Met een nieuwe golf van arrestaties perkt Marokko de vrijheid van meningsuiting in het land verder in. Rappers, journalisten, activisten en zelfs gewone tieners worden hard aangepakt voor hun uitlatingen op sociale media.
De arrestaties begonnen met die van rapper Gnawi (foto), eind vorig jaar. Nadat Mohamed Mounir (Gnawi’s echte naam) zijn nummer Leve het volk op YouTube zette, duurde het twee dagen voordat hij werd gearresteerd. In het lied rapt Gnawi samen met twee anderen over de ongelijkheid in Marokko en bekritiseert hij de overheid. Vorige maand werd Gnawi in hoger beroep veroordeeld tot een jaar celstraf voor het ‘beledigen van ambtenaren’.
Gnawi is niet de enige rapper die het slachtoffer werd van het strenge beleid rond de vrijheid van meningsuiting. In januari werd ook rapper Stalin (echte naam: Hamza Asbaar) in hoger beroep veroordeeld tot acht maanden celstraf. Ook Stalin rapt in zijn nummers over de Marokkaanse autoriteiten, de aanhoudende werkloosheid en de Rif-beweging, een protestbeweging in het noorden van Marokko.
‘Deze generatie is zich een stuk meer bewust van de ongelijkheid dan vorige generaties’
Gnawi en Stalin zijn slechts twee voorbeelden in een reeks van arrestaties. De Marokkaanse overheid neemt het wel vaker niet zo nauw met de vrijheid van meningsuiting. Maar opvallend aan de huidige situatie is dat jarenlang de online wereld jarenlang als een plek werd gezien waar Marokkanen – soms anoniem – vrij hun mening konden uiten.
Nu blijkt ook deze vrijplaats niet meer veilig te zijn. Niet alleen rappers en activisten worden opgepakt, maar zelfs schoolgaande jongeren.
Neem de 18-jarige Ayoub Mahfoud, die tot drie jaar celstraf werd veroordeeld voor het plaatsen van teksten van Gnawi’s nummer op Facebook. Met de tekst bekritiseerde Mahfoud de koning en daarmee werd de scholier een doelwit van het strenge beleid. Mahfoud wacht op dit moment zijn hoger beroep af, dat in maart begint.
Krijgt Marokko een nieuwe protestbeweging?
Sociale media als uitlaatklep voor kritiek zijn een nieuw fenomeen. Toch zijn Marokkanen volgens socioloog Rachid Touhtou altijd al kritisch op hun overheid geweest. ‘Marokko kende ieder decennium opstanden, van de jaren zestig tot nu. Slechts de manier waarop Marokkanen hun ontevredenheid uiten is veranderd.’ In de afgelopen tien jaar ontstonden in Marokko meerdere protestbewegingen.
In 2011 zag de ‘20 Februari Beweging’ (Marokko’s ‘Arabische lente’) het levenslicht. Duizenden Marokkanen gingen de straat op om te protesteren tegen verkiezingsfraude, politieke censuur en de hoge werkloosheid. Vanwege de protesten werd een aantal grondwetsvoorzieningen doorgevoerd. Zo werd Amazigh (Berbers) als officiële taal opgenomen en nam de premier bepaalde taken van de koning over.
In 2016 begonnen de Hirak-protesten in het Rifgebied in het noorden van Marokko. De Riffijnse Marokkanen eisten onder andere een betere infrastructuur en voorzieningen, zoals ziekenhuizen en universiteiten. Inmiddels zijn deze protesten weer de kop ingedrukt.
‘Slechts de manier waarop Marokkanen hun ontevredenheid uiten is veranderd’
De schrik die deze protesten opriepen bij de overheid is volgens Touhtou inmiddels weggeëbd. Volgens de socioloog is het regime weer even machtig als voorheen en voelt het zich daarom sterk genoeg om álle kritiek in de kiem te smoren. ‘We zitten nu in een fase van vernieuwing van het autoritaire recept.’
En bij een hervonden autoritaire macht hoort een nieuwe protestbeweging. ‘Deze generatie is zich – onder andere door globalisering – een stuk meer bewust van de ongelijkheid in het land dan vorige generaties’, zegt Touhtou. Daarnaast zijn Marokkanen sinds de 20 Februari Beweging minder bang om zich openlijk uit te spreken. En nu beginnen zij langzaam een front te vormen. Uiteindelijk kan dit leiden tot een hele nieuwe beweging.’
Niet alleen online, maar ook op straat lijkt zo’n nieuwe beweging meer vorm te krijgen. Afgelopen zondag gingen duizenden activisten de straat op in de stad Casablanca. Ze spraken zich uit tegen de ongelijkheid en eisten de vrijlating van alle activisten.
Internationale kritiek
Mensenrechtenorganisaties als Human Rights Watch (HRW), Amnesty International en de Marokkaanse Associatie voor de Mensenrechten (AMDH) roepen de autoriteiten op de Marokkanen vrij te laten. ‘Het aantal Marokkanen dat sociale media gebruikt om hun mening te uiten, onder andere over de koning, neemt toe. En dat is hun goed recht’, zegt Ahmed Benchemsi van HRW.
Daarnaast spoort Amnesty International de autoriteiten aan om het strafwetboek aan te passen. ‘De autoriteiten moeten alle vervolgde personen vrijlaten die vastzitten voor het uitoefenen van hun recht op vrijheid van meningsuiting. En Marokko moet ophouden met het gebruiken van ouderwetse strafwetbepalingen die de vrijheid van meningsuiting strafbaar stellen’, zegt Heba Moyaref van Amnesty International.
Anders dan de mensenrechtenorganisaties hebben Europese landen Marokko nog niet ter verantwoording geroepen voor de aanhoudende trend van arrestaties. ‘Marokko is een belangrijke bondgenoot van de EU en de Verenigde Staten’, zegt socioloog Touhtou. ‘De Marokkaanse overheid weet heel goed hoe belangrijk zij is voor Europese landen en hoe ver zij kan gaan.’
‘We zitten nu in een fase van vernieuwing van het autoritaire recept’
Journalisten opnieuw doelwit
Net als rappers werden ook journalisten het afgelopen jaar gearresteerd en veroordeeld. Taoufik Bouachrine, hoofdredacteur van de krant Akhbar al Yaoum, kreeg eind 2018 twaalf jaar celstraf opgelegd voor seksueel wangedrag. Hajar Raissouni, een journaliste van dezelfde krant, werd vorige zomer samen met haar arts en verloofde gearresteerd.
Raissouni werd veroordeeld tot een jaar celstraf voor het hebben van seks buiten het huwelijk en het ondergaan van abortus. Activisten denken dat Raissouni eigenlijk werd gearresteerd vanwege haar werk als onafhankelijk journalist. Ze kreeg uiteindelijk gratie van de koning.
Een andere recente zaak is die van journalist Omar Radi. De journalist werd eind december opgepakt voor het plaatsen van een tweet over een rechter in het Rif-proces. ‘Ik had niet verwacht dat ik daarvoor gearresteerd zou worden’, vertelt Radi nu.
Radi plaatste het bericht acht maanden voordat hij werd opgepakt. Hij denkt daarom dat zijn arrestatie meer te maken had met opmerkingen die hij maakte tijdens een conferentie in Algerije, vlak voor zijn arrestatie. ‘Daar sprak ik over vriendjeskapitalisme en landonteigening in Marokko.’
‘Ik heb niets verkeerds gedaan. Het is de staat die de rechten en vrijheden schaadt’
De zaak van Radi kreeg veel aandacht in Marokko. Er werd een ‘solidariteitscomité’ opgesteld, dat sit-ins organiseerde voor het parlementsgebouw en de rechtbank in Rabat. Uiteindelijk werd Radi vrijgelaten – maar wel in afwachting van zijn proces, dat 5 maart begint.
‘Ik leef normaal en druk mezelf nog steeds op dezelfde manier uit’, zegt Radi. ‘Ik heb niets verkeerds gedaan. Het is de autoritaire staat die de rechten en vrijheden van zijn bevolking schaadt. We moeten daar tegen vechten.’
Nu u hier toch bent...
Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.
Vertel mij meer!