13.2 C
Amsterdam

Wat moeten we met Buma’s Basisbaan?

Jaime Donata
Jaime Donata
Journalist gespecialiseerd in kunst & cultuur en politiek.

Lees meer

Ook meedoen in het online panel van de Kanttekening?
Meld je aan via: [email protected] 

CDA-leider Sybrand Buma pleitte onlangs voor een nieuw soort baan om mensen uit de bijstand weer aan het werk te krijgen: de Basisbaan: twintig uur in de week werken, tegen betaling van vijfentachtig procent van het minimumloon. Dit vindt het panel van de Kanttekening ervan.

Lieke Huizinga (50), moeder van twee, groenvoorzieningsmedewerker

‘Het eerste wat ik dacht toen ik het bericht las was: ja hoor, de bijstanders worden weer gebasht – en natuurlijk weer door rechts. Kom op hè, pak de boel eens aan daar waar het probleem van de werkeloosheid echt ligt. De automatisering bijvoorbeeld – daar verdwijnen de banen door, in alle sectoren. Waarom laten we bedrijven geen automatiseringsbelasting betalen? Er worden extra winsten gemaakt dankzij de kennis en IT-infrastructuren die we allemaal betalen, maar hier staan geen banen tegenover. En dan ga je mensen die al niks hebben afknijpen voor vijfentachtig procent van het minimumloon? En de villa-subsidie laat je wel bestaan. Mijn ex werkte bij de belastingdienst. Toen hij zag welke bedragen omgingen in de hypotheekrenteaftrek en bij wat voor mensen dat geld terechtkwam, snapte hij waar al die bezuinigen op de verzorgingsstaat voor nodig waren. Het zit niet goed met de verdeling van middelen in dit land.

Ik ken ook veel mensen die thuiszitten met niet erkende klachten, die volgens Buma zomaar aan het werk zouden moeten kunnen, omdat ze niet in een rolstoel zitten. Maar sommige mensen zijn geestelijk en emotioneel niet in staat om aan het werk te gaan – alle regels waar ze aan moeten voldoen zijn eigenlijk al te veel. Dit is gewoon weer een manier om werkgevers goedkoop aan arbeid te helpen. En natuurlijk gaan allerlei foute commerciële bedrijven die mensen ronselen. En dan voor vijfentachtig procent van het minimumloon. Dat snap ik ook niet. Je geeft mensen dan nog steeds het gevoel dat ze minder waard zijn dan anderen. En als je kijkt naar hoe zwaar de banen zijn die Buma noemt – onderwijs, zorg, enzovoort.

Als je echt een goede oplossing wil moet je zorgen dat er een basisinkomen komt. En wat men daarnaast verdient mag men gewoon houden. Kijk waar de capaciteiten van mensen liggen. Toen ik zelf in de bijstand zat had ik een hele goeie begeleider bij Sociale Zaken, die meteen zag dat ik niet functioneerde als een doorsnee vrouw. Daarom kwam ik ook in de groenvoorziening terecht. Ik mag flink door de bossen rossen. Het is wel echt een mannenwereld. Als mensen mij zien met een kruiwagen vragen ze aan mij of het wel gaat, maar ik vind het geweldig. Een vetpot is het trouwens niet. Met tweeëndertig uur werken zit ik net boven het bijstandsniveau. En dan krijg ik straks collega’s die voor precies hetzelfde werk vijfentachtig procent van mijn salaris krijgen? Gênant toch? Ik weet ook niet hoe Buma denkt dat mensen daarvan rond kunnen komen. Ik vind het ook weer heel typisch CDA. Die partij is, samen met de VVD, echt een ster in het aanwijzen van de zwakkeren in de samenleving als de schuldige van de problemen die er spelen. De PVV en Thierry Baudet zijn dit trouwens ook.’

Jimmy Janssen van Raay (47), financieel-administratief medewerker

‘Het is altijd een heikel onderwerp, maar net zoals Buma denk ik dat veel mensen die vast zitten in de bijstand steeds verder wegdrijven van enige zinnige productiviteit, naargelang de duur van inactiviteit langer wordt. Tegelijkertijd is voor een deel van de bevolking de keuze tussen vervelend dan wel zwaar werk, ofwel thuiszitten snel gemaakt. Ik kan mij dat zelf goed voorstellen.

Maar de bijstand als eindstation moet geen enkel land passief willen aanvaarden. Het is ook niet te verkopen aan een belangrijk deel van de bevolking, dat het hele werkzame leven werkt en premies afdraagt. Premies waar onder meer werklozen van worden onderhouden, zonder dat daar veel inspanning tegenover staat om weer werkzaam te worden. In de Verenigde Staten is nog onder president Bill Clinton de duur van een dergelijke uitkering gemaximaliseerd op vijf jaar. Dat lijkt mij zelf wel een erg hard middel, maar zonder een stok achter de deur zal bijkans ieder initiatief falen. Gezonde, prikkelende en productieve ideeën, zoals dit plan van de basisbaan, zijn zeer welkom. Een leven lang bijstand trekken is niet ongebruikelijk in Nederland maar zeer onwenselijk, zowel voor de uitkeringsontvanger als voor de samenleving.’

Avital Elbaz (46), natuurgeneeskundige en systemisch opsteller

‘Het is volgens mij geen goed idee. Ze hebben dit al eerder geprobeerd met de zogenaamde Melkertbanen en die banen moesten uiteindelijk ook op de schop. Ik ben sowieso voor een basisinkomen: bed bad, brood en een dak boven je hoofd. Dat men ooit heeft bedacht dat daar geld tegenover zou moeten staan vind ik überhaupt een bizar idee.

Kijk, als je in een uitkering zit kom je in een vicieuze cirkel terecht, dat klopt. Het is bijvoorbeeld bewezen dat het IQ van mensen daalt als ze leven in armoede. Niet iedereen heeft de kennis en de juiste achtergrond om zelfstandig uit een negatieve situatie te komen. Eigenlijk zouden we kinderen al op school moeten leren hoe je met mensen omgaat, met geld en met instanties. Dat lijkt mij belangrijker dan te weten wanneer Columbus Amerika heeft ontdekt (1492, red.), wat hij natuurlijk niet heeft, by the way, want dat is een eurocentrische manier van denken.

Op het moment dat iemand een uitkering heeft: vraag wat iemand nodig heeft – betrek de cliënt in het zoeken naar een oplossing. Je moet mensen hulp geven bij de dingen waar ze echt hulp bij nodig hebben, niet bij waar jij denkt dat ze hulp bij nodig hebben. Toen ik jong was zat ik als  ‘moeilijk plaatsbare jongere’ vanuit een uitkering in een arbeidstraject van de gemeente Den Haag. Ik werd echt als een paria behandeld, alsof ik iets had misdaan. Via dit project ben ik de administratie ingerold. Zo ben ik de assistent secretaresse geworden van de directeur van de sociale dienst. Ik heb dus beide kanten van de medaille mogen ervaren.

Een aantal jaar geleden, in de crisis, kwam ik weer in aanraking met de sociale dienst. Mijn man was IT manager die drie keer modaal verdiende. Toen werd hij wegbezuinigd en verloren we driekwart van ons inkomen. We hadden echter geen recht op een uitkering, want ik verdiende net honderd euro teveel. We hebben alles gedaan om in ons koophuis te blijven, dat op dat moment onder water stond. Dat is echt een hel geweest. Pas dan ontdek je zaken die je moet regelen om bijvoorbeeld toeslagen te krijgen. Als je eenmaal zelf in de penarie zit dan zie je dat het helemaal niet zo gemakkelijk werkt. Politiek rechts doet altijd alsof je bij een loketje aanbelt en dan direct ‘gratis’ geld krijgt. Als we toen iemand hadden gehad die ons heel even zou ondersteunen, dan had dat ons heel veel stress gescheeld en waren we er ook sneller uitgekomen denk ik. Wij zijn er inmiddels gelukkig weer bovenop gekomen. We verdienen niet meer drie keer modaal maar we redden het wel.

Buma moet echte problemen aanpakken, niet doen alsof mensen in een uitkering graag hun hand ophouden. Alleen die neerbuigende houding helpt al niet mee. Moet je straks twintig uur gaan werken voor vijftien procent meer uitkering en al je toeslagen verliezen, waardoor je uiteindelijk maandelijks minder inkomsten binnen krijgt? Zo help je mensen van de regen in de drup. Of dat je straks als ontslagen vuilnisman je oude werk weer mag gaan doen, maar dan voor een uitkering. Het komt voor en dat is gewoonweg krom. Je haalt mensen hiermee echt uit hun eigen kracht.’

Ibrahim Özgül (35), finance & project professional
‘Ik vind het een superidee. Uitgaande van de kracht in de samenleving. Mensen die toch een klein beetje kunnen werken toch iets laten doen. Uiteraard op een normale manier beoordeeld door gemeentelijke instanties. Hoeveel uur kun je werken? Of ben je gewoon ziek en kun je echt niet werken? Dan hoeft het natuurlijk niet.

Ook voor de persoon zelf is het goed. Net zoals in de sport kun je niet vanuit het niets weer in de top terecht komen. Je ziet het ook in de ARBO-wereld. Hoe sneller je weer in het arbeidsproces terugkomt, hoe beter. Na zes maanden groeit de kans dat je langer buiten boord blijft enorm. Dat schijnt echt een gegeven te zijn Als je weer in de selectie terecht wil komen van bedrijven kun je met een basisbaan laten zien: goed, ik heb in een tussenpoos gezeten, maar niet helemaal. Ook de werkzaamheden mogen onder je opleidingsniveau zijn. Het gaat er namelijk om dat je als mens in beweging blijft.

Als je ergens stage loopt blijf je toch vaak hangen. Je leert het werk kennen, de werkgever leert jou kennen. Als je met je basisbaan kennis maakt met het onderwijs en vind je het werk leuk; dan kun je kijken of je jezelf kunt laten omscholen tot leraar. Maar er zullen ook mensen zijn voor wie het docentschap niets is – dat is ook prima. Je hebt in ieder geval in levende lijve ervaren wat het is. De hele dag netflixen, dat houdt ook eens een keer op.

Ik vraag mij wel af hoe je het gaat uitvoeren. Het optuigen van het ambtelijke systeem moet ook niet zoveel kosten dat het onder de streep duurder uitpakt. Er zitten nu volgens mij vierhonderdduizend mensen in de bijstand. Als je uiteindelijk tweeduizend ambtenaren moet aannemen om duizend mensen aan het werk te krijgen is het niet rendabel, denk ik. Dan ben je alsnog miljoenen aan het uitgeven om mensen aan het werk te krijgen.

Ik ken zelf weinig mensen in de WW (werkloosheidswet, red.), maar op straat hoor je het wel. Dat mensen niet willen werken. Dat de bijstand zo hoog is, dat je er bijna niet op vooruitgaat als je werkt. Dat is wel een probleem in Nederland. Geen idee hoe je dat oplost trouwens. De bijstand kan niet omlaag, dan komen mensen niet rond en krijg je criminaliteit. Aan de andere kant, dwing je als overheid tot hogere lonen, dan belast je de werkgevers en uiteindelijk de consument. Een korting op sociale premies zou een oplossing kunnen zijn en die mogelijkheden bestaan ook nu al – maar dat is nog niet aantrekkelijk genoeg.’

Jerzy Soetekouw (30), wethouder sociaal domein, diversiteit en inclusie gemeente Almere

‘Het eerste wat ik dacht was: hé, een leuke poging om de Melkertbanen weer nieuw leven in te blazen. Maar als je er iets langer naar kijkt, zie je gewoon een manier om mensen onder het minimumloon aan het werk te zetten. Bij de Melkertbanen werd de WW nog opgepluisd tot het minimumloon. Maar het werk dat werd gecreëerd zat overwegend in de overheidssector, daarom was het ook geen succes. Het is juist goed om samen te werken met ondernemers als je mensen uit de bijstand wil krijgen. Dat is precies wat er gebeurt in verschillende regionale werkbedrijven.

Zelf ben ik voorzitter van het Regionaal Werkbedrijf Flevoland. Een van de instrumenten die kan worden ingezet zijn de loonkostensubsidies. Dit is een middel waarmee je het werkgevers makkelijker maakt om mensen in dienst te nemen in groeisectoren: technische beroepen, zorg en verpleegkundigen in psychosociale zorg. Naast sociale diensten, het UWV, regionale werkgevers en vakbonden, zitten in het Regionaal Werkbedrijf ook onderwijsbestuurders. Het grote voordeel daarvan is dat we baantrajecten echt kunnen afstemmen op de behoefte uit de markt.

De economische waarde wordt aan alle kanten vergroot. In het hele land zie je dat loonkostensubsidies goed werken. Het kost minder dan een uitkering en zorgt voor een meer duurzame uitstroom. Voor mij zijn zaken als bestaanszekerheid en een minimumloon fundamentele principes waaraan je niet tornt. We gaan in een beschaafd land mensen niet laten werken onder het minimumloon. In Almere hebben we voor mensen met een grote afstand tot de arbeidsmark ook banen gemaakt op maat, bijvoorbeeld als ambtenaar bij het Staatsbosbeheer. Dit zijn banen die uitgaan van de talenten die mensen hebben en niet van wantrouwen of straf. Deze mentaliteitsverandering is simpel en levert echt wat op aan economische waarde. Zo verwerken zij het hout van zieke essen tot nieuwe lokale natuurproducten – snijplanken, tafels – die vervolgens verkocht worden. Voor sommige mensen is dit werk een tussenstap, zij voelen hun talent gewaardeerd en zien een toekomstperspectief, voor andere mensen is het een eindstation. Natuurlijk zijn er ook mensen die de kantjes er vanaf lopen, maar vrijwel niemand wil in een uitkering zitten. Mensen straffen met een verplichte basisbaan onder het minimumloon vind ik een volkomen verkeerd signaal.

En dan is er ook nog het probleem van de verdringing. Het type basisbaan dat Buma voorstelt – zorg, onderwijs – heeft alles in zich om de echte banen in het ‘grijze middelsegment’, die nu al steeds vaker worden wegbezuinigd of worden opgevuld door vrijwilligers, nog verder te vernietigen. Een raar signaal, want de economie groeit nog steeds en de vraag in allerlei sectoren groeit. Maak daar de aansluiting, zou ik zeggen. Als je nu nog meer gewone banen uit het betaalde circuit weghaalt met een basisbaan onder het minimumloon, haal je ook de bestaanszekerheid weg van een hele grote groep mensen die anders gewoon aan het werk zou kunnen tegen een fatsoenlijk salaris. Kortom, gesubsidieerde arbeid is nodig, zeker, maar nooit onder het minimumloon.’

Nu u hier toch bent...

Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.

Vertel mij meer!
- Advertentie -