6.9 C
Amsterdam

EU is tegen nieuwe internationale ‘anti-islamofobiedag’ van VN

Lees meer

Frankrijk, de Europese Unie en India hebben eerder deze week bezwaar gemaakt tegen de instelling van een door de Verenigde Naties erkende Internationale Dag ter Bestrijding van Islamofobie. Dit bericht de nieuwssite Middle East Eye.

Dinsdag, precies drie jaar na de aanslag in Nieuw-Zeeland waarbij 51 moslims om het leven kwamen, stemde de Algemene Vergadering van de VN voor een resolutie van Pakistan om 15 maart jaarlijks te herdenken als ‘anti-islamofobiedag’. De islamitische landen steunden de resolutie, evenals, Rusland, dat op dit moment een oorlog voert in Oekraïne, en China, dat de islamitische Oeigoeren onderdrukt.

Frankrijk verzette zich. De Franse VN-vertegenwoordiger beschreef de resolutie als ‘onbevredigend’ en problematisch. Hij stelde dat Frankrijk voor het beschermen van gewetensvrijheid, maar vraagtekens zette bij het uitkiezen van een specifieke religie. Ook heeft Frankrijk moeite met de term ‘islamofobie’, die ‘suggereert ook dat het de religie zelf is die wordt beschermd, niet de gelovigen.’

Zijn zorgen werden gedeeld door de EU-vertegenwoordiger. In een verklaring aan de Algemene Vergadering zei de EU bezorgd te zijn over de wildgroei aan internationale dagen. Daarbij stelde de VN drie jaar terug 22 augustus al in als een internationale dag ‘ter herdenking van de slachtoffers van gewelddadigheden gebaseerd op religie of overtuiging’. Het gaat de EU om het beschermen van individuen, niet van een religie als zodanig, zoals de term ‘islamofobie’ zou suggereren.

India’s permanente vertegenwoordiger riep de VN juist op om niet alleen de islam eruit te pikken maar om ‘religiofobie’ te veroordelen, daarbij verwijzend naar discriminatie van onder meer hindoes en sikhs. Deze groepen zijn, samen met christenen en niet-soennitische moslimminderheden, gemarginaliseerde groepen in Pakistan, dat de ‘anti-islamofobiedag’-resolutie indiende.

Critici beschuldigen Frankrijk en India al langer van ‘staatsislamofobie’. Frankrijk vanwege de secularistische staatsfilosofie en de verharde strijd tegen islamitisch radicalisme; India onder meer vanwege het verbod van het dragen van de hijab op openbare scholen en het antimoslimdiscours van de regerende hindoe-nationalistische partij BJP.

- Advertentie -