Twee geloven op één kussen, slaapt daar de duivel tussen? Drie stellen vertellen over de versmelting van hun leefwerelden.
Eva, die half Spaans is, heeft een kindje samen met Mehmet. Ze waren collega’s en vrienden. Mehmet werkte op de IT-afdeling bij ING en Eva gaf cursussen. Nadat ze een nieuwe baan kreeg zag Eva Mehmet niet meer. Maar toen ze verhuisde van Tilburg naar een appartement in Amsterdam kwam ze Mehmet onverwacht weer tegen op straat: ‘We liepen toevallig door dezelfde straat, dat heeft zo moeten zijn.’
‘Ik had de tram gepakt naar het huis van mijn ouders, waardoor ik nog een stukje moest lopen. Normaal pak ik namelijk de bus. Op straat hoorde ik opeens de stem van Eva: ‘Wat doe jij hier?’ Ik vroeg meteen: ‘Wat doe jij hier?’ Als ik de bus had gepakt, was ik haar helemaal niet tegengekomen.’
Eva en Mehmet spraken af om een keer samen uit eten te gaan, maar het kwam er niet van. Pas na een maand belde Eva eindelijk. ‘Mijn ouders zijn heel modern, maar die probeerden me toch te koppelen’, vertelt Mehmet.
‘Ik was al in de dertig en dat werd wel een dingetje. Ik woonde op mezelf en dat zagen mijn ouders niet graag. Het was net of er iets was met mij, of ik niet helemaal goed was. Mijn zus is tien jaar jonger, zij was al lang onder de pannen en had al twee kinderen – maar van mij kwamen ze maar niet af. Ze probeerden blind dates voor mij te regelen met Turkse vrouwen. Dat bedoelden ze niet kwaad, maar ik wilde dat gewoon niet.’
Met Eva was er een vrouw voor Mehmet gevonden. Dan komen de hot topics aan bod. Wil je kinderen? Voor welke voetbalclub ben je? Eva en Mehmet hadden allebei een kinderwens.
‘Dat hij Turks en moslim is wist ik, dat interesseerde me niet zoveel. Maar ik ben een echte Eindhovense en fervent PSV-fan en hij komt uit Amsterdam. Ik was bang een Ajax-fan aan de haak te hebben geslagen. Maar gelukkig was dat niet zo. Hij bleek voor Fenerbahce te zijn…’
Ze vonden een compromis: In Turkije zijn ze beiden voor Fenerbahce, in Nederland voor PSV. Eva: ‘Ik heb mij in de afgelopen jaren wel eens in het foeilelijke paars-geel moeten hijsen, voor een kampioenswedstrijd bij de supportersclub hier in Amsterdam.’
Mehmet is moslim van huis uit, maar vindt zichzelf een parttime gelovige. Eva is rooms-katholiek. Mehmet vindt dat geen probleem. ‘Het gaat om dezelfde God, dezelfde profeten en hetzelfde geloof. Ik zie de Thora als het eerste Testament, de Bijbel als het tweede en de Koran als het derde. Het gaat om de overeenkomsten. We geloven in dezelfde God, we leren dezelfde dingen uit deze boeken om ons goed te gedragen en lief te zijn voor elkaar.’
Mehmet en Eva wilden dan ook in de kerk trouwen. Dat werd de Sint Nicolaaskerk met een oecumenische dienst, waar ze speciaal toestemming voor kregen van het Bisdom Amsterdam-Haarlem. In de katholieke kerk hadden ze namelijk geen protocol voor een huwelijk tussen een katholiek en een moslim.
‘Hij krijgt cadeautjes met Sinterklaas, maar hij viert ook het Suikerfeest’
‘We wilden er ook een imam bij hebben. Dat was nog wel even lastig, maar we hebben er een gevonden’, vertelt Eva. Toen ze een zoontje kreeg werd die gedoopt in de katholieke kerk. Daar was geen discussie over. ‘Omdat ik zijn vader ben, is hij automatisch ook moslim’, legt Mehmet uit. Er waren mensen die het prima vonden dat ze dit deden, maar anderen vonden het ongepast.
Dat Mehmet niet met een moslima trouwde, was voor sommigen moeilijk te bevatten. ‘Ik kreeg steeds vragen of ik geen Turkse kon vinden en aan Eva werd gevraagd wanneer ze een hoofddoek zou gaan dragen. Voor mij spelen deze zaken niet. Ons geloof delen we en dat is het belangrijkste. In welke kerk je dat doet vind ik minder belangrijk. Zolang je maar een band hebt met de levende God.’
Mehmet, Eva en hun zoontje gaan elk jaar op vakantie naar Spanje en Turkije. Hun zoontje spreekt de talen daardoor ook. Ze voeden hem bicultureel op. Met Sint Maarten gaat hij langs de deuren en hij krijgt cadeautjes met Sinterklaas, maar hij viert ook het Suikerfeest.
Nederlands leren met de Bijbel
Elizabeth Swart (76) is al 44 jaar gelukkig getrouwd met Zamir Dekel (68). Hij is joods en komt oorspronkelijk uit Irak, maar emigreerde naar Israël. Ze kwamen elkaar tegen in Nederland, toen Zamir Elizabeth tegen het lijf liep tijdens het uitgaan. Zamir vroeg haar al heel snel ten huwelijk. ‘Ze zei toen geen ‘ja’, daarom ben ik teruggegaan naar Israël. Ik liet een brief achter waarin stond dat ik pas zou terugkomen als ze met mij wilde trouwen.’
Elizabeth ontdekte al snel dat het leven zonder Zamir een stuk minder leuk was. ‘Ik smeekte hem om terug te komen, maar toen moest hij eerst geld verdienen om de reis van Israël naar Nederland te betalen.’ Elizabeth was wat wantrouwig. Ze had al een zoon van elf jaar uit een eerdere relatie. Daarbij was ze zelf 31 en Zamir 23 jaar. ‘Ik miste hem heel erg toen hij weg was en merkte toen pas hoe goed we bij elkaar pasten. Toen hij terugkwam zijn we getrouwd.’
Daar was niet iedereen het mee eens. ‘Zijn ouders waren tegen ons huwelijk’, vertelt Elizabeth. ‘We zijn in de Bijlmer in een kleine gemeentesecretarie getrouwd. Je had daar toen alleen een klein winkelcentrum en daar zijn we getrouwd, met alleen enkele vrienden als aanwezigen.’
Voor Zamir was het erg wennen. Hij kreeg er een nieuw vaderland bij en bovendien een zoon van elf. Maar het werkte. ‘We waren altijd met zijn drieën tegen de wereld’, vertelt Elizabeth. ‘Zamir deed meteen met alles mee, ook met Sinterklaas en alles. Geen enkel probleem, hij paste zich heel goed aan.’
De taal was wel een probleem, maar ook hier werd een creatieve oplossing voor gevonden. Elizabeth pakte de Bijbel erbij, want de verhalen daaruit kennen joden ook. Zamir: ‘Ik herkende namen en de verhalen uit het Oude Testament, dat hielp mij om Nederlands te leren. We zijn niet gelovig, maar de Bijbel was een handig hulpmiddel.’
Het kostte aanvankelijk wel veel tijd om Zamir te ‘heropvoeden’. ‘Hij schrokte zijn eten en drinken naar binnen en was altijd op zijn hoede. Ik heb hem echt moeten leren en laten zien dat het hier rustiger kan, dat zoveel haast hier niet nodig is, want hier kan niet ieder moment een bom ontploffen.’
Zamirs broers hebben ook weleens bij Elizabeth en Zamir gelogeerd. ‘Het duurde maanden voordat zij dat opgefokte kwijtraakten, maar daarna kwamen ze ook helemaal tot rust’, vertelt Elizabeth.
‘Ik herkende namen en de verhalen uit het Oude Testament, dat hielp mij om Nederlands te leren’
‘Ik miste mijn familie in Israël niet echt’, vertelt Zamir. ‘Ik leef hier, met mijn nieuwe familie. Het is jammer dat we geen kinderen meer hebben gekregen, maar de zoon van Elizabeth zie ik echt als mijn zoon.’
Waar Zamir wel aan moest wennen was het huishouden. ‘Maar toen Elizabeth mij uitlegde dat we allebei werkten en daarom ook samen wat in de huishouding moesten doen, vond ik dat ook wel heel logisch.’ ‘Hij kan alles!’, roept Elizabeth tussendoor. ‘Koken, wassen, alles.’
Zamir was diamantslijper in Israël. Daarom begon hij in Nederland als bedrijfsleider bij een juwelier. ‘Toen de Bijlmerbajes geopend werd gingen we naar een open dag. Ze zochten personeel en Zamir kon daar meteen aan de slag als bewaarder.’
Zamir en Elizabeth zijn 44 jaar samen. Ze hebben nu ook kleinkinderen en een achterkleinkind. ‘Toen ik een tijdje in het ziekenhuis in Amsterdam lag, kwam Zamir twee keer per dag uit Hoorn naar mij toe om eten te brengen. Ik vond dat ziekenhuiseten helemaal niks en dat wist Zamir. Waar vind je nog zo’n man?’
Wildvreemden en wilde eenden
De 61-jarige Peter woont samen met Eti, die 33 is en uit Indonesië komt. Ze wonen de helft van het jaar in België, de andere helft in Indonesië. Hoewel ze qua leeftijd bijna dertig jaar van elkaar verschillen, zijn ze gelukkig.
Peter: ‘Toen de familie van Eti mij voor de eerste keer van het vliegveld kwam halen hadden ze een wandelstok voor ‘de oude man’ meegenomen, maar ze konden zelf hartelijk om hun vergissing lachen.’
Peter was nog getrouwd toen hij besloot om met zijn gezin naar Bali te emigreren. ‘Ik was toen nog mede-eigenaar van een trainings- en adviesbureau en daar had ik genoeg van. Mijn aandelen verkocht ik en we emigreerden met het hele gezin. Toen we eenmaal op Bali woonden bleek dat mijn vrouw en ik te zeer uit elkaar waren gegroeid. We besloten te scheiden. Ik heb mijn ex goed verzorgd achter gelaten, maar het was niet ideaal.’
Inmiddels was hij Eti tegengekomen, die als serveerster werkte en daarnaast nog de zorg voor haar broertjes had. ‘Een kennis van mij zocht iemand om voor zijn gehandicapte vrouw te zorgen. Dat was wel iets voor Eti, maar het duurde nog een tijd voor hij weer terug zou zijn op Bali. Zo hielden Eti en ik contact. Een paar maanden later waren we een setje.’
De taal was voor Peter nooit een probleem. ‘Toen ik 27 was, deed ik een cursus Bahasa Indonesia op de Volksuniversiteit, omdat ik zes weken door Indonesië wilde trekken. Mijn basiskennis haalde weer op toen ik naar Bali ging. Nu is het mijn tweede moedertaal.’
Eti heeft wel moeite met het Nederlands. Peter: ‘Het is ook een moeilijke taal. Daarnaast zijn we drie maanden in België, dan weer drie maanden in Indonesië, drie maanden België enzovoorts, ieder jaar weer. Eti werkt niet, dus het is voor haar niet echt nodig om de Nederlandse taal te beheersen.’
De Indonesische cultuur is heel anders dan de Nederlandse. Familie is voor Indonesiërs veel belangrijker. Daarom kwam Eti’s familie Peter ook van het vliegveld halen. Eti: ‘Mijn familie wilde wel weten of ik echt van hem hield, of dat het mij alleen om het geld te doen was. Maar ik houd echt van Peter.’
‘Wat is een glimlach hier duur’
Een groep mannen had grote moeite met de relatie tussen Peter en Eti. Ze wilden Eti ter plekke dwingen om met Peter te trouwen, wat een grote schande voor Eti’s familie zou betekenen: dan zou ze bekend staan als ‘hoer’.
Peter: ‘Maar voordat de groep versterking had opgeroepen, was ik verdwenen en even later Eti ook. Het was wel beangstigend en niet iets waarmee ik haar familie wilde opzadelen. Daarom heb ik me bekeerd tot de islam en ben ik officieel met Eti getrouwd.’
Eti liep in Europa tegen grote cultuurverschillen aan. Peter: ‘De eerste keer in België stonden we in de supermarkt in de rij voor een kassa. Er stonden twee vrouwen voor ons. Eti vroeg mij waarom ze niet met elkaar spraken. Ik zei haar dat ze elkaar waarschijnlijk niet kenden. ‘Maar zo leren ze elkaar ook nooit kennen’, antwoordde ze. Zo gaat dat in Indonesië. Daar spreken wildvreemden je gewoon aan op straat.’
Eti: ‘Ik vroeg Peter of we niet weer eens naar de buren moesten in België. Peter belde om een afspraak te maken, we konden pas over vier weken komen. Ik vond dat heel raar.’ Eti vertelt dat het leven in Indonesië een stuk relaxter is en dat mensen vaker lachen. ‘Wat is een glimlach hier duur.’
Peter legt uit: ‘In Indonesië bespreken mensen echt alles met elkaar, zeker met vriendinnen. Die weten dan ook tot op de centimeter nauwkeurig hoe alles zit. Dat kennen wij hier helemaal niet, maar in Indonesië zijn mensen veel opener naar elkaar.’
In Indonesië is ook een andere eetcultuur. ‘Daar eten ze op een kleed op de grond, van een groot bananenblad, en ze pakken het met hun handen.’ In Indonesië is vlees heel duur, Eti vertelt dat ze vroeger alleen tijdens het Suikerfeest vlees at. Peter vertelt lachend: ‘Toen er een eend bij ons in de tuin landde in België, riep Eti meteen om het geweer.’ In Indonesië zijn wilde eenden zo zeldzaam dat als er eentje opeens opduikt, hij meteen in de kookpan belandt.
Dit artikel werd eerder gepubliceerd op de Kanttekening op 6 december 2019.
Nu u hier toch bent...
Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.
Vertel mij meer!