Minister van Buitenlandse Zaken Stef Blok heeft stevige kritiek geleverd op de pro-Israëlische lobbyorganisatie NGO Monitor, die linkse Israëlische en Palestijnse mensenrechtenorganisaties met achterdocht volgt.
Volgens Blok zijn de beschuldigingen die NGO Monitor doet gebaseerd op ‘selectief citeren, halve feiten en insinuaties’. Aanleiding van Bloks kritiek waren Kamervragen van Denk-voorman Tunahan Kuzu over NGO Monitor en het Israëlbeleid van de Nederlandse overheid, ingediend aan het eind van vorig jaar.
Ten aanzien van NGO Monitor geeft Blok Kuzu gelijk. De minister baseert zich op een rapport van de Policy Working Group, een collectief van onder meer Israëlische voormalige diplomaten en academici.
Blok: ‘Uit dat onderzoek blijkt dat veel beschuldigingen van NGO Monitor gebaseerd zijn op selectief citeren, halve feiten en insinuaties maar niet noodzakelijkerwijs op harde bewijzen, ook al zijn niet alle beschuldigingen irrelevant of onwaar. Deze beschuldigingen hebben bijgedragen aan een klimaat waarin mensenrechtenorganisaties onder toenemende druk zijn komen te staan.’
De minister vindt het belangrijk dat Nederland goede relaties met Israël heeft. Dat betekent niet dat het kabinet achter de Israëlische aanwezigheid op de Westbank staat of, in navolging van Israël, de pro-Palestijnse beweging Boycot, Desinvesteringen en Sancties (BDS) antisemitisch wil noemen.
Blok: ‘Het Nederlandse standpunt ten opzichte van BDS is niet gelijk aan dat van de Israëlische regering of NGO Monitor, die BDS als antisemitisme kwalificeren. In gesprekken met de Israëlische autoriteiten dringt Nederland aan op het respecteren van de vrijheid van meningsuiting van mensenrechtenbeschermers, ook als deze zich uitspreken tegen het regeringsbeleid.’
Wel geeft Blok aan dat hij de doelstelling van BDS, het boycotten van Israëlische producten, niet steunt. ‘Het kabinet is tegen een boycot van Israël en streeft naar versterking van de economische relaties met Israël binnen de grenzen van 1967.’