; Hafez had nooit een hoge pet op van de onopvallende Bashar, die weinig tot geen charisma of leiderschapskwaliteiten bezat. Maar Hafez’ besluit stond vast. In 2000, na zijn overlijden, werd Bashar al-Assad de nieuwe dictator van Syrië.

Zwakke persoonlijkheid

De wereld hoopte dat Bashar zijn volk meer vrijheid zou geven dan zijn vader. Maar dat viel tegen: het Syrische regime bleef extreem repressief en van enige vorm van vrijheid van meningsuiting was geen sprake. De foto’s van Hafez, die overal te vinden waren in het land, bleven staan of werden vervangen door foto’s van Bashar. Bashar was lang niet zo goed in het zijn van een dictator als zijn vader. Waar Hafez, een selfmade man uit een arm gezin, intelligent en genadeloos was, was Bashar als dictatorszoon in extreme weelde opgegroeid en had hij een veel zwakkere persoonlijkheid.

Onder Bashar werd de groep loyalisten van het regime steeds kleiner. Bashar probeerde de economie in Syrië te liberaliseren, maar dit lukte niet goed. Toen er droogte kwam, werden de levensomstandigheden van de rurale soennitische onderklasse, lang onderdrukt door de alawitische Assad-familie, steeds slechter. Geïnspireerd door de Arabische Lente in 2011 besloten zij de straat op te gaan. Hoewel de buurlanden en verschillende adviseurs van Bashar hem smeekten om enige concessies te doen aan de demonstranten, koos Bashar voor de andere weg.

Syrië veranderde langzaam in een dood land, waarin geen hoop meer was

Toen hij twaalf was, in 1982, had zijn vader een opstand van de Moslimbroeders in Hama weten te stoppen door Hama volledig plat te bombarderen. En had Bashar niet altijd geleerd dat hij net als zijn vader moest zijn? Dus sloeg hij de opstanden met extreem veel geweld neer. Toen er jongetjes gruwelijk werden gemarteld wegens het schrijven van teksten tegen het regime, besloot ook de middenklasse in de steden te gaan demonstreren. Wat er daarna gebeurde, is inmiddels een bekend verhaal: een gruwelijke oorlog waarbij het leek alsof de helft van de wereld zich ermee bemoeide, zonder dat iemand het immense leed kon stoppen.

De gevolgen van deze oorlog zijn enorm geweest: een miljoen doden, de grootste vluchtelingencrisis sinds de Tweede Wereldoorlog en de opkomst (en val) van de Islamitische Staat, die terreur en ellende veroorzaakte in een extreem groot aantal landen. Het leger van Assad, geplaagd door corruptie en overlopers, leek al vroeg de oorlog te verliezen. Maar dankzij militaire interventies van bondgenoten Iran, Hezbollah en later ook Rusland wist Assad toch met veel geweld weer belangrijke steden terug te veroveren. Wat volgde was een bevroren conflict, terwijl het leven in Syrië steeds moeilijker werd. Iran en Rusland hadden wel de militaire capaciteiten gehad om het regime te redden, maar niet de economische kracht.

Toen Amerika strenge sancties oplegde, stortte de economie, toch al zwak door de jarenlange oorlog en corruptie, volledig in elkaar. De bommen waren dan misschien opgehouden, maar voor het overgrote deel van de Syriërs werd het onmogelijk om een normaal leven te leiden. De kapotgeschoten steden werden niet heropgebouwd, 90 procent van de bevolking leefde onder de armoedegrens, kon zijn eten niet meer betalen en had slechts 1 à 2 uur elektriciteit per dag. De miljoenen vluchtelingen in buurlanden weigerden om terug te keren en woonden liever in tenten dan onder Bashar.

Misschien wel het meest cruciaal was de bevolking die wel in het land was gebleven en altijd loyaal aan het regime was geweest. Zij hadden verwacht dat de situatie zou verbeteren toen Bashar weer grote delen van het land in handen had. Maar dit gebeurde niet. Syrië veranderde langzaam in een dood land, waarin geen hoop meer was.

Idlib

Idlib, een van de meest conservatieve en achtergestelde plekken van Syrië, was in 2015 in handen gevallen van de rebellen. In tegenstelling tot de andere steden werd dit gebied niet terugveroverd door het regime. Idlib was de plek waar de Syriërs die weigerden onder het Assad-regime te leven, met groene bussen naartoe werden geëvacueerd. Het was geen pretje om in Idlib te wonen. Het was er overbevolkt met Syriërs uit alle uithoeken van het land, de machthebbers waren streng-islamitische milities die constant ruzie met elkaar leken te hebben en het gevaar van Russische bombardementen was nooit ver weg. Maar in tegenstelling tot de rest van Syrië wist dit gebied zich wel te ontwikkelen. De streng-islamitische overheid was hierbij een voordeel: de machthebbers waren vromer en minder corrupt. Dat het gebied flink gesteund werd door Turkije hielp ook. Maar het grootste verschil met het regime was dat de rebellen wel een visie hadden voor Syrië, iets wat er in de rest van het land niet meer was.

Jolani begreep dat HTS een milder imago moest hebben om geaccepteerd te worden

De HTS-militie in Idlib wist zijn macht te consolideren onder leider Mohammed al-Jolani. Jolani was ooit een jihadist die had gevochten in Irak en daar in de gevangenis connecties had met radicale extremisten in zowel Al Qaida als Islamitische Staat. Maar Jolani begreep dat HTS een milder imago moest hebben om geaccepteerd te worden. Dus maakte hij langzaam van HTS een groepering die meer acceptabel was, door te breken met Al Qaida en de terugkeer van verdreven minderheden naar Idlib toe te staan. Ondertussen schakelde hij zijn politieke tegenstanders uit.

Bliksemoffensief

Terwijl de wereld op het punt leek te staan om weer diplomatieke banden te herstellen met het regime van Bashar, werd er in Idlib door HTS een plan gemaakt om het hele land te veroveren. Iran, Rusland en Hezbollah waren ernstig verzwakt door hun oorlogen met Oekraïne en Israël, en dus grepen ze hun kans. Het ging makkelijker dan ze ooit hadden durven dromen. Het Syrische leger, dat grotendeels uit slechtbetaalde dienstplichtigen bestond, gaf zich massaal over. De bondgenoten die ooit zo cruciaal waren voor het behoud van het regime, hadden niet meer de capaciteiten en niet meer de wil om Bashar te redden. Na een bliksemoffensief van acht dagen vluchtte Bashar naar Rusland en viel het regime.

Bashar al-Assad zal niet alleen de geschiedenis ingaan als een wrede dictator, maar ook als een slechte dictator. Keer op keer kreeg hij kansen om zijn regime te redden. Aan het begin van de opstand had hij enige concessies kunnen doen aan de demonstranten. In plaats daarvan besloot hij olie op het vuur te gooien. Later leek het regime gered door de militaire interventie van Rusland in 2015, maar hij volgde niet het advies van Poetin om met de oppositie te gaan praten. De dictatuur werd misschien nog wel wreder.

Laten we hopen op een Syrië dat in de toekomst beter is.

Armenië en Azerbeidzjan zetten eerste stap richting vrede

0

Tussen Armenië en Azerbeidzjan, die al decennialang officieel in conflict zijn sinds de onafhankelijkheid van de Sovjet-Unie, is een zogenoemde ‘voorwaardenovereenkomst’ gesloten die uiteindelijk tot een vredesverdrag moet leiden. Zo meldt de Turks-Armeense krant Agos.

Een gezamenlijke persverklaring met Armeense en Azerbeidzjaanse delegaties was, volgens Agos, voor de Azerbeidzjanen nog een brug te ver. Eerst kwam er een Azerbeidzjaanse verklaring vanuit het ministerie van Buitenlandse Zaken en niet veel later volgden ook de collega’s in Yerevan, de Armeense hoofdstad.

‘De Armeense republiek en de Azerbeidzjaanse republiek hebben een akkoord bereikt over de voorwaarden om tot een verdrag van vrede en interstatelijke betrekkingen te komen’, stond in beide persverklaringen.

Het is nog onbekend welke ‘voorwaarden’ dat zijn, dat is niet bekendgemaakt. Wel is bekend dat Azerbeidzjan zich al enige tijd stoort aan verwijzingen naar Nagorno-Karabakh, waar in de jaren negentig en in 2020 en 2022 een bloedige strijd over is gevoerd met duizenden doden en vluchtelingen tot gevolg, in de Armeense grondwet.

‘De (aan Azerbeidzjaanse zijde) gewenste wijzigingen daarover zullen in een volgende fase besproken moeten worden’, aldus Ceyhun Bayramov, de Azerbeidzjaanse minister van Buitenlandse Zaken.

Volgens Agos zou Azerbeidzjan pleiten voor het opheffen van de Minsk-groep, waar naast Armenië en Azerbeidzjan ook Frankrijk, Rusland en de VS als co-voorzitters deelnamen. De Minsk-groep was opgericht om een oplossing te vinden voor de Nagorno-Karabakh-kwestie, een Armeense enclave, waar de Armeense gemeenschap na de Azerbeidzjaanse overwinningen is gedeporteerd.

Opvallend is dat het nieuws van een mogelijk vredesverdrag tussen Azerbeidzjan en Armenië een dag komt nadat de Armeense premier Nikol Pasinyan heeft gezegd dat ‘de internationale erkenning van de Armeense genocide in 1915’ niet meer tot een van de prioriteiten behoort in de Armeense buitenlandse politiek.

Al met al lijkt Armenië, terwijl het Westen en Rusland bezig zijn met de oorlog in Oekraïne, steeds meer in de greep te komen van de Turkse buurlanden.