Het valt niet te ontkennen dat de parade van 3 september op het Tiananmenplein, waarmee China het 80-jarig jubileum van de overwinning op Japan en het einde van de Tweede Wereldoorlog vierde, buitengewoon indrukwekkend was. Er waren meer dan 10.000 militairen die in strakke pas en volkomen synchroon marcheerden, meer dan 100 gevechtsvliegtuigen raasden over dit Plein van de Hemelse Vrede. Daarnaast werd de natie en de wereld een heel scala aan nieuwe bewapening getoond. Het geheel duurde meer dan een uur en was adembenemend.
Tien jaar geleden, toen wij net in Hongkong woonden, volgde ik deze parade ook met open mond. Nu besef ik hoeveel er in tien jaar veranderd is. In 2015 was de boodschap van China: wij staan voor vrede, en als bewijs daarvan werd aangekondigd dat het leger met 300.000 manschappen zou inkrimpen. De boodschap die China nu uitzendt, is een geheel andere: China is militair onafhankelijk en bepaalt zelf zijn rol op het geopolitieke toneel. Dit is een glashelder signaal aan Taiwan en de liberale democratieën.
China bepaalt zelf zijn rol op het geopolitieke toneel
Want ook het bordes zond op 3 september een niet mis te verstane boodschap uit. Naast Xi Jinping zaten Vladimir Poetin van Rusland en de Noord-Koreaanse leider Kim Jong-un. Kort daarvoor hadden deze drie ook nog de hand geschud van de Indiase leider Narendra Modi. Die was wel aanwezig bij de bijeenkomst van de Shanghai Cooperation Organization die op 1 september plaatsvond. En ook al was hij niet bij de parade, ook dat signaal was duidelijk. Nu de Verenigde Staten India tarieven opleggen van 50 procent, haalt India de banden met China openlijk aan. En zo kwamen daar in China ‘de draak, de olifant en de beer’ bij elkaar. Deze kleine dierentuin (China, India en Rusland) is samen goed voor 40 procent van de wereldbevolking en 25 procent van de wereldeconomie. Minzaam glimlachten de heren en ze maakten duidelijk: dit is de nieuwe wereldorde, wij pakken onze ruimte. Wen er maar aan.
VS ziet weinig in zachte krachten
Ook bij UNESCO, de VN-organisatie voor wetenschap, onderwijs, communicatie, kunst en cultuur, is het duidelijk dat er sprake is van veranderende verhoudingen. Op 22 juli jl. kondigden de Verenigde Staten aan zich, voor de derde keer, terug te trekken uit UNESCO. De reden die de regering-Trump hiervoor geeft, is dat de organisatie ‘woke’ is. Sowieso ziet de VS heel weinig in de zachte krachten waar UNESCO voor staat, zoals culturele diplomatie en het bevorderen van alles wat mensen verbindt vanwege het pure feit dat ze mens zijn.
Dit terugtrekken van de VS heeft natuurlijk financiële consequenties, maar misschien nog veel belangrijker is dat er een vacuüm ontstaat waar China graag instapt. Allang heeft China door wat veel andere landen nog niet doorhebben: dat de zachte krachten en culturele diplomatie juist nu, in een wereld van conflict, van groot belang zijn. Dat je, door je daarvoor in te spannen, als land internationaal een positief imago opbouwt en aanzien verwerft.
China zal nu zijn budget verhogen en, omdat wie betaalt bepaalt, zal China meer topfuncties opeisen. En daarmee diplomatieke en dus ook politieke invloed. Het past allemaal bij wat we op 3 september zagen: de wereldorde is veranderd.
Voor een deel is het ook terecht dat landen als China en India een dikkere vinger in de internationale pap krijgen. Neem UNESCO. In 2022 was China goed voor 15 procent van het budget en bekleedde 1.600 staffuncties. De VS was goed voor 22 procent van het budget en kreeg ruimte voor 15.000 stafleden.
Ook wij in Europa zullen moeten erkennen dat het tijd is voor eerlijker verhoudingen
Ook bij andere internationale instellingen is deze scheve verhouding merkbaar. En dat past niet, als we het aandeel in wereldbevolking en -economie serieus zouden nemen. Nog afgezien van Rusland, India en China: de BRICS+-landen samen zijn volgens de laatste cijfers van het IMF en de samenvatting van de laatste BRICS-top (juli 2025) goed voor 54,6 procent van de wereldbevolking en 44 procent van het wereld-BBP (Gross Domestic Product).
Ook wij in Europa zullen moeten erkennen dat het tijd is voor eerlijker verhoudingen. En een show zoals die van 3 september op het Plein van de Hemelse Vrede, van militair machtsvertoon en politieke samenwerking, moet ons de ogen openen. De wereldorde is veranderd, autoritaire regimes zenden niet meer een boodschap van vrede uit, maar testen de liberale democratieën. Nu gebeurt dat nog op tribunes en in parades, maar het signaal is duidelijk.
Als het ons, als liberale democratieën, serieus is met mensenrechten en de waarden van de democratische rechtsstaat, zullen wij bereid moeten zijn die te verdedigen. Dat betekent samenwerken, krachten bundelen en, nu vroegere bondgenoten wegvallen, nieuwe allianties aangaan met landen in het Mondiale Zuiden die ook voor deze waarden staan.
Ik hoop van harte dat visies op de geopolitieke uitdagingen deel uit zullen maken van de komende verkiezingsdebatten. Omdat onze keuze op 29 oktober ook door deze visies bepaald moet zijn.
Nu u hier toch bent...
Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.
Vertel mij meer!