10.5 C
Amsterdam

Hechten veel Turkse Nederlanders wel aan democratie?

Thomas von der Dunk
Thomas von der Dunk
Publicist. Cultuurhistoricus.

Lees meer

Stel, je bent tientallen jaren geleden, vaak op jonge leeftijd, van je eigen land naar een ander land verhuisd. Daar heb je een partner gevonden – soms ook uit je oude land afkomstig, soms uit het nieuwe. Je hebt er kinderen gekregen, die daar zijn opgegroeid en voor wie dat daarom hun vanzelfsprekende thuis is.

Jouw land van herkomst kennen ze alleen nog van vakantie. Niet alleen je nageslacht heeft de nationaliteit van het land waar ze hun hele leven hebben gewoond, jijzelf hebt dat ook, want ook jouw leven speelt zich daar elf van de twaalf maanden af.

Zeker, je hebt daarnaast het paspoort van je moederland aangehouden, en soms beschikken je hier geboren kinderen daar eveneens over. Dat was mede omdat je zelf misschien straks, ooit, na je pensioen, weer terug wilt, om daar je oude dag door te brengen. Met die aanname in het achterhoofd ben je indertijd ook van land gewisseld.

Tijdelijk, dat was toen het idee. Maar jaren werden decennia en de kans dat je terugkeert wordt steeds kleiner. Een enkeling doet het inderdaad. De meesten echter uiteindelijk niet, want een groot deel van hun verleden – inclusief hun nageslacht – ligt inmiddels niet meer daar, maar hier. De expat is feitelijk een emigrant geworden.

En dan zijn er in je land van herkomst verkiezingen. Een paspoort van dat land geeft je het recht om óók te stemmen. Wat doe je dan?

U denkt, met de actualiteit in het achterhoofd, en tevens door de kop boven deze column gestuurd, nu vast aan Turkije en Turkse migranten.

Dat kan. Maar ik had het bovenstaande niet zonder reden zo abstract geformuleerd. Want je kunt ook aan Nederlanders denken die al tientallen jaren in de Verenigde Staten wonen, daar hun leven hebben opgebouwd, daar met een inboorling zijn getrouwd, zich daar hebben voortgeplant. Ook die denken soms nog steeds ooit terug te keren.

Ze waren recent in het nieuws, want ze dreigden na zo lange afwezigheid hun Nederlandse nationaliteit en daarmee hun Nederlandse stemrecht te verliezen. Zij wilden mee kunnen beslissen of Den Haag na dertien jaar nog wel met Rutte verder moet, zoals de Turkse diaspora over de vraag of Ankara dat nog na twintig jaar wel moet met Erdogan.

‘Moet je wel mee willen beslissen over een land waar je allang zelf niet meer leeft?’

Het ging ook hen aan!

En het interessante was: in hun geval werd daar veel begripvoller op gereageerd dan op Turkse migranten die nu nog, al tientallen jaren weg uit Turkije, op grond van dezelfde terugkeer-illusie, dezer dagen op hun Turkse stemrecht staan.

Maar voor beiden is natuurlijk de hamvraag gelijk: moet je wel mee willen beslissen over een land waar je allang zelf niet meer leeft, zodat je niet zelf de beleidsmatige gevolgen van je stem voelt? Een Turkse Nederlander lijdt niet onder Erdogan, een Nederlandse Amerikaan niet onder Rutte, maar hij zadelt de thuisblijvers wel met zijn keuze op.

Verschil is er daarmee tegelijk ook: Erdogan heeft zijn land in een autocratie veranderd, met een machtsmonopolie in de economie en de media. Politieke tegenstanders worden vervolgd, kritische journalisten in de gevangenis opgesloten. Rutte gaat bij hinderlijke opponenten niet verder dan een slijmerig babbeltje.

Daarbij reikt de lange arm van Erdogan ook tot in het buitenland – zodanig, dat velen bang zijn hem te bekritiseren, omdat dat gevolgen voor henzelf of hun in Turkije wonende familieleden kan hebben. Bedreigingen door AKP-stemmers om via verkliklijnen de Grote Baas in Ankara in te lichten zorgen voor een gevoel van onveiligheid.

In dat licht is het extra wrang dat straks bij de tweede ronde van de nu nog onbesliste presidentsverkiezingen diezelfde Turkse diaspora de doorslag ten gunste van Erdogan geven kan, omdat het percentage AKP-stemmers in het buitenland vele malen groter is dan in Turkije zelf.

Opsluiting van opponenten, kneveling van de pers, toenemende onvrijheid, om van vervolging van etnische en religieuze minderheden te zwijgen: wat zijn dat voor Turkse kiezers die, hier zelf in alle vrijheid levend, dat voor Turkije zelf kennelijk niets kan schelen?

Hoe staat het met hun democratisch besef als zij vinden dat een halve dictator het fantastisch doet omdat hij ‘hun’ land weer ‘groot heeft gemaakt’? Hoe zouden we het vinden als pakweg driekwart van de in Europa levende Russen Poetin daarom als daadkrachtig zouden vereren?

Nu u hier toch bent...

Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.

Vertel mij meer!
- Advertentie -