De Amerikaanse president Joe Biden wordt aangeklaagd voor medeplichtigheid aan de genocide in Gaza. De mensenrechtenorganisaties Defence for Children International en Al-Haq, alsmede Palestijnen uit Gaza en de Verenigde Staten zijn naar het negende hof van beroep in San Francisco gestapt.
Naast president Joe Biden moeten ook minister van Buitenlandse Zaken Anthony Blinken en minister van Defensie Lloyd Austin voor de rechter komen voor medeplichtigheid aan de genocide in Gaza, vinden de eisers. Hun oorspronkelijke rechtszaak, die ze in november vorig jaar aanspanden, werd niet in behandeling genomen door de lagere rechtbank. De zaak zou buiten de bevoegdheid van de rechter vallen. Hiertegen zijn ze nu in beroep gegaan.
Een van de eisers is Laila El-Haddad. Ze heeft vijf familieleden verloren in het conflict. ‘Ik beloofde mijn overlevende familieleden in Gaza dat ik alles zou doen wat in mijn macht ligt om voor hen op te komen’, verklaarde ze.
Ahmed Abu Artema, een andere eiser in de rechtszaak, vertelde dat hij na negen maanden genocide alles had verloren. ‘Een Israëlische luchtaanval doodde mijn zoon en mijn familieleden. Mijn andere kinderen en ik hebben het er ternauwernood levend vanaf gebracht. Ik zit hier in Gaza te midden van deze genocide en een hernieuwde nakba, en doe een beroep op het Amerikaanse rechtssysteem.’
Marc Van der Hout is een van de advocaten die de mensenrechtenorganisaties juridisch bijstaat. ‘De door de VS gesteunde massamoorden op tienduizenden onschuldige Gazaanse burgers, waaronder veel vrouwen en kinderen, en de bijna volledige vernietiging door Israël van hele steden en dorpen in Gaza, kunnen op geen enkele manier worden gerechtvaardigd onder internationaal of Amerikaans recht, ook niet onder het mom van het uitroeien van Hamas’, zei hij.
De advocaat vindt dat de rechter de plicht heeft om de Amerikaanse regering tot de orde te roepen. ‘Zoals President Biden zelf al vaak heeft gezegd, staat geen enkele president boven de wet. Dat geldt ook voor hem.’