Afgelopen maanden hebben veel zwarte Nederlanders onbetaald emotionele arbeid verricht voor de Nederlandse samenleving. Dankzij de wereldwijde golf van antiracisme-protesten stonden de ogen van de samenleving ineens op hen gericht. In persoonlijke kringen werd ineens van zwarte Nederlanders verwacht hun ervaring met racisme te delen. Voor de zoveelste keer moesten zij aanhoren dat hun witte vrienden ‘onwetend’ en ‘niet bewust’ van hun privileges waren. Soms kregen zwarte Nederlanders excuses aangeboden, van vrienden en collega’s die zich ooit racistisch hebben uitgedrukt of gedragen.
Zwarte Nederlanders mochten ineens massaal bij radio- en televisieprogramma’s aanschuiven. Ze werden uitgebreid door kranten geïnterviewd. Ze mochten zelfs in het Torentje het gesprek aangaan met de minister-president. Deze collectieve aandacht zorgde ervoor dat de pijn van zwarte Nederlanders gratis tentoongesteld werd. Ze mochten hun pijn, woede en frustraties met de rest van Nederland delen.
Dit is een veelzeggend patroon in de Nederlandse samenleving. Zwarte mensen kunnen bij belangrijke tafels aanschuiven, maar vooral als het over racisme, entertainment of sport gaat. Ze treden zelden op als deskundigen of bestuurders. Hun zwarte lichamen en de daaraan gekoppelde ervaringen en emoties zijn interessanter, niet hun brein en professionele vaardigheden.
Emotionele arbeid is een dienst waarbij het gebruikmaken van jouw emotie centraal staat. Het is vaker onzichtbaar, en krijgt daardoor weinig tot geen maatschappelijke waardering. Sommige groepen krijgen uiteraard wel betaald voor hun emotionele arbeid – denk hier aan de ober, de receptionist en de acteur, bij wie het strategisch inzetten van emotie een belangrijk onderdeel vormt van hun werk. Toch krijgt het overgrote deel in de samenleving niet betaald voor hun emotionele arbeid.
Denk aan die zwarte vriend die voor de zoveelste keer, op de gekste momenten, de eigen ervaringen over racisme moet uitleggen. Of aan al die Afro-Nederlanders die gratis koffie dronken, bij televisieprogramma’s aanschoven en interviews aan kranten gaven om de rest van Nederland duidelijk te maken dat zij, ondanks hun zwarte huidskleur, ook mensen van vlees en bloed zijn, en dus erkenning en respect verwachten.
Volgens de Afro-Amerikaanse schrijfster Toni Morrison leidt racisme in essentie tot afleiding. Racisme houdt je tegen om jouw werk te doen, want het dwingt je telkens weer om jouw bestaansrecht uit te leggen. Met andere woorden: racisme zorgt ervoor dat mensen reageren in plaats van regeren. Een meesterwerk schrijven, een chef-kok worden, een uitstekende vader worden – het zijn zaken die mensen ambiëren als ze de kans krijgen meesters van hun eigen levens te worden.
We vergeten het te vaak, maar praten over racisme is bijna een fulltime baan voor sommige mensen
Racisme is één grote afleiding, omdat het mensen de keuze ontneemt om echt vrij te zijn. Racisme leidt ertoe dat mensen reageren en gratis emotionele arbeid verrichten, in plaats van doen wat ze eigenlijk willen doen.
Ik heb de afgelopen maanden van dichtbij gezien hoe vrienden en bekenden in de knoop kwamen, omdat ze naast hun werk ook allerlei interventies in de media moesten doen over racisme. We vergeten het te vaak, maar praten over racisme is bijna een fulltime baan voor sommige mensen. Het zuigt niet alleen tijd op, maar ook energie.
Daarom wil ik een prangende vraag stellen: kunnen wij een samenleving bouwen waarin de emotionele arbeid van zwarte Nederlanders en andere ‘minderheidsgroepen’ fiscaal wordt gecompenseerd? Het is helemaal geen gekke gedachte als zwarte Nederlanders na een emotioneel gesprek over racisme en huidskleur meteen een betaalverzoek naar hun toehoorders sturen. Ik weet dat dit geen structurele problemen oplost, maar het lijkt mij een aantrekkelijke gedachte. Racisme stinkt, geld niet.
Nu u hier toch bent...
Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.
Vertel mij meer!