13.1 C
Amsterdam

Wat het nieuwe kabinet ook wordt, een heel ander Israëlbeleid zit er niet in

Ewout Klei
Ewout Klei
Journalist gespecialiseerd in politiek en geschiedenis.

Lees meer

Leidt de veranderde publieke opinie – en wellicht meerdere linkse partijen én Sigrid Kaag (D66) als buitenlandminister in een nieuw kabinet – tot een kritischer Israëlbeleid? De marges zijn smal, zeggen deskundigen. ‘Kaag moet rekening houden met een rechtse Kamer.’

Nederland was altijd het meest pro-Israëlische land in Europa, maar de publieke opinie lijkt te verschuiven. Volgens de Duitse Bertelsmann Stiftung (2020) wordt de Nederlandse publieke opinie kritischer over het Israëlische beleid. Slechts 21,5 procent zegt nog een positief beeld van Israël te hebben, hoewel dit niet meteen meer solidariteit met de Palestijnse zaak tot gevolg heeft. Onder jongeren ligt dit anders: daar lijkt een kentering gaande te zijn.

Vooral op social media en in het kunstzinnige en academische milieu wordt het anti-Israëlgeluid steeds sterker. Op de gebouwen van kunstenaarsinstituten de Rijksakademie en De Ateliers in Amsterdam hingen onlangs spandoeken met de leus ‘From the river to the sea, Palestine will be free’. De studenten wijzen het bestaansrecht van Israël af en willen in plaats daarvan de staat Palestina. Ook ondersteunden meer dan vijfhonderd wetenschappers een oproep om Israëlische universiteiten te boycotten.

Nuance: ook veel wetenschappers zetten hun handtekening níet. Bovendien reageerden de universiteiten kritisch op deze oproep. ‘Dit was niet de weg die universiteiten moeten gaan, zeiden ze. Het beeld dat universiteiten links-activistische bolwerken zijn, die fel anti-Israël zijn, behoeft daarom enige nuance’, zegt historicus Bart Wallet (Universiteit van Amsterdam), kenner van de Joodse geschiedenis van Nederland. ‘Wel is het zo dat de flanken zichtbaarder zijn. Dat zie je ook op social media.’

‘Als je afgaat op de discussies op social media, dan lijkt het alsof de Palestijnse kwestie heel erg leeft onder het Nederlandse publiek. Maar social media zijn natuurlijk niet representatief’, nuanceert ook historicus Peter Malcontent (Universiteit van Utrecht), die in 2018 over het Nederlandse Israëlbeleid het boek Een open zenuw schreef.

Toch ziet de historicus ook dat het onderwerp nu meer leeft. Bij jongeren komt dit door verschillende oorzaken, zegt Malcontent. ‘Allereerst is het een reactie op de vreselijke beelden van geweld die je ziet. Dat roept een emotionele reactie op. Tegelijkertijd heeft meer belangstelling voor de Palestijnse zaak ook te maken met demografische verschuivingen. Er wonen meer moslims in Nederland, die voelen zich religieus en cultureel sterker verbonden met de Palestijnen. Ten derde raakt de Tweede Wereldoorlog als morele ankerpunt steeds meer op de achtergrond. De oudere generaties zijn pro-Israël, vanwege de verschrikkingen van de Holocaust, maar voor de jongere generaties is de Holocaust geen excuus om de daden van Israël maar goed te praten.’

Volgens Wallet is het Israëlisch-Palestijnse conflict ook belangrijk om te kijken of je wel ‘goed’ staat in het bredere maatschappelijke debat. ‘Je standpunt over Israël en Palestina fungeert als cultural code. Politiek-maatschappelijke opvattingen komen in pakketten. Als je voor het klimaat bent, dan ben je ook voor de vluchtelingen en voor Palestina. Dan maakt het helemaal niet uit of je veel weet over het Israëlisch-Palestijnse conflict, maar met een vlaggetje van Palestina op je Twitterprofiel laat je zien dat je aan de juiste kant van de geschiedenis staat. Zoals mensen met een Israëlisch vlaggetje en een Nederlands vlaggetje in hun profiel, en misschien ook een tempeltje en een tractortje erbij, dat ook denken. Mensen met minder uitgesproken opvattingen verbazen zich over deze polarisatie op social media.’

Smalle marges

Nederland en Israël hebben historisch een sterke band en kennen een levendige wederzijdse handel. Tijdens de beschietingen tussen Israël en Gaza in mei tweette minister-president Mark Rutte bovendien dat Nederland het Israëlische ‘recht op zelfbescherming’ steunt. Dit kwam hem op social media op veel lof, maar ook veel kritiek te staan. Zal de veranderde publieke opinie – meer pro-Palestina – zorgen voor een ander Israëlbeleid van een volgende Nederlandse regering? Malcontent denkt niet dat er veel gaat veranderen.

‘Los van de vraag of Kaag minister van Buitenlandse Zaken wordt in het volgende kabinet: ze moet rekening houden met de Tweede Kamer. En ons parlement kent al decennia – behalve in de jaren negentig onder Paars – een rechtse pro-Israëlische meerderheid. Ze heeft dus weinig speelruimte.’

Daarnaast is het Israëlisch-Palestijnse conflict volgens Malcontent niet echt een thema waarmee je je binnen Europa makkelijk kunt profileren. ‘Er is een groep landen die sympathieker staan tegenover Israël en een groep die meer begrip heeft voor het Palestijnse standpunt, denk aan Ierland en Zweden, maar vanwege het gebrek aan consensus over dit onderwerp neemt de Europese Unie een voorzichtig standpunt in.’

Nederland wil niet al te erg afwijken van het Europese standpunt, legt Malcontent uit. ‘Ons land was aanvankelijk nog veel uitgesprokener pro-Israël. Daarom kreeg Nederland in 1973, tijdens de Jom Kippoeroorlog, een (Arabische, red.) olieboycot aan de broek. Om te voorkomen dat we in de toekomst weer geïsoleerd zouden staan, besloot ons land meer in de pas te lopen met de rest van Europa. We konden in 1973 niet anders dan opschuiven. Binnen Europees verband is Nederland, samen met Duitsland, pro-Israël. Maar Nederland stapt pas op de rem als Duitsland dat als eerste heeft gedaan, of als Duitsland daar ook toe bereid is. We willen niet meer buitenspel staan.’

‘Nederland trekt pas aan de rem als Duitsland dat als eerste heeft gedaan, of als Duitsland daar ook toe bereid is’

Wallet: ‘Nederland hanteert al decennia een tweesporenbeleid. Ons land steunt het bestaansrecht van Israël, maar is tegelijkertijd van mening dat er een goede oplossing voor de Palestijnen moet komen. Van dit tweesporenbeleid wordt niet afgeweken. Een linksere regering zal wellicht meer accent leggen op de rechten van de Palestijnen en een rechtsere regering zal meer het bestaansrecht van Israël benadrukken, maar de marge om af te wijken van dit tweesporenbeleid is heel smal.’

Slechts twee partijen in het Nederlandse parlement wijken af van dit tweesporenbeleid, aldus Wallet. ‘Alleen Denk en BIJ1 stellen het bestaansrecht van de staat Israël ter discussie en wijzen de tweestatenoplossing af. Maar dit is in Nederland een nogal marginaal geluid. De consensus, van links tot rechts, is vasthouden aan het tweesporenbeleid.’

Tweesporenbeleid of niet, er is over de decennia heen wel degelijk een verandering merkbaar, aldus Malcontent. ‘Tot eind jaren zeventig waren alle partijen – op de klein-linkse partijen CPN, PPR en PSP na – pro-Israël. Ook de PvdA’, vertelt hij. ‘Maar toen de Arbeiderspartij in Israël in de oppositie terechtkwam werd de PvdA kritischer over Israël en begonnen de sociaaldemocraten meer oog te krijgen voor het lot van de Palestijnen. Ook D66 is kritischer geworden over Israël. De rechtse en christelijke partijen zijn nog steeds zeer pro-Israël, maar de progressieve partijen zijn kritischer geworden. Hoewel PvdA, D66, GroenLinks en SP het bestaansrecht van Israël niet ontkennen.’

Hoewel het idee van een tweestatenoplossing de facto lijkt te zijn mislukt, blijven Nederland en de meeste Nederlandse partijen hier nog aan vasthouden. Malcontent: ‘We geven geld aan de Palestijnen, en tegelijkertijd praten we met Israël. Hiermee houden we de status quo in stand: het corrupte regime van de Palestijnse Autoriteit, die financieel afhankelijk is van de EU, en de Israëlische bezetting van grote delen van de Westbank. De Palestijnse Autoriteit, die haar eigen burgers onderdrukt, kan dankzij de EU in het zadel blijven, en Israël kan – ondanks wat halfhartige protesten van de EU – gewoon doorgaan met het nederzettingenbeleid. Mocht Nederland een alternatief voorstellen voor de tweestatenoplossing, dan kan Nederland dit niet in zijn eentje doen: dit moet binnen de EU gebeuren. En de EU houdt op haar beurt weer rekening met wat de Verenigde Staten doen. Dat maakt het lastig.’

Wallet: ‘De tweestatenoplossing is een blauwdruk van de Oslo-akkoorden uit 1993. Je kunt hiervan afwijken, als beide partijen dat willen. Als Israëlische politici als Benjamin Netanyahu of Naftali Bennett (de nieuwe premier, red.) aan een éénstaatoplossing denken, dan bedoelen ze Groot Israël, en Palestijnen bedoelen daarmee een Palestijnse staat waarin de Palestijnen de dominante factor zijn. Beide oplossingen sluiten elkaar uit. Het nederzettingenbeleid maakt de tweestatenoplossing inderdaad lastiger, maar we moeten het hier maar mee doen, omdat er vooralsnog geen beter alternatief is.’

Een oplossing zoekt Malcontent dan ook binnen de parameters van de tweestatenoplossing. ‘We moeten druk opvoeren op Israël om Palestijnse staatsvorming mogelijk te maken, en druk uitoefenen op de Palestijnse Autoriteit om te democratiseren en minder corrupt te zijn. Want als de Palestijnen democratisch geregeerd gaan worden, sla je daarmee ook een argument van Israël uit handen: namelijk dat er geen Palestijnse staat moet komen omdat de Palestijnen niet democratisch zouden zijn. Op dit moment is er geen noodzaak voor de Palestijnse Autoriteit om te hervormen, democratischer te worden. Het regeringspersoneel krijgt zijn geld toch wel.’

Malcontent benadrukt dat vooral Israël nu profiteert van de huidige impasse. ‘Met een Westbank waar de Palestijnen sinds Oslo slechts gedeeltelijke autonomie hebben, zit Israël altijd goed. Gaat het om economische en sociale aangelegenheden waarvoor Israël financieel niet wil opdraaien, dan wijst het naar de Palestijnse Autoriteit. En in geval van hardhandig militair optreden tegen Palestijnse protesten kan Israël zich erop beroepen dat het daartoe gerechtigd is zolang er geen definitief vredesakkoord bestaat.’

Nu u hier toch bent...

Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.

Vertel mij meer!
- Advertentie -