De dissidente Iraanse activiste Masih Alinejad is in Nederland. Gisteren sprak ze met premier Rutte en was ze te gast in tv-programma Op1. Vanavond spreekt ze in het Amsterdamse debatcentrum De Balie. Onomstreden is Alinejad echter niet, onder meer omdat ze zich verzet tegen het begrip islamofobie.
Vanwege haar inzet voor vrouwenrechten is Masih Alinejad haar vaderland Iran ontvlucht. Ze woont en werkt nu in de Verenigde Staten. Maar ook daar is ze haar leven niet meer zeker. Vorig jaar zomer werd een 23-jarige man opgepakt, die mogelijk een moordaanslag op haar aan het voorbereiden was, en zich twee dagen in de buurt van haar woning ophield.
Iran voert een propagandaoorlog tegen Alinejad, die een geheim agente van de Amerikaanse regering zou zijn. Ze zou de dood van Mahsa Amini – die leidde tot demonstraties tegen het ayatollah-regime door heel het land – gebruiken om Iran internationaal verder te isoleren. Ook zou ze in nauw contact staan met zionisten.
Maar ook in het Westen roept de vrouwenrechtenactiviste en journaliste tegenstand op, vanwege haar scherpe uitlatingen over het begrip islamofobie en het dragen van de hijab. Zo verzette Alinejad zich vorig jaar tegen een wetsontwerp van de Democratische politica Ilhan Omar, die islamofobie strenger wil aanpakken. Beide vrouwen liggen elkaar al langer niet. Omar deelde in 2020 een artikel van een Amerikaanse denktank, waarin wordt beweerd dat Alinejad door de Amerikaanse regering werd betaald voor haar werk voor de tv-zender Voice of America (VOA) en Donald Trumps ‘talking points’ zou echoën.
Fundamentelere kritiek op Masih Alinejad is onder woorden gebracht door de Iraans-Amerikaanse wetenschapper Azadeh Nazer Fassihi, die aan The Pennsylvania State University promoveerde op een proefschrift over vrouwenrechten en neo-oriëntalisme. Daarin betoogde Fassihi dat Alinejad en haar anti-hijabcampagne My Stealthy Freedom (MSF) oriëntalistische beelden over de islam – als een religie die vrouwen onderdrukt – versterken. Alinejad zou zich schuldig maken aan ‘zelf-oriëntalisme’ door op een ongenuanceerde manier tegenstellingen te scheppen – onder andere tussen ‘onvrije’ vrouwen uit islamitische landen die een hoofddoek dragen en ‘vrije’ vrouwen in het Westen die dat niet doen. Ook zou ze haar eigen verhaal tot norm maken en daarmee de complexe werkelijkheid van Iran geen recht doen. ‘Ze draagt bij aan een steeds vijandigere sfeer van islamofobie in het Westen met een voorstelling van de individualistische waarheid, in plaats van bredere historische contexten’, aldus Azadeh Nazer Fassihi.
Alinejad zelf ziet dit anders. Volgens haar kun je in het Westen maar moeilijk kritiek hebben op het Iraanse regime, omdat je al gauw in de islamofobe hoek wordt weggezet. De vrouwenrechtenactiviste voelt zich verraden door westerse feministen, die volgens haar solidair zijn met conservatieve moslima’s die een hijab dragen en er zelf een dragen als naar een islamitisch land gaan. Zij zouden niet solidiar zijn met de vrouwen die zich tegen de hijab verzetten.
Dit zei Alinejad in gesprek met de Amerikaanse talkshowhost Bill Maher, die door critici al langere tijd van islamofobie wordt beschuldigd. Maher vroeg Alinejad waarom zoveel liberals (progressieven) zo omzichtig omgaan met de islam. Alinejad: ‘Ik ben opgegroeid in een land waar ik te horen kreeg dat, als je je haar laat zien, je naar de gevangenis gaat, je zweepslagen krijgt, je vermoord wordt. Maar hier vertellen ze mij: ‘Shh! Als je hierover praat, veroorzaak je islamofobie….’ Een fobie is irrationeel. Maar geloof mij, mijn angst – en de angst van miljoenen vrouwen in Iran en Afghanistan – is rationeel.’