15.1 C
Amsterdam

Historicus bekritiseert stilte bij Holocaust- en Genocidestudies over misdaden in Gaza

Lees meer

De Turkse historicus Taner Akçam stelt dat de stilte over Israëlische misdaden in Gaza, of de rechtvaardiging daarvan, bij Holocaust- en Genocidestudies heeft geleid tot een ‘morele ineenstorting’ van het vak. Dit schrijft hij in een artikel voor The Armenian Mirror-Spectator.

Akçam spreekt over Holocaust- en Genocidestudies in het algemeen en noemt geen specifieke universiteiten. ‘Het academische veld, dat ooit de belofte van Nooit Meer uitdroeg, is nu medeplichtig aan het geweld dat het wilde voorkomen’, zegt de Turkse historicus, die belangrijk werk heeft verricht in de erkenning van de Armeense Genocide.

Het wegkijken van de vakgroepen zou voortkomen ‘uit het onvermogen, of de onwil, van een aanzienlijk deel van de Holocaustgeleerden en -instellingen om een standpunt in te nemen’, stelt hij.

Akçam betoogt verder dat Israëlische en Amerikaanse politici dezelfde woorden gebruiken als de daders van de Armeense Genocide, zoals de Ottomaanse politicus Talat Pasha. ‘De parallellen zijn schokkend. Dezelfde strategieën om de Armeense Genocide goed te praten worden nu herhaald’, zegt hij.

Volgens Akçam heeft het neerleggen van de schuld bij de slachtoffers een lange geschiedenis. Dit gebeurde ook tijdens de Armeense Genocide, toen Talat Pasha zei dat de Armeniërs zelf verantwoordelijk waren voor wat er gebeurde.

Tijdens de vredesconferentie van Lausanne in 1923 deed Ismet Inönü, de tweede man van de republiek na Atatürk, dit ook: ‘Wat er met de Armeniërs gebeurde, was hun eigen schuld.’ Akçam ziet bij de oorlog in Gaza een vrijwel identieke herhaling van de Turkse ontkenningsreflex, nu door Amerika en Israël.

- Advertentie -