Sommige biculturele Nederlanders kiezen ervoor om hun voornaam te veranderen in een meer ‘Nederlands’ klinkende naam. ‘Ik denk dat Nederlanders niet snel een Marokkaanse klusjesman willen nemen.’
Mohammed, Gunther, Shinead, Kofi: namen vertellen iets over de achtergrond van de naamhouder. Die associaties kunnen ook negatief zijn. Sommige mensen veranderen daarom hun naam of gebruiken slechts een deel van hun naam.
Veel joden in Europa pasten een eeuw geleden al hun Hebreeuwse namen aan, om niet in negatieve zin op te vallen: Sara werd Saar of Selma, Samuel werd Sem of Sam, Levi werd Louis, Isaac werd Jacques. Tegenwoordig zijn het vooral Nederlanders met een niet-westerse achtergrond – met een islamitische achtergrond in het bijzonder – die een andere naam gebruiken dan de eigenlijke naam.
Een ‘moslimnaam’ is namelijk vaak geen aanbeveling wanneer je een baan of een woning zoekt. Talloze onderzoeken tonen dit aan, zoals Liever Mark dan Mohammed? (2010) van het Sociaal en Cultureel Planbureau.
Een onverwacht iemand die slechts een deel van zijn naam gebruikt is GroenLinks-leider Jesse Klaver. Hij heeft een Marokkaanse vader. Voluit heet hij eigenlijk Jesse Feras Klaver. En wist u dat misdaadjournalist John van den Heuvel ook een Marokkaanse vader heeft, maar de achternaam van zijn Nederlandse stiefvader gebruikt?
Een drastische manier om van naam te veranderen, is wat een Turks-Nederlandse havo-scholier deed in 2013. Hij stapte naar de rechter om zijn voornaam te veranderen. Door zijn voornaam werd hij als ‘buitenlander’ gezien, gepest en geassocieerd met het islamitische geloof, zei hij. Hij vreesde ook discriminatie als hij later de arbeidsmarkt zou betreden. De rechter zag een ‘voldoende zwaarwichtig belang’ en de jongen mocht zijn voornaam veranderen.
Marokkaanse Nederlanders hebben deze mogelijkheid niet. Door hun dubbele nationaliteit, waar ze geen afstand van kunnen doen, ziet Marokko hen als onderdanen. Er is een lijst van toegestane Marokkaanse namen waar je aan moet voldoen. Zo niet, dan heeft dit mogelijk wettelijke gevolgen voor je rechten als je erfenis en je paspoort in Marokko.
De Marokkaans-Nederlandse klusjesman Souhaine gaat pragmatisch om met de vooroordelen. Hij adverteert zonder naam op Marktplaats.nl: ‘Ik denk dat Nederlanders niet snel een Marokkaanse klusjesman willen nemen. Daarom schrijf ik alleen ‘klusjesman’, zegt hij. ‘Als ze met mij praten en ik kom langs, dan zien ze dat ik goed ben.’
Geen punt van discussie
Ook de Hindoestaanse taxichauffeur Nawien Chedi staat er pragmatisch in, maar om andere redenen dan Souhaine. Men kan hem boeken onder de naam Nico. Hij begon zichzelf zo te noemen toen hij nog in het ouderenvervoer zat. ‘De naam was voor ouderen gewoon makkelijker te onthouden.’
Later, toen hij taxichauffeur werd, hield hij Nico aan. Het bleek voor klanten makkelijker om met Nico een afspraak te maken en om een gesprekje te voeren dan met Nawien, vertelt hij.
‘Je ging dan een praatje maken en dan vroegen ze hoe ik heet. Wat? Hoe?, vroeg de klant dan. Het gesprek gaat anders als je Nico heet. Het klinkt meer vertrouwd. Alle mensen – klanten en collega’s – kennen mij nu als Nico. Het is een bijnaam geworden en ik heb er geen probleem mee.’
‘Alle mensen kennen mij nu als Nico’
Zijn broer Rajesh, ook taxichauffeur, veranderde drie jaar geleden om dezelfde redenen zijn naam en heet nu Ruud. Nawien: ‘We hadden de namen veel eerder als grap bedacht, toen we hoorden dat onze zwager, die in de beveiliging, zat zich Carlos ging noemen – terwijl hij Chander heet. Hoe zouden wij onszelf gaan noemen?’
Nawien ervaart zijn naamsverandering niet als een vorm van identiteitsverlies. ‘Het is puur voor het gemak. Als ik met bedrijven spreek, dan gebruik ik bijvoorbeeld wel weer mijn achternaam.’ Sterker nog, de taxichauffeur ziet het als een manier van integratie in het land waar hij woont.
‘Je moet je aanpassen aan bepaalde dingen wanneer je in een ander land gaat wonen. Als mensen je naam niet kunnen uitspreken, dan wordt het wel lastig. Wanneer ik in India ben, heet ik weer Nawien. Ook thuis en voor vrienden heet ik zo.’
Binnen de Hindoestaanse gemeenschap is het gebruik van een Nederlandse of westerse naam niet ongewoon en geen punt van discussie, zegt Nawien. ‘Ze veranderen hun naam om de soms ingewikkelde Indiase namen te vermijden. Mijn oom Shantiperkash noemt zich daarom John. Het is vooral om commerciële redenen dat mensen dat doen. Het wordt niet als verlies van identiteit gezien. Misschien dat Marokkaanse of Turkse Nederlanders dat anders zien.’
Er is mogelijk nog een andere verklaring waarom Hindoestanen naamsverandering niet zien als aantasting van hun identiteit, denkt Nawien. En die ligt in de gezamenlijke geschiedenis van Nederland en Suriname.
‘Hindoestanen en Creolen zijn gewend om zich aan te passen aan Nederland. Vanaf onze jeugd hebben we dat meegekregen, uit de tijd dat Suriname een Nederlandse kolonie was. Op school in Suriname kregen we Nederlands!’
Dit artikel werd eerder gepubliceerd op de Kanttekening op 26 februari 2020.
Nu u hier toch bent...
Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.
Vertel mij meer!