Bijna 10 procent van de Turkse Nederlanders is ondernemer en verdient zo een eigen boterham. In Amsterdam is dat zelfs 25 procent – meer dan bij ‘autochtone’ Amsterdammers en tegenover 2 procent van de Marokkaanse Amsterdammers. We kunnen dus wel stellen dat er iets bestaat als de ‘Turkse ondernemersgeest’. Maar hoe zit het met hun maatschappelijke betrokkenheid?
Onderzoek in opdracht van de Rijksoverheid (2019) laat zien dat de binding van Turkse Nederlanders met Nederland dubbel is; ze voelen zich zowel Turks als Nederlands. In hoeverre zijn Turks-Nederlandse ondernemers bereid maatschappelijk verantwoord te ondernemen en vanuit filantropische overwegingen bij te dragen aan een mooier Nederland?
Ik zal eerst uitleggen wat ik bedoel met ‘filantropie’. Simpel gesteld: het vrijwillig bijdragen aan het algemeen maatschappelijk belang of nut. Het Nederlandse bedrijfsleven geeft in totaal jaarlijks zo’n twee miljard euro uit aan filantropie. In de vorm van het sponsoren van een goed doel (met een tegenprestatie) of het doneren van een deel van de bedrijfsomzet in de vorm van een gift (zonder tegenprestatie). Bedrijven hebben verschillende redenen om te investeren in een beter Nederland. Deze redenen variëren van het willen oppoetsen van het bedrijfsimago tot een oprechte idealistische overtuiging.
Filantropie smaakt het lekkerst als het recht uit het hart komt
Voor goede doelenorganisaties zijn deze financiële bijdragen vanuit het bedrijfsleven van wezenlijk belang om projecten mee te kunnen financieren waarmee de beoogde ‘maatschappelijke impact’, zoals dat in jargon heet, te realiseren. Sommige goede doelen zouden zelfs volledig omvallen als een aantal bedrijven zich zou terugtrekken als financier.
Nu het multiculturele Nederland verkleurt en er steeds meer biculturele ondernemers opstaan, is het interessant om te zien of de mate van ‘bedrijfsfilantropie’ in stand blijft. Met name bij Turks-Nederlandse ondernemers is dat interessant. Turkse Nederlanders vormen de grootste groep biculturele Nederlanders en zijn dus veel vaker actief als ondernemer dan anderen. Tegelijkertijd ervaren Turkse Nederlanders een binding met twee landen, waardoor het ook mogelijk is dat deze ondernemers zich liever in Turkije dan in Nederland filantropisch opstellen.
Ik laat het graag aan wetenschappers en onderzoekers over dit onderwerp nader te bestuderen. Ondertussen richt ik me als directeur-bestuurder van een goed doel, Nationaal Jeugdfonds Jantje Beton, op de dagelijkse praktijk. En in die praktijk rondom buiten spelende kinderen in Nederland ben ik erg blij met een specifieke Turks-Nederlandse ondernemer: Suleyman Gogüs.
Suleyman is een dertiger, vader, echtgenoot en oprichter van vier ondernemingen met in totaal 150 medewerkers. Ik leerde hem in 2015 kennen toen hij finalist was bij ‘The Other Businessman’, een verkiezing voor de beste multiculturele ondernemer van Nederland. Zelf mocht ik toen finalist zijn voor ‘The Other Manager’ en sindsdien hebben we als ex-finalisten contact onderhouden.
Suleyman is onder meer verantwoordelijk voor Sensa Zorg, een interculturele zorginstelling. Vanuit Sensa Zorg wil Suleyman bijdragen aan de natuurlijke omgeving van cliënten (en alle Nederlanders), omdat een groene, natuurlijke omgeving bevorderlijk is voor de gezondheid van de mens. Zo heeft hij geïnvesteerd in een minibos met een inclusieve natuurspeeltuin voor jong en oud, voor kinderen met en zonder beperking. Wie kan er tegen zo’n nobel doel zijn?
Als initiatiefnemer investeert Sensa Zorg samen met enkele andere (grotendeels) Turks-Nederlandse ondernemers € 48.000 in dit project. Daarnaast is Sensa een actie gestart om nog eens € 30.000 te verzamelen.
Ik hoop van harte dat Suleyman Gogüs niet een uitzondering blijkt te zijn onder Turks-Nederlandse ondernemers. Vanuit visie, overtuiging en oprechte maatschappelijke betrokkenheid investeren in een beter Nederland: een good practice die navolging verdient. En eerlijk gezegd niet alleen van Turks-Nederlandse ondernemers, maar van en door iedere ondernemer die daartoe financieel in staat is.
Het is immers de samenleving die bijdraagt aan het economische succes van een onderneming en dan mag je als ondernemer diezelfde samenleving ook iets teruggeven. Zonder verplichting, want filantropie smaakt het lekkerst als het recht uit het hart komt. Welke ondernemer stapt er in de voetsporen van Suleyman?
Nu u hier toch bent...
Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.
Vertel mij meer!